01

Dit artikel hoort bij: KMarMagazine 10

Het verschil maken voor de toekomstige collega

Instructeur vertelt over zijn werk op het opleidingscentrum

Een groeiende vraag naar marechaussee-inzet leidt tot een grotere aanstellingsopdracht voor nieuw personeel. En dat betekent dat iedere instructeur op het Opleidings-, Trainings- en Kenniscentrum Koninklijke Marchaussee in Apeldoorn nog belangrijker is geworden. Een baan als geen ander, laat klassenbegeleider opperwachtmeester Tijmen zien. “Als instructeur ben je de hele dag bezig mensen beter te maken.”

Een studieboek en een klassituatie.

Dwangmiddelen, bevoegdheden, machtigingen tot binnentreden… Er zijn lichtere onderwerpen te verzinnen om te bespreken op de maandagochtend om 08.15 uur. Tijmen kijkt na het tekenen van een uitgebreid schema de zaal in. Glimlachend: “Ben ik jullie al kwijt? Het weekend zit er net op en ik sla jullie meteen met van alles om de oren.” Desondanks zitten de marechaussees in spe er kwiek bij tijdens de examentraining voor het vak Strafvordering. Dat de toets eraan zit te komen zal vast meespelen, maar Tijmen maakt hier met zijn enthousiasme duidelijk het verschil.

Tijmen overlegt aan het begin van de dag met zijn studenten.
Om 07.15 uur brieft Tijmen de klassenoudsten in de brandschone gangen, die even tevoren nog werden gepoetst.

Meer handjes

Het opleidingscentrum wacht, zoals gezegd, een flinke opdracht. Het aantal personen in de persoonsbeveiliging zal naar verwachting de komende jaren toenemen, waarvoor meer collega’s in het domein Bewaken en Beveiligen nodig zijn. Tegelijkertijd wordt komend jaar de aanstellingsopdracht weer verhoogd.

Volgens eerste luitenant Malik, teamleider bij de sector Basis Opleidingen, gaat het om meerdere, kleinere lichtingen die tegelijk lopen, waarin meer aandacht is voor de individuele leerling. “Meerdere klassen tegelijk zorgt voor een grotere afwisseling in de lessen.” Plus: de werkdruk is nu van één piekmoment (bijvoorbeeld rond het bivak) meer uitgesmeerd over het jaar.

Tijmen en studenten tijdens het ochtendappel.
Iets voor achten is het appèl.

Keuzes maken

“We hebben op dit moment 2 klassen opsporingsambtenaren rondlopen en 5 klassen met leerlingen die straks aan de slag gaan als marechausseebeveiligers. Elke klas bestaat uit maximaal 18 personen”, begint Tijmen. Het maakt dat zijn werk er anders uit ziet dan toen de opper 6 jaar geleden begon. “Voor mij lopen er nu 2 lichtingen tegelijkertijd, wat maakt dat je als instructeur veel moeten schakelen”, legt hij uit. “Het is lastiger dezelfde kwaliteit te bieden als klassen een stuk groter zijn. Je moet nu meer keuzes maken, er wordt een beroep gedaan op onze flexibiliteit.”

Divers en uitdagend

Tijmen beveelt het instructievak van harte aan. In 2017 begon hij - toen als wachtmeester - bij de sector Basis Opleidingen. “De tijd is gevlogen. Ik kwam van de brigade Oostgrens-Midden en voor die tijd heb ik eigenlijk altijd aan de grens gewerkt, van Schiphol tot Mobiel Toezicht Veiligheid.” Na jaren met avond- en weekenddiensten en een veranderende thuissituatie was hij toe aan meer structuur.

Tijmen helpt een student tijdens een les in een klaslokaal.
Strak om 08.05 uur begint de les.

Daarom ging hij op zoek naar een nieuwe uitdaging en belandde in een compleet ander taakveld. “Geen week is hetzelfde binnen het instructievak. Vorige week waren we op bivak, vandaag geef ik ‘blauwe’ lessen en morgen staan we in Schaarsbergen op de schietbaan. Dat maakt het echt supergaaf. Ook is er een divers lespakket, dat verveelt nooit.”

Studieboeken op een tafel.

Tijmen: “Voor de groep staan was eigenlijk buiten mijn comfortzone. Als instructeur leer je elke dag. Over jezelf, je eigen tekortkomingen, en wat jouw gedrag doet met de mensen in de groep. Maar ook over de didactische keuzes die je kunt maken en de veranderingen die je aanbrengt in de lessen. Want geen groep is hetzelfde. Ik ben een stuk zekerder daarin geworden de afgelopen jaren. Daarbij heb ik leren denken buiten mijn eigen denkwijze. Hoe kijkt een leerling ergens naar en waarom? Dat is enorm waardevol.”

Kan iedereen instructeur worden? Tijmen denkt van wel. “Je wordt natuurlijk niet zomaar in het diepe geworpen. Je krijgt allerlei opleidingen aangeboden, zowel voor als tijdens je werk als instructeur. Ook al ligt het niet direct in je straatje, ga de uitdaging aan!” Wel vereist de baan een verandering in mindset, daar moet je voor open staan. “Ik had natuurlijk een bepaald beeld van werken op het opleidingscentrum, refererend naar mijn eigen opleiding. We zijn in een heel andere tijd nu. De opleider is niet langer almachtig. We laten leerlingen meer zelf ontdekken en er is meer dialoog. Tegelijkertijd is dit natuurlijk wel de bakermat van de Marechaussee.” Kortom, een strakkere bedrijfsvoering met een correct tenue.

Gestolen telefoon

Ondertussen beweegt Tijmen zich met zijn klas richting Almada Plaza. Het is inmiddels 10.25 uur en de ‘afstap’ staat op het programma. Deze klas staat voor de finish van de opleiding: in oktober gaan ze aan de slag als marechaussee. Na het uitvoerig behandelen van onder andere de vreemdelingenwet, strafvordering en militair strafrecht, is het tijd de kennis in praktijk te brengen.

Een scenario waabij een student, een acteur en een instructeur in actie zijn.

2 leerlingen krijgen de rol van marechaussee op het vliegveld. In de centrale hal van het vliegveld waart een militair rond die voor zijn vriendin een telefoon wil aanschaffen. Geld heeft hij echter niet, waardoor hij in de telefoonwinkel een toestel steelt. Een oplettende beveiliger spreekt hem aan, waarop de militair de beambte aanvalt. Bang voor de consequenties van zijn roverij, neemt de militair de benen. Dat is het moment waarop de toegesnelde leerlingen in actie komen. Ze staan de beveiliger en de winkelbediende - beide acteurs - bij.

Tijmen praat met een student terwijl ze aan een tafel zitten.
Tijmen, tevens klassenbegeleider, is hier in gesprek met marechaussee-2 Marco. “Je bouwt echt een band op met een groep.”

 “Beeld bij de kennis”

Wat vindt de leerling eigenlijk van het kader? Een vraag waar marechaussee-2 Marco antwoord op geeft. “Je krijgt les van je collega’s. In de eerste ‘groene’ fase zijn de instructeurs uiteraard wat strenger en straalt er een sterke autoriteit van ze uit. Dat is ook wat je verwacht als je begint: je werkt immers in een militaire organisatie. Je ziet de houding van de instructeur veranderen naarmate de tijd vordert. Van instructeur naar collega, wat ik echt zo ervaar in deze laatste fase. Het kader deelt de ervaringen uit het veld. Daar leer je enorm van: je krijgt er beeld bij.” De instructeurs verschillen natuurlijk wel, geeft Marco aan. “Ieder heeft zijn eigen expertise en kennis. Een goede instructeur maakt het verschil.”

Tijmen kijkt toe hoe studenten tijdens een scenario werken.
Tijmen: “Als beginnend instructeur kwam ik in een sneltrein terecht. Je leert ontzettend veel. In het begin, maar nu nog steeds. Daarbij krijg ik de ruimte om me met opleidingen te ontwikkelen. Je komt erachter dat je meer kunt dan je zelf denkt.”

Van start tot finish

Al snel klinkt: “Eenmaal aanhouding om 10.57 uur.” Tijd voor de evaluatie! De acteurs zijn tevreden: “Hij bleef met mij in gesprek, ik voelde me erg op mijn gemak.” Dan komen de rechtsgronden aan bod. Tijmen geeft feedback en tips. Eén van de dingen die voor hem het vak zo uitzonderlijk maken. “In het begin van de opleiding, tijdens de ‘opstap’, hebben we deze casus ook gedaan. Toen liepen ze net in het blauw en was het - begrijpelijk - chaos. Moet je nu zien. Dat vind ik misschien wel het mooiste. Als instructeur ben je de hele dag bezig mensen beter te maken. Je ziet ze opkomen, leidt ze op en brengt ze de poort uit, waar ze starten als bekwame collega.”

Toeslag     

Nog een groot voordeel aan werken op het opleidingscentrum zijn de arbeidstijden. Maar… een betere balans in werk en privé is mooi, er moet wel brood op de plank komen. Voor instructeurs is er een bindingspremie ingesteld. Een impuls om collega’s in het instructievak te krijgen, te behouden en om recht te doen aan de belangrijke rol van de instructeur binnen de KMar. Daarbij komt nog dat instructeurs een toeslag krijgen voor de weken dat ze op bivak gaan met de groep.

Tekst: kapitein Saminna van den Bulk | Foto's: Louis Meulstee