Van het einde van de Tweede Wereldoorlog tot de missie in de Afghaanse provincie Uruzgan. Van de politionele acties in het toenmalige Nederlands-Indië tot de huidige VN-missie in Mali. Defensie duikt keer op keer, direct en indirect, op in de geschiedenisboeken.
In deze rubriek blikt de Defensiekrant kort terug op gebeurtenissen uit het verleden die een sterke link hebben met de Nederlandse krijgsmacht. Het zijn telkens historische feiten die de afgelopen 2 weken op dezelfde data zijn gebeurd.
De ontmoeting in Hotel de Wereld in Wageningen. Links, met de handen op tafel: Charles Foulkes en rechts, de middelste van de drie: Johannes Blaskowitz. Links vooraan Prins Bernhard. Bron: Wikimedia Commons
5 mei 1945: de Duitse generaal Johannes Blaskowitz en zijn Canadese ranggenoot Charles Foulkes, treffen elkaar in Hotel De Wereld in Wageningen. Het capitulatiedocument wordt voorgelezen, maar niet ondertekend. Blaskowitz eist namelijk dat zijn troepen de garantie krijgen niet als Russische krijgsgevangen te eindigen. Ook wil hij dat prins Bernhard, de commandant van de Binnenlandse Strijdkrachten, zijn troepen in toom houdt. Alle partijen stemmen in met deze voorwaarden. Toch wordt de capitulatie niet op 5 mei ondertekend. Pas de volgende dag, in de aula van de Landbouwschool en zonder toeschouwers, maken Blaskowitz en Foulkes de overgave van alle Duitse strijdkrachten in het bezette Nederland definitief. Nederland is vrij.
2 mei 1997 - Marechaussee in Albanië
Een marechaussee laat in de praktijk zien hoe politiewerk eraan toe gaat.
Als de halve Albanese bevolking haar complete kapitaal verliest in de overgang van communisme naar kapitalisme, overspoelen chaos en anarchie het land. Om de jonge regering te helpen orde te scheppen, besluit de West-Europese Unie op 2 mei 1997 het Multinational Advisory Police Element (MAPE) op te richten. De MAPE adviseert de overheid, traint politieagenten en houdt toezicht op het politieapparaat. Nederland levert tussen 1997 en 2001 33 marechaussees. In augustus 2002 eindigt de Europese steun.
1 mei 1996 - Bemiddeling Georgië
Latere waarnemers op patrouille in Georgië. Bron: OSCE/David Khizanishvili
Als Georgië zich op 9 april 1991 onafhankelijk verklaart van de Sovjet-Unie, komt een deel van de bevolking in opstand. De Osseten in Zuid-Ossetië zijn tegen de onafhankelijkheid en zoeken met geweld aansluiting bij geloofsgenoot Rusland. Om te bemiddelen tussen de strijdende partijen wordt een groep diplomaten naar het land gestuurd. Ook houden 8 militaire waarnemers toezicht op de vredesmacht, bestaande uit Russische, Georgische en Ossetische militairen. Hiervoor leveren lucht- en landmacht tussen 1994 en 1996 personeel. Op 1 mei 1996 keert de laatste waarnemer terug naar Nederland.
29 april 1945 - Voedseldroppings
Een B-17 dropt voedselpakketten boven Valkenburg. Bron: Nederlands Instituut voor Militaire Historie
Wanneer het einde van de Tweede Wereldoorlog in april ’45 nadert, is West-Nederland al maanden afgesneden van voedsel, kleding en hulpgoederen. 20.000 mensen zijn tijdens dan al omgekomen. Na maanden van onderhandelen, sluiten de Duitsers en geallieerden op 29 april echter een akkoord dat voedseldroppings mogelijk maakt. 242 Lancaster bommenwerpers vertrekken daarop richting Nederland. Om te voorkomen dat parachutisten mee springen, eist de Duitse bezetter dat de vliegtuigen op minimale hoogte hun lading droppen. In totaal gooit de RAF 535 ton voedsel af. 2 dagen later, op 2 mei, droppen nog eens 400 Amerikaanse B-17 bommenwerpers in operatie Chowhound ruim 500 ton goederen.
23 april 1991 - Hulp in Koerdistan
Een marinier beveiligt in 1991 de safe haven. Bron: Nederlands Instituut voor Militaire Historie
23 april 1991; de eersten van 400 mariniers steken de Turkse grens met Irak over. Samen met 608 landmachters stellen zij de komende maanden met minimaal geweld een safe haven veilig voor Koerden die vluchten voor het Iraakse regime. Ook houden ze toezicht op de Peshmerga’s en maken een begin aan de bouw van een vluchtelingenopvang in de buurt van Zahko. 3 Alouette III helikopters, 14 marechaussees en een detachement van de EOD ondersteunen de troepen. Nog geen maand na het begin van de missie zijn er al zo veel Koerden op de vlucht geslagen, dat er een derde vluchtelingenkamp moet komen. De veiligheidssituatie in het land verbetert hierna echter zo snel, dat vanaf 31 mei de Nederlandse militairen zich geleidelijk kunnen terugtrekken. Op 15 september keert de laatste compagnie terug naar Nederland.