Tekst ritmeester Jessica Bode
Foto Jarno Kraayvanger

Zware, maar geliefde opleiding weer van start

 “Soms is de opleiding zwaar k*t. Nu bijvoorbeeld.” De 23-jarige Daan kijkt omhoog, naar de gitzwarte wolken waar opnieuw een bak regen uitvalt. Zijn spullen en onderkomen voor de nacht zijn doordrenkt. Toch vindt hij het bivak van de Praktische Opleiding tot Officier der Mariniers (POTOM) leuker dan zijn eerdere studie Bouwkunde aan de TU Eindhoven.

“Dit heb ik altijd gewild”, vervolgt Daan, terwijl hij terugdenkt aan afgelopen nacht met nog geen uurtje slaap. “Na de middelbare school was ik nog iets te jong voor deze opleiding. Nu begrijp ik waarom. Het is zwaar. Nu ik ouder ben kan ik alles meer relativeren.”

De start van de POTOM is altijd in de herfst. Als het buiten nat en koud is. Dat doet al direct iets met de mindset van de deelnemers.

Gelijkwaardige tegenstander

De aspirant-officieren der mariniers worden klaargestoomd om op te treden tegen een ‘gelijkwaardige tegenstander in een omgeving waar Nederland niet per se overwicht heeft’.  “Daarom zijn we streng en ga je fysiek en mentaal tot het uiterste. Je kunt je voorstellen dat we het niet tolereren dat er in het weekend snoep wordt ingegraven, om dat tijdens een bivak weer op te graven”, verduidelijkt senior instructeur sergeant-majoor Moos een situatie die zich eerder die week voordeed.

Maar hoe zwaar het soms ook is, er wordt ook volop gelachen.

De zwaarste

De POTOM is de opleiding voor degenen die een officiersfunctie bij het Korps Mariniers ambiëren. Het duurt 9 maanden en staat bekend als de zwaarste, initiële opleiding van Defensie. Jaarlijks valt circa de helft af. De opleiding is nu zo’n 2 maanden bezig en 8 jongens zijn er mee gestopt. “De 1 vindt het fysiek en/of mentaal te zwaar, de ander mist thuis zijn te veel en de derde valt uit met een blessure”, somt hoofd opleidingseenheid kapitein Sebastiaan op. “De meesten stoppen zelf. Wij sturen eigenlijk alleen mensen weg als ze de opleidingseis niet halen.”

De Edese Heide is een mooi decor voor de POTOM.

Veel buiten

Maar wat maakt deze opleiding zo zwaar? Het is een combinatie van de duur, de steile leercurve én uiteraard de fysieke belasting. En van die 40 weken speelt circa de helft zich buiten af. In een periode waarin het weer niet erg voordelig is. “Maar het moet wel zwaar zijn, want deze mannen zijn de toekomstige leiders van belangrijke, amfibische operaties. Ze moeten in extreme omstandigheden leidinggeven en keuzes maken”, benadrukt Sebastiaan.

Een goede test

Traditiegetrouw wordt afgetrapt met de Bivak Basic Skills; de weken waarin de aankomend officieren de militaire basisvaardigheden onder de knie krijgen. Zoals bivak, contactdrills en kaart en kompas lezen. Gedurende de opleiding wordt een week in het veld afgewisseld met een kazerneweek. Tussendoor staat een reis naar Engeland op de planning, waar de jongens met scherpe munitie oefenen en leren samenwerken met de Engelse collega’s. Moos vertelt: “Ze vinden het nu al pittig, maar krijgen steeds meer te verduren. Dan zijn ze fysiek en mentaal al zo’n stap verder, dat ze het niet zo door hebben. De mannen staan tegen die tijd heel anders in de wedstrijd.”

Bij een bivak hoort weinig slaap. Als het de aspirant-officieren te zwaar wordt tijdens een les, mogen ze gaan staan. Maar zonder enkele garantie….

Herfst

Het startmoment ligt in oktober, waardoor de eerste fase van de POTOM in de herfst valt. Als het nat en guur is, het dagenlang regent, de grond zompig is en de wind akelig opsteekt. Zoals vandaag. Opnieuw begint het te regenen. De mariniers in spé zitten in het bos bij een les arm- en handsignalen. Net heeft iemand al de knoop van z’n broek moeten snijden, omdat ie hem vergeten was dicht te doen. De ander valt letterlijk om van de slaap. “Als jullie inkakken, weet ik wel iets om je wakker te krijgen”, roept Moos. “En dat is sowieso koud en vochtig.” Máár de ogen openhouden is makkelijker gezegd dan gedaan. De start van de nachtrust lag rond 02:30 en de dag begon weer om 04:00.

De les arm- en handsignalen midden in het bos. Gelukkig was het soms even droog.

VOOR WIE?

De POTOM is in principe voor jongens (en tegenwoordig ook vrouwen) tussen grofweg 18 en 27 jaar die als officier bij het Korps Mariniers aan de slag willen. Het grootste deel komt van de havo of het vwo of heeft er een studie opzitten, de rest heeft werkervaring of stroomt door vanuit een andere functie binnen Defensie. De 21-jarige Joeri staakte zijn studie fysiotherapie en stopte met hoog judoën voor de POTOM. “Ik doe het echt voor de functie met de fysieke uitdaging. M’n pa zit bij de landmacht en mijn moeder bij de luchtmacht. Nu ben ik de volgende.”

Iets niet goed gedaan? Dan even een paar minuten in de ‘voorligsteun’.

OPLEIDINGSOPBOUW

• Fase 1: basisfase

In een sneltreinvaart worden de aspirant-officieren door de mariniersopleiding geloodst. De basisvaardigheden staan hier centraal. 

• Fase 2: sectiefase

In deze fase leren de cursisten leiding geven aan een sectie. Hiermee voeren ze gevechtsacties uit tot op sectie niveau (14 man)

• Fase 3: troopfase

Deze fase is gelijk aan de vorige periode, behalve dat hier wordt toegewerkt naar het leiderschap op pelotonsniveau (32 man). Dit behelst het grootste gedeelte van de opleiding en duurt circa 17 weken. 

• Fase 4: afbakfase

In deze fase worden de vaardigheden uit fase 3 uitgebouwd en de samenwerking gezocht met ondersteunende eenheden als vaartuigen, voertuigen en helikopters. De beroepscontext staat centraal. De fase wordt afgesloten met het uitreiken van de baret.