Tekst LTZ 2OC (SD) Joost Margés
Foto SGT-1 Eva Klijn
Afhandeling van vluchtelingen grootste uitdaging
30 doorweekte immigranten stappen of strompelen van het Griekse patrouillevaartuig in de haven van Chios. Blijkbaar net op tijd uit het water gehaald. Op aanwijzing schuifelen ze met hun weinige bagage naar het inschrijfpunt en de Rode Kruis-tent. Het beeld herhaalt zich dagelijks vele malen. Een Defensie-delegatie ziet hier hoe Zuid-Europa zucht onder een niet-aflatende stroom vluchtelingen. “Ook aan ons de taak om bij te springen met praktische oplossingen”, stelt Plaatsvervangend Commandant der Strijdkrachten (P-CDS), vice-admiraal Rob Bauer.
De delegatie bezoekt niet alleen het eilandje Chios, op enkele kilometers voor de Turkse westkust, maar daarvoor ook Sicilië. Het gezelschap bestaat naast admiraal Bauer uit secretaris-generaal (SG) Erik Akerboom, hoofddirecteur Beleidszaken Wim Bargerbos, plaatsvervangend Commandant Koninklijke Marechaussee generaal-majoor Harry van de Brink en Jan-Kees Goet, directeur-generaal Vreemdelingenzaken van het ministerie van Veiligheid & Justitie.
Afstand houden
Op vliegbasis Sigonella spreken de hoge militairen en ambtenaren met het kustwachtpersoneel dat met het Dornier-patrouillevliegtuig opereert. Een 8-tal vliegers, waarnemers en technici zijn hier deze maand, net als in april 2015, gestationeerd als FRONTEX-eenheid. Deze Europese organisatie springt bij aan de Europese kant van de Middellandse Zee om de vluchtelingenstroom waar mogelijk in goede banen te leiden.
Met de Dornier voeren de vliegers van luchtmacht en marine dagelijks patrouilles uit van 4 uur, met een wachtmeester van de Koninklijke Marechaussee als mission commander. Daarbij speuren zij naar smokkelvaartuigen van allerlei formaat. “Met goed weer kijken we 50 kilometer ver op zee”, vertelt luitenant ter zee (vlieger) 2OC Maarten Camfferman. Hij maakte in 2005 als voormalig Orion-vlieger de overstap van de KM naar de kustwacht. Naast het blote oog, gebruiken de operators aan boord ook een Forward Looking Infrared (FLIR)-camera. “Als je een bootje ontdekt, is het belangrijk afstand te houden en om het vaartuigje heen te vliegen. Anders bestaat de kans dat iedereen uit enthousiasme naar één kant gaat waardoor de boot omslaat.”
Dodelijke drama’s voorkomen
“De Dornier is een ‘basic’ vliegtuig, maar het functioneert prima”, aldus Camfferman. “Het is wendbaar bij hoge en lage snelheden en kan bochten draaien tot 60 graden. Zo kun je snel een goed beeld van een bootje krijgen. Omdat we laag vliegen – tot 100 voet – hebben we vaak geen radiocontact met de verkeersleiding. Dat lossen we dan op door gewoon te bellen met de satcom. Zo geven we iedere 30 minuten een ‘ops normal’ door, om aan te geven dat alles goed gaat.”
De vlieger verwacht dat het aantal oversteekpogingen de komende weken terug zal lopen. “De zomermaanden vertonen altijd een piek. Nu wordt het weer veel onstuimiger en de zee dus ook.” De afgelopen weken troffen de Nederlanders, naast normale scheepvaart, ook een omgekeerde boot aan. Of dit een stille getuige was van het zoveelste drama, konden ze niet vaststellen. De verkenningsvliegtuigen van FRONTEX blijven op gepaste afstand van Libië, omdat niet bekend is over welke luchtdoelwapens groeperingen in de kustregio beschikken. De Italiaanse kustwacht voert wel varende Search & Rescue-operaties uit binnen de Libische zone. Hiermee proberen ze dodelijke drama’s verder op zee te voorkomen.
Chios verwerkte in heel 2013 zo’n 1.350 immigranten; dit jaar staat de teller al op ruim 50.000
Totaal overwerkt
Bauer is hier groot voorstander van: “Mensen redden op zee, dat hoort bij goed zeemanschap”. Volgens de vlagofficier zorgt vooral de nieuwe manier van werken van de mensensmokkelaars voor grote risico’s. “Voorheen voeren ze zelf mensen naar de overkant. In het nieuwe business-model sturen ze mensen gewoon in overvolle boten naar zee. Ze zijn dan weliswaar hun vaartuig kwijt, maar blijven zelf buiten schot. Wanneer je per overtocht 50 keer € 1.000 per vluchteling verdient, is de boot maar een kleine kostenpost.”
Dezelfde manier van werken hanteren de smokkelaars in Turkije, tegenover Chios, waar de delegatie aansluitend naar afreist. Hier halen 4 RHIB-chauffeurs van de Koninklijke Marechaussee dagelijks mensen uit zee met hun snelle RHIB. ‘The Fantastic Four’ is inmiddels hun eervolle bijnaam, zo krijgen de Nederlandse werkbezoekers te horen in het coördinatiecentrum in de haven van Chios. Het kleine eiland verwerkte in heel 2013 bijvoorbeeld zo’n 1.350 immigranten; dit jaar staat de teller al op ruim 50.000. Het totaal overwerkte coördinatiecentrum smeekt om meer mensen en middelen, bijvoorbeeld om valse papieren te herkennen en ‘foute’ immigranten eruit te halen.
Land van hun dromen
KMAR-adjudant Marco Stigt, support officer van FRONTEX, weet wat er allemaal aan valse documenten voorbij komt. Hij toont een Syrisch rijbewijs met Nederlands hologram, duidelijk fake. “Vaak hebben Syriërs overigens wél goede papieren”, haast Stigt zich. “Mensen zonder papieren zeggen vaak dat ze uit Syrië komen. Dan zeg ik bijvoorbeeld: ‘Jij bent Irakees’ en krijg ik de reactie: ‘Nee, ik ben Syriër uit het grensgebied met Irak, daarom praat ik zo’. Achterliggende reden hiervan is dat een Syriër 6 maanden mag blijven, terwijl anderen binnen een maand Griekenland moeten verlaten als ze geen asiel aanvragen.”
Veel mensen die op Chios aankomen verblijven in de vluchtelingenkampen die VN-vluchtelingenorganisatie UNHCR heeft opgetrokken op het eiland. Lang blijven mensen hier niet, meestal een dag of 2, waarna ze op eigen kosten verder reizen per ferry naar het Griekse vasteland. Vanaf daar gaan zij op zoek naar het land van hun dromen, niet zelden Duitsland, vanwege het goede economische imago. Het is genoegzaam bekend dat ook Nederland in de smaak valt.
‘Wanneer je per overtocht 50 keer € 1.000 per vluchteling verdient, is de boot maar een kleine kostenpost’
Onszelf een plezier doen
De delegatie blijkt tegen het einde van het bezoek niet doof voor de Zuid-Europese noodkreten. “Samen met Buitenlandse Zaken en Veiligheid & Justitie moeten wij hen met expertise, mensen en kleine geldbedragen praktische oplossingen kunnen bieden”, zo vindt secretaris-generaal Akerboom. “Met weinig middelen kunnen zij hier veel bereiken als wij maar maatwerk leveren.” Admiraal Bauer pleit in dat opzicht voor het vormen van flexibel samen te stellen border-security teams van marechaussees, ander defensiepersoneel en medewerkers van de Immigratie en Naturalisatie Dienst. “Als we in staat zijn om mensen hier beter te registreren, dan doen we onszelf daar een plezier mee. Gaat het hier niet goed, dan hebben we daar verderop in Europa last van.”