De helikopter, een Duitse CH-53 Stallion, hovert rustig op
enkele meters boven de grond. De lading, een met speciale banden ingepakt
terreinvoertuig, staat klaar voor transport. Duitse rode baretten maken vlug en
secuur de hoofdband vast aan een haak onder de helikopter. De piloot krijgt een
seintje van de logistiekelingen van Luftlande Brigade31,
trekt zijn stuurknuppel naar achteren en kiest het luchtruim.
Op de grond kijken Duitse en Nederlandse militairen toe hoe de eerste van 16
door hen voorbereide ladingen door de lucht achter de horizon verdwijnt. Eerste
luitenant Christian van der Sanden (11 Bevoorradingscompagnie uit Schaarsbergen)
is één van hen. Samen met zijn circa 30-koppige peloton is hij aangehaakt bij
een Duitse logistieke eenheid. Tijdens Joint Air Warfare Tactical
Exercise (JAWTEX), een door de Luftwaffe georganiseerde oefening,
werkt hij zij aan zij met de Duitsers.
Eerste luitenant Christian van der Sanden: “Samen oefenen brengt veel nuanceverschillen in onze werkwijzen aan het licht. Er zijn bijvoorbeeld verschillen in het wegen van voertuigen. De Duitsers gebruiken andere apparatuur en wegen de voor- en achteras afzonderlijk, in plaats van in één keer. Ook gebruiken ze banden in plaats van kettingen. Grappig om te zien, is dat wij slechts 1 A-4tje met rig-instructies gebruiken en zij een handboek hebben. En dat terwijl de handelingen grotendeels hetzelfde zijn. Dat we grotendeels dezelfde procedures hebben, maakt dat samenwerken natuurlijk verloopt. Zeker als de mannen met hun werk bezig zijn, spelen taalverschillen nauwelijks een rol. Sommige spreken Duits, anders wordt op Engels overgeschakeld. Dat gaat vanzelf. Wel lopen we er tegen aan, dat opleidingen en regels niet compleet op elkaar zijn afgestemd. Zo mogen mijn mensen op papier nog niet direct met de Duitse helikopters werken. Omgekeerd is dat trouwens ook zo.”
Division Schnelle Kräfte
Van der Sanden: “We zijn verantwoordelijk voor het riggen; het
klaarmaken van lading voor transport per helikopter of vliegtuig. Zijn Duitse
evenknie, eerste luitenant Norbert Schulze, voegt toe: “Nu we zoveel gaan
samenwerken, is samen oefenen onontbeerlijk.” De Duitser doelt op het feit dat
Duitsland en Nederland op het punt staan (12 juni 2014, red.) een verregaande
samenwerkingsovereenkomst te tekenen. 11 Luchtmobiele Brigade wordt formeel
ondergebracht in de op 1 januari dit jaar nieuw opgerichte Duitse Division
Schnelle Kräfte (DSK).
Duitse Fallschirmjäger zij aan zij met Nederlandse luchtmobiele
para's en logistieke eenheden die uit een mengeling van Nederlandse en Duitse
manschappen en materieel bestaan. Tijdens oefening JAWTEX is het geen ongewoon
gezicht. Als luitenant-kolonel Gerard van Kuijck, senior logistiek planner bij
Staf DSK, gelijk heeft, is het pas het begin. Van Kuijck: “We gaan nóg meer
samenwerken met de Duitsers. Door gebruik te maken van elkaars expertise,
personeel en materieel hebben we meer slagkracht.”
Eerste luitenant Norbert Schulze: “Ik sluit me aan bij wat Christian zegt; er zijn verschillen in werkwijze, processen en regels. Die moeten we gladstrijken. Ik hoor van mijn collega's dat tijdens het riggen, werken met kettingen ook goed werkt. Misschien moeten we daar eens naar kijken. De Nederlanders hebben daarnaast veel ervaring met het werken met helikopters en wij weer meer met vliegtuigen. We kunnen elkaars expertise dus gebruiken en veel van elkaar leren. Hier op logistiek niveau samen oefenen met het voorbereiden van ladingen voor luchttransport is een goed begin. We leren elkaars materiaal en procedures kennen. Train as you fight. Op den duur moeten we elkaar zo goed kennen dat we zonder problemen samen kunnen optreden. Tijdens oefeningen, maar ook op missie.”
Dit is het begin
Een deel van de Nederlandse staf zit ondertussen al op de divisiestaf in het
Duitse Stadtallendorf. JAWTEX is door de militairen aangegrepen om de kersverse
samenwerking te bekrachtigen. Zo kan het dat op vliegveld Stendal en
oefenterrein Klietz rode baretten van beide nationaliteiten samen optreden.
Naast logistieke samenwerking voeren Nederlandse infanteristen samen met
Duitsers verkennerstaken en airborne-operaties uit. Ook vliegt de
Koninklijke Luchtmacht met gevechts- en transportvliegtuigen. Van Kuijck: “Deze
oefening is slechts het begin. In 2016 moet de DSK een Duits-Nederlandse
taskforce met ‘Initial Operational Capable’ status uit kunnen
brengen.”