Tekst Jopke Rozenberg-van Lisdonk
Foto Hille Hillinga

DMO als aanjager voor technische hoogstandjes

Je wilt het nieuwste van het nieuwste, maar zelf kun je het niet maken en je budget reikt ook niet tot aan de hemel. Wat doe je dan? Juist, de samenwerking opzoeken en de kosten delen. Een strategie die de DMO al 4 jaar gebruikt om de nieuwste technische hoogstandjes binnen te halen. De DMO richtte er het fonds Commissie Defensie Materieel Ontwikkeling (CODEMO) voor op. Dé plek waar Defensie en ‘de industrie’ elkaar ontmoeten en samen tot grote hoogte stijgen. Huidige case: een raketontsteker in een veiligheidsvest; kan dat?

“Three, two, one, ignition!” De rubberachtige brandstofstaaf onderin de raket brandt in luttele seconden op. Het gloeiendhete gasmengsel dat ontstaat, ontsteekt de raketmotor die de raket de ruimte in stuwt. Diezelfde techniek gaat mogelijk de huidige gasflesjes vervangen die de reddingsvesten van F-16 vliegers opblazen. “In plaats van een mengsel van gassen komt er puur stikstof vrij en dat is dan niet gloeiend heet, maar op kamertemperatuur”, licht ontwikkelaar Berry Sanders van CGG Safety & Systems toe. Hij is technisch hoofd van het bedrijf dat gespecialiseerd is in Cool Gas Generatoren (CGG). Een techniek die hij als werknemer bij onderzoeksorganisatie TNO met een team daar ontwikkelde. “We reageerden zo’n 3 jaar geleden op een aanbestedingsvraag van het Logistiek Centrum Woensdrecht voor gasflesjes van reddingsvesten. Ons alternatieve product is veiliger en duurzamer. Dat wekte interesse.”

x
Het rubberachtige staafje vaste brandstof gaat in de toekomst wellicht het gasflesje dat reddingsvesten opblaast vervangen.

Win-win situatie

Eind 2013 zitten Sanders, hoofd vliegveiligheidsuitrusting majoor Gardy Toonen en een aantal collega’s van hen samen om de tafel. “Ze waren ontzettend geïnteresseerd”, vertelt Sanders. “Maar ik kon hen geen prototype bieden. Als startend bedrijf had ik daar geen geld voor.” DMO draagt daarom het fonds CODEMO voor als oplossing. Toonen: “Defensie financiert dan maximaal de helft van de productontwikkeling. In ruil daarvoor vloeit een deel van de opbrengst, als CGG het product aan derden verkoopt, terug naar het CODEMO-budget conform de afgesproken royalty- en licentieregeling.” Een win-win situatie vond ook Sanders: “Er zijn meerdere partijen geïnteresseerd in deze techniek, maar geen van allen wil er op voorhand in investeren.”

x
Berry Sanders (midden), technisch hoofd van CGG Safety & Systems, ontwikkelde samen met TNO en APP de Cool Gas Generator-techniek. Hierbij wordt met een temperatuur van een paar 100 graden een vaste brandstof omgezet in pure stikstof op kamertemperatuur. Sanders zit tussen techneut Danny Meeuwessen (links) en projectmanager Teun Schetters van APP in.

Operationele behoefte

Natuurlijk investeert Defensie ook niet zomaar in iets nieuws. Een projectvoorstel moet aan een stevige lijst criteria voldoen. Zo moet er bijvoorbeeld een duidelijke relatie zijn met een operationele behoefte van de krijgsmacht. Ook dient het een technisch innovatief product voor Nederland te zijn dat binnen een realistische tijdsplanning ontwikkeld kan worden. Het projectvoorstel dat CGG in het najaar van 2012 indient, voldoet aan alle eisen en krijgt in de zomer van 2013 goedkeuring. In maart 2014 zetten drie partijen hun handtekening onder het contract: Defensie, CGG en APP (Aerospace Propulsion Products). Die laatste is de ontwerper en bouwer van het product. Daarin is de Cool Gas Generator-techniek verwerkt, waarvan CGG de rechten heeft gekregen van TNO.

x
Hoofd vliegveiligheidsuitrusting majoor Gardy Toonen met een reddingsvest waarop het huidige gasflesje zit. Teun Schetters van APP toont het staafje vaste brandstof dat zijn team samenstelde op basis van de Cool Gas Generator-techniek van CGG.

Luchtvaartwet- en regelgeving

Een drukke tijd van ontwikkelen, testen en doorontwikkelen breekt aan. De technische teams van Toonen, Sanders en Teun Schetters van APP, zien en spreken elkaar regelmatig. Het product moet werken op de huidige reddingsvesten, maar ook voldoen aan luchtvaartwet- en regelgeving. Daarnaast zijn er ook nog praktische en operationele eisen. Toonen: “De buitenkant van de koelgasgenerator mag bijvoorbeeld niet te warm worden terwijl de binnentemperatuur een paar 100 graden is. Verder moet de ontsteking zowel handmatig als automatisch te bedienen zijn, waarna het vest zich in circa 4 seconden opblaast.” “We zijn dit nu volop aan het testen”, zegt Schetters. “We vergelijken ook diverse behuizingen op hun prestaties en hun gewicht, want het totaalgewicht mag net als het huidige systeem niet meer dan rond de 200 gram zijn.” “Bij CGG onderzoeken we nu de levensduur van het product”, voegt Sanders toe. “We weten dat deze minstens 10 jaar is. Ten opzichte van de huidige flesjes, die een dure 5-jaarlijkse keuring ondergaan, is dat al een hele verbetering.”

Ideaal

“Dit product zou ons veel in onderhoudskosten kunnen schelen”, zegt de majoor. “Daarbij heeft het concept een aantal voordelen. Het gaat namelijk om een vaste brandstof, die niet onder druk staat, schok- en temperatuurbestendig is en niet kan lekken. Ideaal dus.” Of het fabricaat voldoet aan het hele eisenpakket weten de heren eind volgend jaar. Ook de kostprijs is dan bekend. “Als alles positief uitpakt”, besluit Toonen verheugd, “zijn straks onze reddingsvesten voor vliegers voorzien van het nieuwste, veiligste én duurzaamste opblaassysteem!”