Tekst Evert Brouwer
Foto Phil Nijhuis
Prominente rol voor Zr.Ms. De Ruyter
De oorlog in Oekraïne speelde weinig verrassend een voorname rol tijdens de grootste defensie- en veiligheidsbeurs ter wereld, de DSEI in Londen. Meer bezoekers, zo’n 40.000, én meer exposanten, ongeveer 1.600, vormden vorige maand het bewijs dat er wereldwijd weer meer wordt geïnvesteerd in defensie. En er was een Nederlandse blikvanger: Zr.Ms. De Ruyter.
Het Luchtverdedigings- en Commandofregat lag samen met HMS Iron Duke prominent aan de kade naast het expositiecentrum Excel, waar het evenement om het jaar plaats vindt. Commandant kapitein-luitenant ter zee Welmer Veenstra: “We bieden Nederlandse deelnemers de DSEI ruimte aan om collega’s te ontmoeten.”
Bezoekers van de DSEI konden zich eveneens aan de valreep melden voor een rondleiding. De belangstelling was volgens de daar opgestelde matrozen eerste klas Xander en Rowan zo groot dat zij toegangsbewijzen moesten uitdelen om de stroom nieuwsgierigen te reguleren.
Geweldig voorbeeld
De De Ruyter vormde niet alleen een blikvanger, maar fungeerde ook als transportmiddel voor materieel van de Nederlandse industrie én als platform voor een receptie op de eerste avond. Met als speciale gast staatssecretaris van Defensie Christophe van der Maat. Hij riep in zijn speech op tot meer internationale defensiesamenwerking binnen Europa. “Als je ziet hoeveel verschillende tanks Europa heeft en het aantal soorten vliegtuigen ziet; dat moet anders kunnen.” Als ‘geweldig voorbeeld’ van internationale samenwerking noemde Van der Maat de 50-jarige United Kingdom/Netherlands Amphibious Force (UKNLAF).
Herstel hard nodig
De bewindsman kwam speciaal naar Londen om die Nederlandse defensieondernemers een hart onder de riem te steken. “Belangrijk, juist in deze tijd”, vindt hij. “We zijn bezig met het herstel, de wederopbouw van onze voorraden. Dat is hard nodig, wie had 2 jaar geleden kunnen voorspellen wat er nu in Oekraïne gebeurt. De DSEI biedt de kans om te overleggen met onze strategische partners en leveranciers.”
‘We hebben al 70 jaar te maken met dreiging’
Eigen industrie
Als er landen zijn die hun defensiemiddelen continu innoveren en veel internationaal samenwerken, zijn dat Israël en Zuid-Korea. Beide naties verkopen én leveren op dit moment in hoog tempo tal van wapens en munitie aan Europese landen. Behalve een tank (K2 Black Panther), een modern vliegtuig (KF-21 Bormae) en een artilleriesysteem (K9 Thunder) heeft Zuid-Korea ook in eigen land ontwikkelde geleide wapen-fregatten van de Daeguklasse. Daarvan moeten er uiteindelijk 22 bij de Koreaanse marine in dienst komen. Met de bijbehorende wapens en munitie, die ook uit eigen fabrieken komen. “Wij hebben al ruim 70 jaar te maken met dreiging. Wij willen wat onze defensie-industrie betreft minder afhankelijk zijn van de Verenigde Staten”, aldus Sungmin Kim van Hanwha Systems (Zuid-Korea).
‘Het gaat niet om wat ik kan betalen, maar wat ik nodig heb’
Flexibel
Elbit Systems uit Israël is in ons land bekend van het raketartilleriesysteem PULS voor de landmacht. Het bedrijf is echter ook actief op het water, met onder meer het onbemande vaartuig Seagull, met daarop de Skylark C-drone. Mark Volpert, vicepresident en hoofd regionale marketing en business development van Elbit Systems, is kraakhelder. “De defensiebudgetten in het Westen zijn sinds de jaren 90 flink geslonken en dat heeft z’n invloed gehad op de industrie. Voor ons is nooit de vraag geweest ‘wat kan ik betalen’, maar ‘wat heb ik nodig’?”
En er is veel en dan ook nog snel nodig, zoals staatssecretaris Van der Maat aangaf. Er wordt daarbij niet meer per definitie gekeken naar de Verenigde Staten als leverancier van defensiemiddelen. “Wij zijn flexibel, klantgericht”, legt Volpert uit. We willen korte lijnen en uitwisseling van technologie, die onze systemen kunnen verbeteren.”