Tekst ELNT Wouter Helders
Foto SM Maartje Roos
Het 2e Bataljon Commando’s uit het Belgische Flawinne streek begin februari ruim een week neer op de Bernhardkazerne in Amersfoort. Vlaamse en Waalse klanken schalden door de gangen van het Land Training Centre (LTC). De Belgen maakten gretig gebruik van de high tech trainingsfaciliteiten om zich voor te bereiden op hun rol in de NATO Response Force (NRF) in 2016.
De oefening ‘Maple Trip’, zoals de trainingsperiode te boek staat, vormt voor de Belgische commando’s de kick off voor hun opwerktraject. In de Command & Staff Trainer (CST), een geavanceerd simulatiemiddel waarmee een staf met eigen verbindingsmiddelen vrijwel alle aspecten van een lopende operatie kan oefenen, stoeien de commando’s met besluitvormings- en bevelvoeringprocedures.
Omgaan met Incidenten
In de commandopost hangt een grote landkaart van Monkata, de hoofdstad van Trutta, het aanvalsdoel van de commando’s. Op de kaart staan cijfers en letters die incidenten en bewegende troepen in het terrein moeten voorstellen. “Er zijn geen echte troepen. Dat is fictief”, vertelt luitenant-kolonel Jan Maenhoudt, de stafchef van de Lichte Brigade in Marche-en-Famenne. “Het belangrijkste is dat onze jonge staf leert omgaan met incidenten die kunnen voorkomen tijdens een NAVO-interventie.”
Elke beslissing heeft gevolgen
Onlusten in een vluchtelingenkamp, bezette bruggen of rellen in de stad, allemaal incidenten waar de staf gepast op moet reageren. Elke beslissing heeft gevolgen. “Het ingenieuze aan de simulatie van het LTC is dat elke stap letterlijk zichtbaar is op de computerschermen”, legt Maenhoudt uit. “Hierdoor hebben beslissingen ook effectief gevolgen voor de simulatie.”
Klaarstomen voor complex werk
Het simulatieprogramma, dat rampenbestrijding tot en met operaties in het hoogste geweldsspectrum nabootst, draait op 15 computers. Het programma simuleert real-time in 2D en 3D en kan de omgeving, de eenheden en de processen binnen een operatie gedetailleerd weergeven. Het grote voordeel is dat het programma staven klaarstoomt voor hun complexe werk met slechts minimale belasting van het onderliggende niveau.
Een oefening als Maple Trip is uniek voor het Belgische bataljon. Luitenant-kolonel Vincent Pierard, brigadecommandant tijdens de oefening, ziet belangrijke pluspunten. “De oefening verloopt goed en het is leerzaam te trainen in het Engels. Het omgaan met sporadische communicatieproblemen tussen de Nederlanders en het Franstalige bataljon is een goede leerschool”, aldus Pierard. “Na Maple Trip is de staf klaar voor de volgende stap: Boletice in Tsjechië. Daar oefenen we weer met troepen in het veld.”
Geen overbodige luxe
Dat de onderliggende Belgische eenheden intussen hun handen vrij hebben om hun eigen opwerktraject te starten, is geen overbodige luxe. Vanaf begin 2016 moeten zij klaar zijn om voor NRF-16 een gevechtsgroep van ruim 900 militairen te leveren.
In de NRF zitten duizenden militairen, ter beschikking gesteld door de lidstaten aan de hand van een jaarlijks rotatiesysteem. De interventiemacht kan op korte termijn overal ter wereld opereren. Cruciaal is wel dat de 28 lidstaten van de NAVO het eens zijn over een dergelijke inzet. Dit is sinds de oprichting in 2002 nog nooit gebeurd voor de volledige interventiemacht.
Meer met België
Dat Belgische militairen gebruik maken van Nederlandse trainingsfaciliteiten is niet nieuw. Omgekeerd gebeurt het ook. De militaire samenwerking tussen de 2 landen beperkt zich niet alleen tot opleidingen. Zo zijn bijvoorbeeld de operationele staven van beider marines geïntegreerd, worden verschillende opleidingen samen aangelopen, en zijn er gezamenlijke verwervings- en onderhoudsprojecten.