04

Dit artikel hoort bij: Landmacht 01

De andere kant van de medaille

Tekst KAP Jaap Wolting
Foto Paul Tolenaar, archief AOO Marc Hammink

AOO Marc Hammink ׀ Kruis van Verdienste ׀ Afghanistan 2008

Medailles zijn onlosmakelijk verbonden met de landmacht. Ze vertegenwoordigen trots en zijn een officiële erkenning van de onvoorwaardelijke inzet van militairen, soms met gevaar voor eigen leven. Elke onderscheiding heeft een verhaal. In deze rubriek vertelt een collega over diens meest waardevolle stukje eremetaal. Deze keer: adjudant Marc Hammink, Compagnies-adjudant Opleidingscompagnie Verkenning bij het OTC Manoeuvre.

“Deh Rawod, in de provincie Uruzgan, was begin 2008 onder de invloed van Taliban. De commandant van onze battlegroup kreeg toestemming om er de grote operatie Kapcha As uit te voeren. Met een combined arms team gingen we op 12 januari op twee assen het gebied in om meer inzicht te krijgen in het optreden van de Taliban. De nacht waarop Wesley Schol en Aldert Poortema omkwamen en Marc van de Kuilen zeer ernstig gewond raakte.”

Adjudant Marc Hammink.

Hij ging als eerste man quala’s binnen

Leiding geven

Hammink – vijftien jaar later geland op het Opleidings- en Trainingscommando Manoeuvre – kan het nog in detail uit de doeken doen. De verkenner van het Regiment Huzaren van Boreel kreeg na deze missie het Kruis van Verdienste. Als senior mentor van het ‘Operational Mentoring and Liaison Team’ (OMLT) begeleidde hij een Afghaans peloton.

Door zijn zeer professionele en doordachte optreden werkte zijn OMLT de eenheid snel op naar een hoogwaardig niveau. Meerdere malen ging Hammink als eerste man quala’s binnen, ook onder vijandelijk vuur. En als commandant gaf hij leiding aan een ontplooide aanval te voet over een grote open vlakte onder zwaar vijandelijk vuur.

Links: Opperwachtmeester (inmiddels adjudant) Marc Hammink samen met zijn plaatsvervanger, wachtmeester (inmiddels opperwachtmeester) Ids. Rechts: Beeld van de integratie van ANA (Afghan National Army) met OMLT bij, in dit geval, eenheid 69 van het JISTARC.

Eerste gevechtscontact

“Je spreekt af dat je elkaar ziet bij de greppel aan de andere kant van die vlakte. Dan is het rammen, vechten, schieten. Tegen spoken, want je ziet die vijand niet. Hooguit mondingsvlamvuur. Het is geen film waarin je lui boven muurtjes uit ziet knallen. En daarna moesten we dat complex innemen…en dat is gewoon hartstikke eng. Zeker als je je bedenkt dat dit voor mij en mijn mannen ons allereerste real life gevechtscontact was. Ik beleefde de eerste minuten als een droom, een roes. Maar werkelijk alles ging automatisch, omdat wij als Nederland onze drills zo ontzettend goed trainen.”

Slecht voorbereid

“Dat peloton kwam net uit de AMO en had naast nul gevechtservaring te weinig middelen. Wij hadden als mentoren – mijn team bestond uit drie man – maar enkele dagen met ze kunnen trainen. En dan gingen we ook nog eens op een move to contact mission waarbij je zeker weet dat je een TIC (troops in contact) krijgt. Uiteindelijk hebben we dat samen heel goed gedaan.”

“Ik doe alleen maar iets als ik weet dat mijn maten er voor me zijn.”

‘Die band is zo sterk… dat gun ik elke militair’

Mijn maten

“Een dapperheidsonderscheiding krijg je voor de keuzes die je gemaakt hebt. Ik vind het de grootste waardering voor de hele club…want ik doe alleen maar iets als ik weet dat mijn maten er voor me zijn. Ik voerde gewoon mijn taak uit om met z’n allen heel thuis te komen. Elke vent uit ons OMLT is een prachtmens. Dit was een hecht team waarin we al-les voor elkaar over hadden. Het mooiste team waar ik ooit deel van heb mogen uitmaken. De band en het buddysysteem zijn zó sterk; dat gun ik eigenlijk iedere militair. Afgelopen Veteranendag werden de cravattes met de nieuwe vaandelopschriften uitgereikt. Namens mijn regiment mocht ik de onze aanbieden aan koning Willem-Alexander. Weet je wat ik nóg eervoller vond? Dat in ons detachement een aantal mannen in hun veteranentenue stond. Mijn kerels.”

In voorbereiding op operatie Kapcha As hadden Hammink en zijn team (op de foto ook wachtmeester Daniel) slechts enkele dagen om met ‘hun’ Afghanen te trainen. Op de linkerfoto een algemeen beeld van het optreden in Afghanistan.

‘Ik zet mijn netwerk in om voor mijn kerels te zorgen’

De andere kant van de medaille

“Ik draag dit eremetaal met trots, voorgedragen door mensen uit de eenheid. Tegelijkertijd besef ik heel goed dat sommige jongens mede door Afghanistan echt ‘slecht hebben gezeten’. Het Kruis van Verdienste kreeg ik snel na de uitzending. Ineens zat ik in een wereldje met andere dragers en kwam ik in contact met mensen die ik normaal gesproken niet zou ontmoeten. Zoals de IGK, beschermheer veteranen, die wat voor je kan betekenen als iets niet loopt. Zodoende kon ik bijvoorbeeld een rol spelen bij de aanvraag van een Draaginsigne Gewonden voor een maat. Het netwerk dat ik heb opgebouwd, doordat ik het Kruis van Verdienste draag, zet in in om voor die kerels te zorgen. Ik heb ook veel gehad aan Marco Kroon, die voor veteranen tot het gaatje gaat. Hij hielp mij een fout recht te zetten voor een jongen die recht had op een gevechtsinsigne maar die niet had gekregen.”

Versplinterd

“Nog steeds zie ik hoe traag een hulpvraag door de organisatie gaat. Hoe versplintert het systeem is. Hoe lang het duurt voordat iemand echt de juiste hulp krijgt. Als Defensie moeten we dat beter doen. Ik mis het laagdrempelige. Ons kleine landje doet met bijna alle missies mee. Daar moet breder gedragen waardering voor komen.”

Noodsituaties

Defensiemedewerkers, thuisfront, veteranen, dienst- en oorlogsslachtoffers kunnen 24 uur per dag hulp krijgen bij noodsituaties. Bel daarvoor de hulpverleningslijn: 0900-415 55 55.

Meer informatie over personeelszorg bij Defensie? Check https://www.defensie.nl/onderwerpen/personeelszorg/bmw