Bouwplaats Kamp Castor 24/7 bewaakt
In de kleine houten keet bovenop het dak van een verlaten gebouw rollen de yahtzee-dobbelstenen over tafel. In het gedempte licht staat een pruttelend koffiezetapparaat. Tijdschriften liggen op een stapeltje naast de voedsel- en watervoorraad. Uit een omgebouwde autoradio klinken Nederlandse hits.
“We maken het hier zo gezellig mogelijk”, grinnikt groepscommandant sergeant Erik van Beek. De 8-koppige groep pantsergenisten is één van de drie groepen die afwisselend de wacht houden op de bouwlocatie van Kamp Castor. Tijdens de twee dagen dat de militairen aan de bak moeten, zijn de militairen aan een strak regime onderworpen. “Iedereen heeft paarsgewijs twee keer per nacht wacht,” licht Van Beek toe, “Ik probeer het wachtschema zo in te delen dat iedereen 4,5 uur aan één stuk kan slapen.”
Yahtzee
In de wakkere uren tussen de wacht door sporten de mannen met zelfgemaakte halters, spelen een spelletje yahtzee of kletsen wat onder het genot van een bak koffie. Korporaal Peter Berkenbosch: “Tijdens het wachtlopen is er de afgelopen weken nog niets gebeurd. Soms zien we ’s avonds een paar honden of grondeekhoorns, maar daar blijft het bij.” De enige keer dat Berkenbosch dreiging ondervond was niet tijdens wacht, maar op het Franse kamp, waar de Nederlanders tijdelijk verblijven. “Er was een raketaanval op het vliegveld van Gao. Ik stond vlakbij de inslag en kon nog net de auto induiken. De stenen sloegen tegen de ruit.”