Tekst Jack Oosthoek
Foto John van Helvert
Vliegbasis Volkel loopt zich warm voor F-35
Vliegbasis Volkel beleeft op 30 juni een memorabele gebeurtenis in haar 82-jarig bestaan. Op de Brabantse basis landen dan de eerste vier F-35’s voor 313 Squadron. Vliegers en onderhoudspersoneel: allemaal bereiden ze zich op Vliegbasis Leeuwarden voor op wat komen gaat. Dat gebeurt onder de naam Northern Tiger en onder de vleugels van 322 Squadron.
Nederlandse F-16-vliegers die op Luke Air Force Base in de Verenigde Staten de conversie naar de F-35 hebben doorlopen, melden zich daarna op de Friese basis voor een vervolgtraining op de F-35. Dus ook degenen die Volkel als thuisbasis hebben. De training wordt gegeven door vliegers van 322 Squadron die de transformatie achter de rug hebben en het klappen van de zweep al aardig kennen. Nog een reden om het opwerktraject op Leeuwarden te organiseren: alle Nederlandse F-35’s staan daar, vijftien stuks, plus intussen ook drie voor Vliegbasis Volkel. “Door alvast op Leeuwarden te trainen kunnen we na aankomst van onze F-35’s op Volkel direct aan de slag”, zegt commandant ‘313’ luitenant-kolonel Niels ‘Atilla’ van Hussen.
‘Iedereen fungeert als leermeester voor een ander’
Buitenkans
In Northern Tiger draait alles om trainen, trainen, trainen en ondersteunen. “Je doet het allemaal samen: vliegers, onderhouds- en logistiek personeel, ondersteunend personeel en missieplanners. Iedereen fungeert als leermeester voor een ander. Zo maken we onszelf slimmer in het werken met het ‘wapensysteem’ F-35”, vertelt Van Hussen.
Centraal in de vervolgtraining staan het leren beheersen van vliegprocedures en oefenen voor missies. Decor daarvoor is het defensie-oefengebied boven de Noordzee en soms het buitenland. De onverwachte F-35-missie in Bulgarije komt daarbij min of meer als gelegen, hoe bizar dat ook klinkt, stelt Van Hussen. Volgens hem is het voor vliegers en onderhoudstechnici een buitenkans om ervaring op te doen. “Het concept van vliegen met de F-35 kan in Bulgarije goed worden getest. Iedereen leert om veel ballen tegelijkertijd in de lucht te houden.”
‘De één pikt het sneller op dan een ander'
Van alle markten thuis
Vooral voor het onderhoudspersoneel is Northern Tiger een taaie kluif, weet Van Hussen. De meesten zijn zes tot negen maanden onder de pannen. Want werken met de F-35, dat is een wereld van verschil met de F-16. “Je moet van alle markten thuis zijn. Je sleutelt niet alleen, maar moet bijvoorbeeld ook wapens kunnen laden. Ook krijg je er nieuwe disciplines bij, omdat de F-35 veel ICT-systemen herbergt. In de F-16 las de monteur de meters zelf af, in de F-35 doen sensoren dat. Of monteurs het concept snel onder de knie hebben, hangt af van hun individuele kennis en ervaring. Ook pikt de één het sneller op dan een ander.” Overigens is er nog een reden waarom Northern Tiger vooral op onderhoudspersoneel impact heeft: het onderhoud aan de nog operationele F-16’s loopt gewoon door.
‘Overal zitten beeldschermen in plaats van meters’
Vliegende computer
Wat de vliegers betreft: draai je in Amerika een korte conversie, dan heb je meer extra training nodig, vertelt Van Hussen die beide trainingen doorliep. Hij vergelijkt de F-35 met de topper op autogebied, de Tesla. “Overal zitten beeldschermen in plaats van meters. Overal bevinden zich sensoren die constant met elkaar ‘praten’. De F-35 is een soort vliegende computer. Computers bepalen bijvoorbeeld of je gas moet geven of niet… Dat maakt het werken makkelijker, aan de andere kant moet je leren omgaan met de grote hoeveelheid informatie die tot je komt. Zelf heb ik tijdens Northern Tiger positieve ervaringen opgedaan.”
Eind juni wanneer de eerste vier kisten op Volkel landen valt het doek voor Northern Tiger. Aan ‘313’ dan de taak om uit te groeien tot een operationeel squadron met driehonderd personeelsleden die oefeningen en missies overal ter wereld aankunnen, vertelt Van Hussen. “In 2024 moet dit bereikt zijn.”
Waarom Northern Tiger?
Waarom de naam Northern Tiger? “Die is gekozen omdat wij van 313 Squadron tijgers zijn”, lacht Van Hussen. “Ons logo vertoont een tijger, onze mascotte is dat ook. Daarnaast is 313 Squadron aangesloten bij de NATO Tiger Association, een netwerk van NAVO en niet-NAVO-luchtmachten die afwisselend in een van de landen oefenen, zoals in 2015 in ons land. Het woord Northern verwijst naar Leeuwarden. Deze basis is immers noordelijk gelegen.”
Hoe bevalt Northern Tiger op de werkvloer?
De opleiding voor de F-35 heeft veel voeten in de aarde. Zowel voor onderhoudstechnici, logistiek personeel als vliegers. Vier van hen vertellen hun verhaal.
‘Technologisch een grote sprong voorwaarts’
Sergeant-majoor Wilfred van den Brand | data- en configuratiemanager 313 Squadron
“Mijn collega’s en ik controleren de onderhoudsdata en de gebruiksgegevens van de F-35. Dit gaat allemaal digitaal via het Autonomic Logistic Information System, kortweg ALIS. Er komt zoals bij de F-16 geen ordner aan te pas, een ‘schakel’ die ik moest maken. Vier maanden lang hebben collega’s op Leeuwarden me in een oriëntatietraject uitgelegd hoe alles in elkaar steekt. Dat was veel werk, je moet alles telkens herhalen om systemen en applicaties onder de knie te krijgen. Eén van de moeilijke dingen was om een analyse te maken van de updates die binnenkomen vanuit de Verenigde Staten, wanneer ze kunnen worden geladen en in welke volgorde. Daarvoor moeten van diverse instanties eerst goedkeuringen komen. Ja, qua data-informatie werkt de F-35 heel anders dan de F-16. Technologisch is de F-35 een grote sprong voorwaarts ten opzichte van de F-16. Een uitdaging om daarin mee te groeien.”
‘Na zes jaar ben ik aardig los’
Sergeant-majoor Robin Fransen | supervisor logistiek 313 Squadron
“In 2016 ben ik als logistiekeling opgeleid op Edwards Air Force Base in de Verenigde Staten, waar de eerste F-35 werd getest. Ik leerde er werken met ALIS. Het is een gebruiksvriendelijk systeem naar voorbeeld van het Nederlandse SAP. ALIS ondergaat wel constant verbeteringen, wat lang duurt. Dat heeft onder meer met goedkeuringen te maken die er eerst moeten komen. Na zes jaar ben ik aardig los op ALIS. Op Leeuwarden heb ik het logistieke systeem voor de F-35 meehelpen opstarten. Het grootste verschil met dat voor de F-16? Je ziet niet waar alle onderdelen zich bevinden. Je kunt maar in één magazijn kijken, in mijn geval dat op Volkel. Bij de F-16 had je via SAP wel overzicht. In de nieuwe opzet berust de regie bij de Amerikanen wat een andere mindset vergt. Het kost veel tijd voordat een onderdeel arriveert. Als je op missie bent, krijg je echter wel prioriteit. Maar ook dan beslissen de Amerikanen welk land een onderdeel het hardst nodig heeft. Deze aanpak is nu eenmaal onderdeel van het contract voor de F-35. Dat neemt allemaal niet weg dat het een geweldig ‘apparaat’ is. Hij is stealth, heeft een enorme actieradius en is veel wendbaarder dan de F-16. Alle camera’s aan boord maken de operaties makkelijker. Je ziet onmiddellijk waar de vijand zit.”
‘Even iets doen kan niet meer’
Majoor ing. Mark de Weme | hoofd Gereedstelling en Onderhoud 313 Squadron
“In 2013 ben ik in de VS opgeleid voor het onderhoudsconcept voor de F-35. Terwijl ik daar was, heb ik via een selectieprocedure een team om me heen verzameld dat ook naar de VS kwam voor een opleiding om te werken met de Nederlandse F-35’s. Het verschil in onderhoud tussen F-16 en F-35? ‘Even’ iets doen kan niet meer. Na bijna elk onderhoud moet op die plek coating opnieuw worden aangebracht. Tijdrovend precisiewerk, wat met name met droogtijden te maken heeft. Maar dit hoort nu eenmaal bij het concept van de F-35. We wisten dit van tevoren. Een ander verschil is dat de Amerikanen de onderdelen voor de F-35 inkopen. Dat doet onze luchtmacht niet meer zelf zoals bij de F-16. Voordeel: de kosten blijven laag en je hoeft niet overal in de wereld onderdelen ‘neer te leggen’. Dit maakt ons echter wel afhankelijk van de Amerikanen. Werken met de F-35 is een ervaring.”
‘Zonder F-16-ervaring de conversie gedaan’
Tweede luitenant Arjan | vlieger 313 Squadron
“Ik heb na de basisopleiding op Sheppard Air Force Base in de VS de conversie naar de F-35 op Luke Air Force Base gedaan. Ik was een van de eerste mannen die zonder operationele ervaring op de F-16, deze conversie deed. Alles bij elkaar was het een turbulente tijd. Je zit in een nieuwe straaljager waarmee ik begon aan iets wat ik mijn leven lang al wilde. De omschakeling was groot. Plotseling ben je niet alleen bezig met vliegen, maar moet je ook de tactieken en de systemen aan boord in de gaten houden. In de cockpit ben je heel druk. Mijn eerste vlucht met een F-35 en de steile leercurve die ik daarbij doormaakte zal me altijd bijblijven. Nu tijdens Northern Tiger ben ik voor het eerst in mijn leven aan de slag in een operationeel squadron van de luchtmacht, wat goed bevalt. We gaan met een mooie club naar Volkel. Iedereen is super gemotiveerd en wil goed werk leveren. Gaaf om met de nieuwste gevechtsvliegtuigen van de luchtmacht te vliegen.”