Tekst Vanessa Strijbosch
Foto KPL Jasper Verolme
Dit artikel hoort bij: Landmacht 01
Mijn Uitrusting: MOVCON
Gele jas
Hèt handelsmerk van MOVCON: de gele jas met het gele wiel als logo. Het wiel is het internationale teken voor Movement Control. Wereldwijd herkenbaar, en dat werkt gunstig voor een snelle afhandeling van een transport.
Laptop - telestick
Op het laatste moment kunnen er nog dingen wijzigen in het transportplan. Een vertraagd schip of vliegtuig. Het is dan belangrijk om toegang te hebben tot het netwerk.
Router
Een onmisbaar uitrustingsstuk. Geen reis wordt gemaakt zonder dat de router in de bagage zit. Verbinding met internet is cruciaal voor de coördinatie van een transport. Offline werken bestaat niet.
Telefoon
De telefoon ligt letterlijk onder het hoofdkussen van een medewerker MOVCON. Altijd bereikbaar zijn is een must.
Printer
Voor de afhandeling van de verplaatsingen worden alle documenten en lijsten in orde gemaakt. Deze worden altijd in hardcopy meegegeven.
Veiligheidsschoenen
Waar met zwaar materieel gewerkt wordt, zijn beschermingsmaatregelen verplicht. En zeker als het gaat om laden en lossen van goederen.
Oordopjes
In een schip, op een station of bij een vliegtuig. Het ‘kantoor’ van de MOVCON-medewerker is vaak lawaaierig. Oordopjes zijn dan geen overbodige luxe.
Helm
In havens en bij hijswerkzaamheden is het dragen van een helm verplicht. Het houdt geen vallende container tegen, maar geeft toch een veilig gevoel.
Adjudant Hans Kievith
Senior medewerker Movement Control
Defensie Ondersteuningscommando, afdeling Facilitair & Logistiek
‘Ik leef vanuit mijn koffer’
“Hier op de afdeling hangt een wereldkaart waarop de landen zijn gemarkeerd die we hebben bezocht. Er zijn weinig lege plekken. Dat komt doordat we voor de gehele krijgsmacht werken. Overal waar een operatie of oefening gaande is of materieel aangekocht wordt, zijn wij ook. Wij houden het veiligheidsaspect in de gaten en zorgen dat alle documenten kloppen. Er moet altijd iemand op de locatie aanwezig zijn om de goederen in te klaren.
‘Het leukste vind ik het, wanneer iets niet goed gaat’
We komen op de gekste plekken. Dakar maakte indruk op mij. Echt een andere wereld. We worden ook vaak naar het Caribisch gebied, Amerika en Canada gestuurd. Je moet flexibel zijn. Zo werd ik eens op maandagmiddag gebeld en zat ik de volgende ochtend in het vliegtuig naar Sri Lanka. Een collega was iets vergeten. We zijn tussen de 36 en 45 weken per jaar op pad. Het lijkt heel avontuurlijk, al die reizen. Maar het trekt ook een zware wissel. Ik leef vaak vanuit mijn koffer.
Ik vind het een prachtige baan. Het leukste vind ik het wanneer iets niet goed gaat. Dan moeten we echt aan de bak. Zo moest ik ooit 7 pogingen doen om iemand met een vliegtuig uit Tarin Kowt te krijgen. Elke keer was er weer wat met het toestel. Op zulke momenten moet je stressbestendig zijn. Ik zit al vanaf 2002 in de verplaatsingswereld. Mijn ervaring is dat je moet dealen met de situatie zoals die is. Elke klus is anders, dat maakt dit werk zo mooi.”