Projectbureau Afstoting levert Fokker 50’s aan Peru
Midden november vertrokken 2 Fokker 50’s vanaf Lelystad Airport. Op
zich niets bijzonders, maar dit betrof het duo dat tot oktober 2010 bij de
luchtmacht vloog. Vanaf die tijd is DMO verantwoordelijk voor enkele van de
laatste toestellen die de Nederlandse vliegtuigbouwer maakte. Dat sentiment
speelde echter geen rol bij de afstoting. “Je steekt je ziel en zaligheid in de
verkoop, maar loslaten moet je leren.”
In 2010 verkoopt DMO al de 4 Fokker 60’s van de luchtmacht aan Peru.
“Daarvoor kozen we een ander traject”, vertelt majoor (KLu) Rob Hoogboom,
projectleider bij bureau afstoting luchtsystemen, Directie Materieel en
Logistiek. “Die toestellen stonden een tijd lang in zogeheten deep storage en
vlogen dus niet. 1 keer per 2 maanden draaiden de motoren een keer. Het weer
operationeel krijgen heeft ons toen veel tijd gekost. Vliegtuigen zijn gemaakt
om te vliegen en niet om stil te staan.”
In vier dagen naar de anderen kant van de wereld. Bekijk op
onderstaande infographic de route en in de carrousel daaronder de foto’s van de
bijna 13.500 kilometer lange vlucht.
Ziel en zaligheid
Voor de verkoop van de Fokker 50 gooide DMO het over een andere boeg. “Deze
gingen in flyable storage; duurder, maar daardoor kon je ieder moment instappen
en wegvliegen”, zegt Hoogboom. Tijdens de operationele Fokker-tijd bij de
luchtmacht zat hij al bij DMO typemanagement. “Bij de uitfasering van de Fokker
60 was het al de kunst van het loslaten. Dat moet je leren. Je steekt je ziel en
zaligheid erin omdat je wilt dat de vliegtuigen een goed thuis krijgen. Niet
emotioneel – dan blijf je aan de gang – maar professioneel.”
Foto onder: Vanaf 1 juli 2012 hadden beide Fokkers onderhoudsbedrijf
Nayak op Leleystad als thuis. Na een onderhouds- en spuitbeurt gevolgd door een
controle- en acceptatievlucht waren de Fokkers direct klaar voor de aflevering
aan Peru. Foto: Quido te Linde
Producten verkopen zichzelf
Dat zie je terug in de verkoop van alle ‘DMO-producten’: F-16’s, Fokkers,
schepen. Hoogboom: “Alle kopers zijn zeer tevreden en de opbrengsten vloeien
tegenwoordig terug naar Defensie, bijvoorbeeld voor aanschaf nieuwe middelen.
Voor 2010 gingen die gelden nog naar Algemene Zaken. Je probeert natuurlijk de
verkoopkosten zo laag en de verkoopopbrengst zo hoog mogelijk te houden.”
Voor de verkoop zijn diverse partijen benaderd. “Wij gaan de markt op en
zoeken klanten bij onze producten”, geeft luitenant-kolonel (KLu) Ton Koetsier
aan, salesmanager bij de sectie verkoop, Directie Materieel en Logistiek. “Wat
we daarvoor moeten doen, verschilt. Sommige producten verkopen zichzelf. Voor de
Fokker 50 hebben we zo’n 40 tot 50 landen en operators aangeschreven. Daaruit
kwamen zo’n 8 serieuze kandidaten.”
DMO ‘huurde’ 3 luchtmachtvliegers in die ‘current’ bleven op de Fokker 50 en de toestellen iedere 3 maanden 1 keer vlogen. 2 van hen, luitenant-kolonel Rob Lambermont (l.) en kapitein Douglas Ling, gingen ook mee op afleveringsvlucht als adviseur. Hier staan ze tijdens een tussenstop op Curaçao. Foto: Quido te Linde Koetsier: “Peru wilde graag hun Fokker-vloot uitbreiden. Het land gaf duidelijk aan: ‘wij gaan kopen. We hebben daar dit jaar geld voor beschikbaar.’”
Voortbestaan
Niet alleen het vliegend materieel zelf wordt verkocht, ook de onderdelen.
"Bij de Fokker 60 verkochten we alleen de onderdelen van dat type. Met de
verkoop van de Fokker 50 is de Defensieorganisatie nu Fokker-vrij.”
De onderhandelingen met Peru gingen snel. Hoogboom: “Dat betekende voor ons
het weerzien met diverse bekende gezichten uit de verkoopperiode van de Fokker
60. Dat schept vertrouwen, want je weet wat je aan elkaar hebt.” Koetsier: “We
werken met diverse landen. Met Peru gaat dat erg prettig. Heel triest dat
materiaal wordt uitgefaseerd, maar die beslissing is genomen. Dat is niet ons
pakkie-an. Wij leveren Defensie geld op."
Foto onder: In vier dagen vlogen de Fokkers naar de anderen kant van
de wereld, een route van bijna 13.500 kilometer. Die bracht ze onder andere over
de Cordillera Huayhuash, een bergketen in het Andesgebergte. De
Yerupajá is met 6617 meter de hoogste top. Foto: Rob Lambermont