Tekst André Twigt
‘In deze functie verkoop of promoot je niet’
Officieren met interesse voor de functie van marineattaché moeten bij voorkeur enigszins gegrijsd bij de oren zijn. Dat is althans de mening van de huidige vertegenwoordiger van het Commando Zeestrijdkrachten in de Verenigde Staten, kapitein ter zee Hugo Ammerlaan. Wie denkt dat de voormalig onderzeebootcommandant een grapje maakt, houdt zijn lach maar beter even in. Ammerlaan is namelijk bloedserieus. Én hij spreekt uit ervaring. Medio volgend jaar zitten zijn 3 jaar in Washington DC er op.
Naast diplomaat en krijgsman, ook een beetje koopman
Ammerlaan zit niet echt te springen om terug naar Nederland te gaan. Daarvoor is het werk veel te leuk. Hij reist veel, ontmoet interessante mensen en bovendien kan de kolonel nog eens een andere pet opzetten. Als attaché verricht hij ook taken die je niet direct met een marineofficier in verband brengt. Zo vertegenwoordigt hij tot op zekere hoogte de Nederlandse maritieme industrie. Dat maakt Ammerlaan, naast diplomaat en krijgsman, ook een beetje koopman. “Hoho”, haast hij zich dit beeld bij te stellen. “In deze functie verkoop of promoot je niet. Eventueel breng je leverancier en afnemer bij elkaar.”
Zelf aan de bak
Om een deal te sluiten, moeten de betrokken partijen zelf aan de bak, vindt de marineman. Sowieso komt wie goed is binnen de maritieme industrie vanzelf een keer bovendrijven, zegt hij doelend op een mooie order voor de firma Damen. Die behelst de bouw van 58 cutters voor de U.S. Coastguard. Met zo’n opdracht vaart niet alleen de nummer 1 scheepsbouwer van Nederland wel. Maar ook de Koninklijke Marine. “Zeker in de VS tel je mee wanneer de schepen waarmee je opereert wereldwijd verbreiding krijgen.”
Razend druk
Ammerlaan vertegenwoordigt dus het Commando Zeestrijdkrachten en alles wat daarbij hoort. Daarmee heeft hij het razend druk. Zijn er geen bakken mailtjes die hij vanachter zijn bureau op de Nederlandse ambassade moet doorakkeren? Dan komt er wel bezoek uit Nederland voorbij dat begeleiding behoeft. Deelname aan onder meer denktanks en symposia – zoals onlangs over seapower – horen er ook bij. Net als recente vlootbezoeken, waaronder dat van Zr. Ms. Holland en Zeeland aan New York. Amerikaanse militaire autoriteiten die Nederland willen bezoeken, zien zich daarbij gesteund door de lijflijke aanwezigheid van kolonel Ammerlaan.
‘Een troef is hoe we systeemintegratie op onze nieuwe schepen aanpakken’
Naam en faam
Mag de gemiddelde Yank ons land nog weleens verwarren met Denemarken of België, in Amerikaanse militaire kringen bestaat er volgens Ammerlaan minder misverstand over dat piepkleine landje daar in dat verre Europa. Dat is mede te danken aan onze tomeloze inzet bij wereldwijde vredesmissies. Maar vlak ook de onaflatende inspanningen van een lange reeks militaire attachés niet uit. Zij zijn mede bepalend voor hoe men vandaag de dag in de States aankijkt tegen Nederland en zijn militairen. Op zijn beurt laat Ammerlaan eveneens weinig gelegenheden onbenut om, samen met zijn land- en luchtmachtcollega’s, onze krijgsmacht op de kaart te zetten. “Een troef is onder meer hoe we systeemintegratie op onze nieuwe schepen aanpakken. Dat oogst hier in marinekringen veel bewondering.”
Zelf doen
Ammerlaan vertelt dat wanneer de U.S. Navy sensoren, wapens en communicatie aan elkaar gaat ‘breien’, er veel wordt uitbesteed, hetgeen leidt tot meer inefficiëntie en versnippering. Daarentegen doen wij nog weleens wat zelf”, zegt hij met gevoel voor understatement. “Wat zeg je? 4 prototypen om de boel uit te testen? Doorgaans bestaat een Nederlandse klasse fregatten maar uit 4 stuks. Het eerste schip moet daarom meteen goed zijn. Waar een klein land groot in kan zijn. Vlak overigens onze bijdrage aan het F-35 project ook niet uit.”
Memorial Day
Heeft Amerika waardering voor Nederland, op zijn beurt heeft Nederland veel respect voor de VS. In diplomatieke kringen weegt nog steeds zwaar wat de United States tijdens de Tweede Wereldoorlog voor ons heeft betekend. Een evenement als Memorial Day mag je als marineattaché dan ook niet missen. Op die dag worden alle militairen die onder oorlogsomstandigheden het leven lieten herdacht. “Dit evenement wordt hier bijzonder groots aangepakt, compleet met defilé”, aldus Ammerlaan. “Op de tribune zit je dan samen met zo’n 150 attachés. Veruit de meesten gegrijsd rond de oren. Hét handelsmerk voor de oudere wijze militair, die het allemaal al een keer gezien en gedaan heeft. Wanneer je hier komt te werken, is dat een duidelijke pre.”
De voelsprieten van de ‘legale spion’ stonden rechtovereind
Verhit emailverkeer
De marineattaché maakt er werk van alles wat hij om zich heen ziet gebeuren, te vertalen naar de Koninklijke Marine. De voelsprieten van de naar zijn zeggen ‘legale spion’ stonden rechtovereind toen president Donald Trump in januari van dit jaar verklaarde Venezuela oliesancties op te leggen. Op die manier wilde hij het bewind van de huidige president Nicolas Maduro dwarsbomen. Deze maatregelen raken direct de Nederlandse belangen – met name die van de inwoners van de Caribische eilanden van het Koninkrijk – aangezien de grote raffinaderij die Venezuela op Curaçao bezit niet alleen olie produceert, maar ook de inkomens van de lokale medewerkers betaalt. “Het behoeft geen toelichting dat dit nieuws voor verhit e-mailverkeer over en weer met Nederland zorgde. Oliesancties? We blijven er bij de Amerikaanse autoriteiten op aandringen ons voortaan vooraf even in te lichten. Daarmee sta je samen sterker en voorkom je dat je achter de feiten aan loopt en je als attaché zaken bijvoorbeeld via de media moet vernemen. Ook wij hebben in dit soort kwesties een rol. Al is het maar een heel kleintje, natuurlijk.”