Tekst RITM Jessica Bode
Foto SM Maartje Roos
West Point blij met Nederlandse militair
Puntgevels, ornamenten, glas in lood en fraai uit steen opgetrokken beeldhouwwerk. Het lijkt een filmset. Een combinatie van Hogwarts uit Harry Potter en The Red Keep uit Game of Thrones. Vanuit welke hoek je ook kijkt, The United States Military Academy in West Point is uniek. Net zo bijzonder als cadet Tom Jansen (23), die hier eind deze maand als eerste Nederlander afstudeert.
De prestigieuze officiersopleiding aan de Hudson River torent trots boven de groene heuvels uit. Al ruim 200 jaar worden hier spijkerbroeken opgeleid tot officieren. Jaarlijks melden zich zo’n 15.000 Amerikanen aan en nog eens 200 internationale studenten. Slechts 8% wordt toegelaten. Cadet Jansen was er daar een van. Op 25 mei studeert hij af. “Het is een droom, maar ook ongekend hard studeren onder een streng regime.”
Ministadje
US Military Academy heeft een oppervlakte van circa 65 vierkante kilometer. Dat is groter dan Manhattan. Er studeren 4.400 cadetten en er wonen bijna 6.000 personen. Dit zijn vooral professoren en hun familieleden. De straten worden gekenmerkt door typisch Amerikaanse huizen met veel hout, veranda’s en wapperende Amerikaanse vlaggen. Er zijn ook een ziekenhuis en brandweerkazerne, een kerkje van ruim 110 jaar oud, eigen waterzuivering en afvalverwerking, scholen en theater.
Defensie voelt als familie
Jansen groeide op in een militair gezin en beschrijft Defensie als ‘familie’. “Een groot deel van mijn jeugd woonden we in het Duitse Seedorf, omdat mijn vader als militair bij de NAVO werkte. Op mijn 17e vertrokken we naar New York omdat hij daar Military Advisor werd. Ik wilde ook militair worden, maar ik wist niet precies hoe of wat.” Eenmaal in The Big Apple viel alles op z’n plaats. “Ik kwam in aanraking met West Point en ik wist direct dat dit het moest worden.”
Aanbeveling
Door een combinatie van goede cijfers, relevante nevenactiviteiten op de High school en een ijzersterke motivatiebrief werd hij toegelaten. “Vergeet de referentie niet”, zegt Jansen. “Amerikanen moeten die van bijvoorbeeld een senator of een congreslid krijgen. Voor een Nederlander kan dat een hooggeplaatste militair zijn.” Voor Jansen schreef luitenant-generaal Mart de Kruif een aanbeveling, omdat hij geloofde in de droom van de cadet.”
Volle agenda
Nu, bijna 4 jaar later heeft hij het diploma binnen handbereik, maar het rooster is tot de laatste minuut gevuld met vakken zoals psychologie, terrorisme, Amerikaanse politiek, internationale betrekkingen, bouwkunde, Frans, sport zoals American Football en militaire vorming.
En ook tot de laatste snik ontbijten de 4.400 cadetten gezamenlijk, lunchen met z’n allen en dineren ze op donderdagavond samen. Dat gaat met militaire precisie. Alle officieren in spé verzamelen zich op gezette tijden op de binnenplaats en wandelen in formatie naar de grote eetzaal. Een cateraar werkt 24 uur per dag in 3 ploegendiensten om alle monden te voeden. “Wat een rust als ik volgende maand alleen met m’n ouders aan tafel zit”, vertelt Jansen, die met z’n hoofd al een beetje in Nederland is.
Misstap
Hoe goed de laatstejaars ook gepresteerd hebben, één misstap kan ook in deze laatste fase nog tot uitstel (of zelfs afstel) van afstuderen leiden. Al maken de docenten zich niet zo druk om de Nederlandse cadet. “Tom redt zich wel. Hij doet alles weloverwogen en overziet situaties”, reageert de 35-jarige professor Dr. Jason Warner. “Hij is een van de beste studenten die ik hier heb gehad. En dat zeg ik niet omdat hij geïnterviewd wordt.”
Vol lof over Jansen
Ook medecadetten, begeleiders en andere docenten zijn vol lof. “Tom denkt eerst aan anderen en dan aan zichzelf. Dat is een bijzondere eigenschap”, aldus Brent Matthews, supervisor van de internationale studenten. “Hij kwam regelmatig bij mij met problemen, maar dat waren altijd problemen van anderen.” Docent majoor Bond voegt daaraan toe: “Ik hoop dat er nog meer Nederlanders komen. West-Europese studenten dragen veel bij aan deze opleiding.”
International Community West Point
Naast het maken van huiswerk hield Jansen zich vooral bezig met de International Community West Point. Een organisatie voor internationale studenten, die zich soms alleen voelen omdat ze geen familie dichtbij hebben. “Deze organisatie bestond al wel, maar ik heb het nieuw leven ingeblazen. We helpen studenten met problemen, zoals het aanvragen van een visum. Maar organiseren ook studieprojecten, uitjes en andere activiteiten. Of we brengen de cadetten in contact met lokale families, zodat ze af en toe samen iets leuks kunnen doen.”
Naar de KMA
Een dag na ‘graduation’ vliegt Jansen met z’n familie al terug naar Nederland. Zodra de alumni hun diploma op zak hebben wordt de toegang tot het terrein vrijwel direct geblokkeerd. Er moet plaats gemaakt worden voor een nieuwe lichting. “Maar ik moet ook terug, want in juni ga ik nog een paar weken naar de Koninklijke Militaire Academie in Breda. 4 jaar geleden ben ik daar ingeschreven voor de langmodel officiersopleiding, maar ik volgde de opleiding fysiek in Amerika. Nu ga ik nog een paar weken meelopen met mijn ‘jaargenoten’. In het nieuwe schooljaar gaan we samen naar de Vaktechnische Opleiding. Het is goed om hen te leren kennen.” Hoe zijn carrière er vervolgens uit gaat zien weet hij niet: “Dat ik bij de infanterie geplaatst word, is in ieder geval zeker.”
Engelse taal
Het grootste ‘probleem’ van internationale studenten is de Engelse taal. Niet zozeer het spreken, maar wel op academisch niveau lezen en schrijven. Cadet Jansen had hier overigens weinig problemen mee. Op de middelbare school koos hij voor tweetalig onderwijs, volgde een cursus Cambridge Engels en woonde jarenlang met zijn ouders in New York. “Medestudenten kunnen wel horen dat ik buitenlands ben, want mijn accent is anders. Dat vinden ze grappig klinken.”