Vriendschap vaders en zoons zorgt na 70 jaar voor postuum eerbetoon
Nog wat verbouwereerd staat Beer Heitinga bij de B-25 Mitchell van de Koninklijke Luchtmacht Historische Vlucht (KLuHV) op Vliegbasis Gilze-Rijen. Zijn ogen dwalen voortdurend naar de palm van zijn rechterhand. Daarop ligt het Ereteken Orde en Vrede, voor zijn overleden vader Joop. “Ik heb er geen woorden voor, ben compleet beduusd. Deze medaille krijgt een speciale plek in ons ouderlijk huis”, zegt Heitinga zachtjes.
Tekst: Evert Brouwer Foto’s: Johan Lemmers, KLu Historische Vlucht
De decoratie is zojuist, in bijzijn van broers, kinderen en kleinkinderen, aan hem uitgereikt door Commandant Luchtstrijdkrachten (C-LSK) luitenant-generaal Dennis Luyt. Postuum dus voor zijn vader Joop, eind jaren veertig radiotelegrafist bij het 18 Squadron van de Militaire Luchtvaart van het Koninklijk Nederlandsch-Indisch Leger (ML-KNIL).
Een generatie later staan Beer Heitinga (72) en Franky Benthem (70) gearmd op de Vliegbasis Gilze-Rijen. Hun vaders waren goed bevriend. Je stelt je voor dat ook de dan nog jonge Joop en zijn sobat (vriend) Jan Benthem tussen 1947 en 1949 ooit zo hebben gestaan, broederlijk bij elkaar ver weg van huis en haard. Beer: “Franky heeft uitgezocht dat onze vaders recht hadden op het Ereteken Orde en Vrede. En dan is het helemaal mooi dat het hier kan. Wat een geweldige plek, zo vlakbij een type toestel waarin zij misschien ooit wel samen hebben gevlogen.”
Ereteken voor Orde en Vrede
Het Ereteken Orde en Vrede is bedoeld voor militairen van de krijgsmachtdelen en van het Koninklijk Nederlands-Indisch Leger (KNIL). Zij moeten in Nederlands-Indië en de aangrenzende zeegebieden tussen 3 september 1945 en 4 juni 1951 ten minste 3 maanden in werkelijke dienst zijn geweest. De toekenningsdatum loopt 4 juni 1951.
Op het lint van de medaille kunnen jaargespen gedragen worden. Militairen die (in militair verband) tegen kwaadwilligen moesten optreden krijgen deze gespen toegekend. Onafhankelijk van de tijd van actie wordt voor elk jaar een gesp verleend.
‘Ik weet zeker dat hij het heeft gevoeld, die waardering’
Net op tijd
Zo’n decoratie krijg je niet zomaar. Er gaat zeker na zo’n lange tijd een periode van zorgvuldig onderzoek van Defensie en Binnenlandse Zaken aan vooraf. Voor Jan Benthem (95) kwam het Ereteken – per post – nog net op tijd: twee weken voor zijn overlijden in 2020. “Hij heeft ‘m in zijn handen genomen”, zegt Franky. “Ik weet zeker dat hij het heeft gevoeld, die waardering. De medaille heb ik na de crematie aan een familielid overhandigd.”
Die van Joop Heitinga is na veel speurwerk pas na zijn dood toegekend. “Het is goed om nu en op deze wijze stil te staan bij deze hechte vriendschap. Al ligt deze geschiedenis zeventig jaar, een paar generaties, achter ons”, sprak C-LSK Luyt. Vandaar dat ze er ook beiden staan in de hangaar op Gilze-Rijen, Franky en Beer.
‘Vader sprak niet of nauwelijks over zijn vluchten met de B-25’
Voetballen
Het was een bijzondere vriendschapsband tussen Jan en Joop, zo blijkt uit de verhalen. De mannen kenden elkaar vanuit de opleiding op Andir in Bandoeng (tegenwoordig Bandung). Ze komen na de Tweede Wereldoorlog samen bij 18 Squadron als respectievelijk militiesergeant-boordwerktuigkundige (BWK) en militiekorporaal-radiotelegrafist. Beer Heitinga: “Vader, een bescheiden man, sprak niet of nauwelijks over zijn vluchten met de B-25. Altijd bescheiden: ‘Soedah, laat maar, en weer doorgaan.’ Niemand is geïnteresseerd in hun verhaal en hun emoties. Het enige dat ik mij herinner, was dat zijn eenheid weigerde te bombarderen waar veel Molukkers woonden. Mijn vader vertelde wél over zijn tijd in de opleiding. Toen heeft hij veel plezier gehad. ’s Avonds muziek maken. Hij speelde gitaar. En voetballen natuurlijk, dat zit ook wel in de familie.” Joop Heitinga is namelijk de opa van Ajax-trainer John Heitinga.
‘Sleutelen en proefdraaien was echt alles voor hem’
Burger bij MLD
Getraumatiseerd door wat ze meemaken tijdens de inzet met 18 Squadron, verliezen ze elkaar na hun groot verlof in de jaren vijftig uit het oog. Benthem blijft eerst in Indonesië werken als (hoofd) vliegtuigmonteur bij Garuda Airways, Heitinga gaat naar het koude Nederland. Als Benthem bij een carrièremogelijkheid door zijn werkgever voor de keuze wordt gesteld zijn Nederlandse paspoort dat hij dan nog steeds bezit, te wisselen voor een Indonesisch, kiest hij voor het eerste en daarmee voor zijn gezin. Gevolg is wel dat Benthem in 1958 zijn geboorteland moet verlaten en naar Nederland gaat. Daar aangekomen kent hij (als burger vliegtuigmonteur) een lange loopbaan bij de Marineluchtvaartdienst (MLD). “Sleutelen aan en proefdraaien van vliegtuigen, zoals de Grumman Tracker, dat was echt alles voor hem”, zegt Franky. “Hij heeft met zijn grote technische kennis veel vliegtuigmonteurs opgeleid; puppies noemde hij die. Wij hebben goed onderhoud als kinderen ook allemaal op een plezierige wijze ingestampt gekregen. Je zou eens onder de motorkap van mijn auto moeten kijken. Alles blinkt”, zegt hij breed lachend.
‘Daar kwam onze geschiedenis bij elkaar’
Geschiedenis
Op een reünie van 18 Squadron, 30 jaar nadat ze elkaar voor het laatst zien, blijken die ‘verloren jaren’ geen enkele belemmering. “Ze gingen verder waar ze destijds waren gestopt”, weet Franky. De laatste maal dat ze elkaar treffen is in 2019, maar dan laat het geheugen de mannen al regelmatig in de steek. Gelukkig heeft Franky aantekeningen gemaakt van de verhalen die zijn vader sporadisch vertelt over zijn tijd bij 18 Squadron. Franky verdiept zich in de aantekeningen en gaat ermee aan de slag, wat leidt tot de beide eretekens. Een naam die immers steeds terugkomt in de verhalen, is die van Joop Heitinga. Bij een reünie in Bronbeek treffen ook de zoons elkaar, als begeleiders van hun vaders. “Daar kwam onze geschiedenis bij elkaar”, zegt Franky.
Het 18 Squadron
Het 18 Squadron NEI (Netherlands East Indies) is opgericht op 4 april 1942 op vliegbasis Fairbairn in Canberra, Australië. Het is een gecombineerde, Nederlands-Australische eenheid. Die valt eerst onder commando van de Royal Australian Air Force RAAF, later van de ML-KNIL. De eenheid vliegt met de vermaarde North American B-25 Mitchell bommenwerpers.
Het squadron is na Canberra geplaatst in achtereenvolgens in MacDonald, Batchelor (Northern Territories), Balikpapan op Borneo en tijdens de Indonesische onafhankelijkheidsstrijd in Tjililitan op Java.