Tekst KAP Jaap Wolting
Foto Bundeswehr

Altijd oog voor detail

In de vorige Landmacht vertelden we al dat een tweetal Nederlanders van het Defensie Grondgebonden Luchtverdedigingscommando de luchtdreiging op Camp Castor, Gao nauwgezet in de gaten houdt… en indien nodig alarm slaat. Deze maand spraken we een van hen: tweede luitenant Bram.

“Of ik het spannend vond voor het eerst op uitzending te gaan? Best wel. Vooral vanwege het onbekende: waar kom ik terecht, wat wordt mijn werk precies, hoe ziet het kamp eruit?” 

Bram belt de redactie voor dit interview via WhatsApp. De officier staat standby, hoeft daarom niet fysiek in de vuurleidingscentrale te zijn en kan een rustig plekje zoeken om even te praten. 

Tweede luitenant Bram letterlijk op het luchtverdedigingssysteem op Camp Castor.

‘Wat voor uniform draagt die vent nou?’

Vreemde in den vreemde

Duizenden Nederlandse militairen gingen de luchtverdediger al voor en draaiden een tour of duty in het Sahelland. De tijd dat de Hollandse infanterie Camp Castor als uitvalsbasis had is echter voltooid verleden tijd. Bram vertelt: “Robin en ik zijn hier volgens mij de enige kaaskoppen. Nee dat lieg ik, er zijn nog een aantal lui van MOVCON, druk met het verschepen van Nederlandse spullen. Hoe dan ook, ik voel me hier soms wel een vreemde eend in de bijt. Als ik over het kamp loop zie ik buitenlandse collega’s echt denken ‘wat voor uniform draagt die vent nou? Is het een Ier? Of een Amerikaan misschien?’ Wellicht komt het ook doordat ik er een paar patches meer op heb zitten dan de gemiddelde Duitser hier. De onderofficier uit mijn crew noemt me niet voor niets soms Leutnant Weihnachtsbaum.”

Naast het werk in de vuurleidingscentrale besteedt Bram tijd aan onderhoud van het geavanceerde systeem dat de luchtdreiging in de gaten houdt.

Vroegtijdig alarmeren

Het luchtverdedigingssysteem waar de 2 Nederlanders samen met de Duitsers van Flugabwehrraketengruppe 61 mee werken heet MANTIS: Modular, Automatic and Network capable Targeting and Interception System. Op Camp Castor is het ontplooid in de Sense & Warn-configuratie en gebruikt het geen vuurkracht. Door vroegtijdig te detecteren kan het personeel op het kamp echter wel tijdig dekking zoeken bij bijvoorbeeld inkomend mortiervuur. Het DGLC levert per rotatie 2 personeelsleden die werkzaam zijn in de vuurleidingscentrale. De opdracht: zo snel mogelijk alarmeren bij indirect fire.

‘Zelfs onze persoonlijke wapens zijn Duits’

Relaxte Duitsers

“Omdat wij met het Duitse MANTIS werken hebben we natuurlijk veel contact met onze oosterburen. Ik moet eerlijk zeggen dat ze best chill zijn. Sowieso losser dan ons in Todendorf (uitvalsbasis Flugabwehrraketengruppe 61, red.) is aangeleerd. Ik had verwacht dat ze veel strakker zouden zijn met meer aandacht voor hiërarchie, net zoals in die Heimat. Vanwege de onderbevelstelling bij de Duitsers zijn trouwens zelfs onze persoonlijke wapens Duits. We hebben leren schieten met de G36 en met het pistool P8, beide Heckler & Koch. De G36 is heel anders dan onze Colt. Het grootste verschil zit ‘m in het uiterlijk en het vizier." 

Bram zorgt samen met een Duitse collega voor onder meer het schoonmaken van de filters en het reinigen van de optieken.

Andere wapensystemen

"Als ik het dan toch over verschillen heb: dat geldt natuurlijk ook voor mijn dagelijkse werk. In de Peel zijn we vooral bezig met lessen en oefeningen. In Mali is het ‘voor het echie’. En daarnaast werk ik bij het DGLC met het National Advanced Surface-to-Air Missile System en hier met het MANTIS, waarvan de reikwijdte minder ver is. Niet dat het voor de opdracht wat uitmaakt, want de hoofdtaak is de bescherming van het kamp.”

“De kans dat we er zo bij moeten lopen is zeer klein. Denk aan een grondaanval of indringers op het kamp.”

Opvoer door corona

3 uur in de vuurleidingscentrale, 3 uur standby, en dat 2 keer achter elkaar. Staat Bram standby, dan is dat overigens geen reden om de binnenkant van z’n oogleden te bekijken. Hij moet bereikbaar zijn en zo veel mogelijk in de buurt van de vuurleidingscentrale blijven. “Onderhoud aan de sensoren, uitkloppen van de filtermatten, reinigen van de optieken, gamellen terugbrengen naar de keuken: er is altijd wat te doen.”

Gamellen… je bent toch niet op oefening? “Nope, maar dat komt door corona. De DFAC is gesloten en eten wordt opgevoerd.” En sporten dan? “De Duitsers en de Ierse special forces hebben een krachthonk dat we ’s nachts mogen gebruiken. Overdag wordt het langzamerhand te heet om te sporten. Soms is het al veertig plus, en de temperatuur gaat nog stijgen. Ach, overleven we ook wel weer. Het is een prachtige ervaring om lui op het kamp gerust te kunnen stellen met je wapensysteem… en het extra geld is ook lekker. Na de uitzending ga ik samenwonen met m’n vriendin, dus die euro’s komen straks goed van pas als we ons appartement gaan inrichten."

Als Bram de kans heeft duikt hij het krachthonk in.