Tekst Jopke Rozenberg-van Lisdonk
Foto John van Helvert

‘Bijna niemand weet dat ik dit werk doe’

De advertentie in de Veronicagids 27 jaar geleden bleek voor toenmalig timmerman Mark life changing. ‘We zijn op zoek naar de besten, uitblinkers in sport’, herinnert de 48-jarige air marshal zich de oproep van de Koninklijke Marechaussee. Dat ben ik, dacht hij gelijk en solliciteerde. De wildebras die vroeger soldaatje in de bossen speelde, droomde van een baan bij politie of leger. Nu werkt de adjudant bij de Brigade Speciale Beveiligingsopdrachten (BSB) van de marechaussee. “Hier vind ik het beste van twee werelden.”

“Als grijze muis beweeg ik me op luchthavens tussen de mensenmassa. Ik probeer niet op te vallen, gedraag me als een reguliere reiziger. De bewapening onder mijn kleding ziet niemand. Zelfs de vliegtuigbemanning niet. Zoals ieder ander maak ik ook een praatje met medepassagiers of het personeel. Alleen dan als mijn alter ego en met het doel afwijkend gedrag te signaleren. 

Bijna niemand weet dat ik dit werk doe. Mijn ouders, vriendenkring en zelfs de meeste marechausseecollega’s niet. Dat is uit veiligheidsoverwegingen. Men weet dat ik bij de  marechaussee werk, weleens persoonsbeveiliging doe of ingezet wordt voor andere bijzondere beveiligingsopdrachten. Maar dat ik als air marshal de hele wereld over vlieg ter bestrijding van eventuele terreuracties is geheim.

We opereren altijd in groepsverband, het aantal air marshals varieert per inzet. Voorafgaand aan elke vlucht trainen we in een speciaal daarvoor bestemd toestel. Daarin zitten twee verdiepingen, zodat we in de werkelijke vliegtuigconfiguratie kunnen oefenen. ‘Train as you fight’ is ons principe. We zitten dus op dezelfde plaatsen als later tijdens de daadwerkelijke inzet. Tijdens de oefenscenario’s komt alles aan bod, van ongewapend vechten tot vuurwapengebruik. De tegenstanders lopen uiteen van een enkele gek zwaaiend met een mes tot meerdere bewapende terroristen. 

Air marshal zijn, is geen fulltime functie. Het gevaar van afstomping en verminderde focus ligt dan op de loer. Daarom wisselen we deze taak af met andere opdrachten, zoals persoonsbeveiliging. Dat doen we bijvoorbeeld voor politici die afreizen naar hoog risico gebieden of voor Nederlandse ambassadeurs in het buitenland. In dit vak ‘ben je ervan’. Je kunt niet denken: ‘Oei, da’s mij te gevaarlijk. Ik doe niets’. Je moet altijd je mannetje staan, altijd in actie komen als de situatie daar om vraagt. Met name in een vliegtuig waar gevaar ontwijken geen optie is. Als air marshal ben je dan het laatste redmiddel in de beveiligingsketen.” 

Mark zit samen met de commandant BSB namens Nederland in de stuurgroep van het internationale air marshal-programma ‘International In-Flight Security Officer Committee’. Nederland is de komende twee jaar zelfs voorzitter van deze werkgroep. Bekijk www.iifsoc.com voor meer informatie.