‘Wat kan ík doen om air mobility te leveren?’

Iedere maand richten een andere commandant en stafadjudant zich in het voorwoord van de Vliegende Hollander tot jullie. Deze keer het woord aan de Commandant Air Mobility Command (AMC) kolonel Jorrit de Gruijter en zijn Stafadjudant Erik Klein. Volgende maand zijn dat de Commandant Defensie Helikopter Commando en zijn stafadjudant.

Commandant Air Mobility Command kolonel Jorrit de Gruijter.

“Elke militair heeft een band met Eindhoven,” start De Gruijter, “want je bent er zelf geweest om te vertrekken naar een uitzending of missie, of kwam ervan terug. Of je was hier om mensen op te halen of uit te zwaaien. Maar we doen zoveel meer. Het Air Mobility Command heeft vier hoofdtaken. De eerste is het verzorgen van luchttransport voor heel Defensie en daarbuiten. Dus of het gaat om humanitaire hulpverlening of militaire inzet. Het merendeel van de air logistics gaat via Eindhoven en komt hier terug. Hoofdtaak twee is het uitvoeren van air mobility operaties zelf, met de bescheiden capaciteit die we hebben. Drie is het leveren van host nation support aan de internationale eenheden op deze basis. Want wat we hier op Eindhoven doen, is hét voorbeeld van Europese militaire samenwerking. Er werken hier 1450 militairen in totaal, waarvan de helft uit zeventien Europese landen komt. En tot slot zijn we de tweede luchthaven van Nederland, want als luchtmacht maken wij Eindhoven Airport mogelijk. Het is hun platform, maar voor de rest allemaal Defensie: landingsterrein, luchtverkeersleiding, brandweer, enzovoort.”

De Gruijter: ‘“Fight tonight’ lukt alleen met een warrior mindset en die laten we hier doorlopend zien’

“Vier taken die met elkaar verbonden zijn en elkaar versterken. Altijd joint, onvoorspelbaar, met een korte reactietijd. Dus als je het hebt over ‘fight tonight’, dan is dit dat. Dat lukt alleen met een warrior mindset en die laten we hier doorlopend zien: van korporaal tot en met kolonel. Dat is écht zo. Zoals dan vaak gezegd wordt, ‘we punch above our weight’. Onze taakstelling is nog gebaseerd op planbare operaties; expeditionair optreden met een reactietijd van dertig dagen. Maar we zien dat inzetten steeds onvoorspelbaarder worden, zoals de evacuaties uit Kaboel, Soedan en de humanitaire hulpverlening boven Gaza. Maar als het moet, kunnen we het juist door de mens soms binnen 48 uur.”

Stafadjudant Air Mobility Command adjudant Erik Klein.

“We kunnen echter niet altijd leveren,” vult Stafadjudant Erik Klein aan, “maar we kunnen wel meer dan je soms zou verwachten. Dat komt door de mens. Die loopt als het nodig is echt een stuk harder. Men wil gelijk en geeft er alles voor. Dan heb je het dus niet alleen over ‘fight tonight’, maar ook ‘fight tomorrow’. Alleen dat tomorrow, dat is voortzettingsvermogen en daar zie ik wel probleem mee. Want ze kunnen niet altijd dat stapje extra blijven doen. Harder lopen gaat uiteindelijk altijd ten koste van iets, zoals training.

Volgens De Gruijter moet er dan ook niet alleen gekeken worden naar wat de luchtmacht zelf kan en moet, maar ook naar wat anderen kunnen bieden. “Kijk naar de ‘whole of society’, bijvoorbeeld de civiele partner op ons vliegveld. Mede daarin ligt een oplossing voor wat we niet zelf kunnen of hebben. Dat doen we nu trouwens ook al. Velen weten niet dat dat tachtig procent van wat wij vervoeren, niet door ons zelf wordt gedaan. Zowel civiel als met militaire bondgenoten uit het buitenland. Dus militair transport daar waar het moet, civiel daar waar het kan.”

De Gruijter: ‘Militair transport waar het moet, civiel waar het kan’

Wat ook helpt in de slagvaardigheid en daarmee de mogelijkheden van een defensieonderdeel, is omgaan met de regelgeving. “Die is heel erg geschreven op planbare zaken, maar niet alles is dat. Voor sommige zaken moet je wendbaarder zijn en dus ook meer mogelijkheden hebben. Dat geldt voor elke rang, ieder op zijn eigen niveau. Zijn we bijvoorbeeld bereid om meer risico’s te accepteren, dat dingen dus ook eens een keer fout gaan? Ook daarin zit de warrior mentality. Laten we daarin vooral ook bij onszelf beginnen. Het is heel makkelijk om dan weer te wijzen, maar wat kunnen we zelf doen? Zoals Kennedy al zei: ‘What can I do for my country’, in plaats van ‘what can my country do for me?’ Dus wat kunnen wij zelf al veranderen? Of maak het kleiner: wat kan ik doen om airpower te leveren? Wat kan ik doen om air mobility te leveren?”

Klein: ‘Er is aantoonbaar meer waardering voor ons als militairen’

Besef overigens wel dat er de laatste jaren al veel is verbeterd, geeft Klein aan. “De omstandigheden waarin we werken, de middelen die we krijgen, dat begint wel langzaam te komen. En niet in de laatste plaats de arbeidsvoorwaarden: die zijn echt significant verbeterd de afgelopen jaren. Dat merken we allemaal dus daar mogen we ook best wel eens bij stilstaan. Er is aantoonbaar meer waardering voor ons als militairen. Natuurlijk moet je nooit de lessen uit het verleden vergeten. Af en toe kijk je achterom en zie je dat er dingen veranderd zijn. Maar we moeten vooral met elkaar naar voren kijken. We zijn nu echt bezig met de weg omhoog. Natuurlijk zijn er dissatisfiers, maar personeel is hier erg tevreden, zo vertelt het werkblik onderzoek. Daarvoor ben ik zelf veel op de vloer, maar gebruik ik ook de squadron sergeant-majoors. Dat zijn de voelsprieten in de organisatie.”

De Gruijter: ‘Een langere tijd thuis zonder wederhelft – ook daarin moeten we als Defensie onze rol pakken’

Met de mindset van het personeel zit het ook volgens de Gruijter wel snor. Maar hoe gaat het thuis als de militair zijn warrior mindset aan spreekt? “Ik ben er even een week of twee niet. Oh sorry, dat worden twee maanden. Dat was bijvoorbeeld vorig jaar zo met de missie naar Cyprus. Dat houdt wel in dat thuis de partner en eventuele kinderen het een hele tijd langer zonder wederhelft moet of moeten doen. Als je het hebt over een weerbare maatschappij dan zijn dit ook zaken die goed geregeld moeten zijn. Daarin moeten we als Defensie ook onze rol pakken. Om daarin de balans zo goed mogelijk te houden, is één van mijn belangrijkste opgaves, samen met andere leiders binnen het AMC. Maar met die warrior mindset van ons personeel, lukt dat.”

Foto's: sergeant-majoor Hille Hillinga