Tekst Arno Marchand
Foto korporaal Gregori Fréni

Betere pasvorm helm voor betere inzetbaarheid F-35 vliegers

x
Leestijd: 6 minuten

Met de introductie van de F-35 verandert er veel in de jachtvliegwereld. Niet alleen het vliegtuig en alle techniek daar omheen, maar ook de helm en kleding van de vlieger. In de ontwikkeling van dat laatste speelde het Centrum voor Mens en Luchtvaart (CML) al een belangrijke rol. Die wordt met het Pilot Readiness Center (PRC) alleen nog maar groter.

Meeuwsen met de door hem en het CML ontwikkelde anti-g broek voor F-35 vliegers (links), naast die van de F-16.

Ervaring met het ontwikkelen van bijvoorbeeld de anti-g broek voor F-35 vliegers heeft het CML al. Die kwam namelijk uit de koker van innovator luitenant-kolonel Ted Meeuwsen, Hoofd Operationele Training en Toepassing van het instituut. Maar volgens hem is er meer innovatie te behalen. In de Verenigde Staten zijn er vier Pilot Fitting Facilities voor F-35 vliegers. In dat vliegtuigtype gebruik je namelijk heel andere middelen dan bijvoorbeeld in een F-16. Meeuwsen: “In een driedaags evenement worden vliegers door een soort wasstraat gehaald, waarbij alles below the neck – dus kleding – en above – de helm – worden aangemeten. Alles staat onder contract van vliegtuigbouwer Lockheed Martin, maar de industrie voert uit. Niet één industrie, maar diverse, dus elke dag wordt er een ander onderdeel van de vliegeruitrusting aangemeten. In onze Nederlandse optiek is dat niet erg efficiënt.”

Collins-specialist Chris is volgens Meeuwsen een hot shot op het gebied van helmen. Als voorbeeld scant hij een model. Op de monitor verschijnt een compleet 3D-plaatje van de ‘persoon’ in kwestie.

‘Geen garantie op een goede afloop, dat vond ik zó raar’

Niet inzetbaar

De helm is daarbij zo’n essentieel onderdeel van het F-35 wapensysteem dat die perfect moet zitten. Het hoofd wordt daarvoor 3D gescand in een soort droogkap. Daarna gaat de data via een omweg naar een onderaannemer van Collins Aerospace, die verantwoordelijk is voor de helm-assemblage. Pas daar wordt het binnenwerk gemaakt en in de helm geplaatst. Pas dan is de helm helemaal goed uit te lijnen zodat de vlieger alle informatie perfect zichtbaar op zijn visor geprojecteerd krijgt. Maar zit je als vlieger eenmaal op je squadron en er is iets mis of er moet wat aangepast worden, dan moet zo’n helm terug naar de industrie in Amerika. “Dat terugsturen en aanpassen duurt zo een week of vijf. Zo’n vlieger is dan al die tijd niet inzetbaar. Die instandhouding is door het JPO (Joint Program Office, het stuurorgaan van het F-35 project in Washington D.C., red.) en de industrie niet ingeregeld. Bovendien heb je geen garantie op een goede afloop. Dat vond ik zó raar.”

De binnenkant van de helm onbewerkt en bewerkt (links). Rechts de slijpmachine aan het werk. Meeuwsen: “Een beter passende helm kun je niet verzinnen. Dit zou eigenlijk voor vliegers van ieder type zo moeten.”

‘Kunnen we iets verzinnen om de helm beter te laten passen?’

Prototype

‘Dat met die helm moet toch anders kunnen’, dacht Meeuwsen, maar tegelijk ook ‘waar bemoei je je nu weer mee’. “Maar ik nam toch contact op het JPO en legde uit wat mij idee was. Nu is het nog een logistiek probleem, maar het kan een human factor-probleem worden en je inzetbaarheid van een wapensysteem in gevaar brengen. Bij het JPO ken ik ondertussen veel mensen en zij steunden me: ‘als jij het fixt met Collins, dan steunen wij jullie plan en kunnen we samen laten zien dat het beter kan.’ Dus ik naar Collins en ik vroeg hen: ‘kunnen we iets verzinnen om de helm beter te laten passen? En zouden we dat dan in Nederland kunnen doen?’”

Dat kan, want Collins stuurt twee man naar Soesterberg waar ze samen met Meeuwsen in twee doorsnee kantoorruimtes het PRC bouwen. In Amerika gebruiken ze daar veel grotere ruimtes voor. Het PRC werkt met een prototype scanner om vliegers op te meten, nauwkeurig tot op een tiende millimeter. Daar heb je zeker een groot apparaat voor nodig? “Zeker niet”, zegt Meeuwsen. “Het is nu nog een beetje een log apparaat, maar over een paar jaar is die scanner zo groot als je huidige smartphone. In de andere ruimte staat een prototype van een freesmachine die in twintig minuten een complete binnenkant van de helm maakt. En het wérkt geweldig. Dat testen we namelijk meteen. Daarvoor hebben we hier een complete instelling met een F-35 schietstoel staan.”

De F-35 helm maakt gebruik van het F-16 zuurstofmasker. Alleen sluit het visor daar niet goed op aan. Met een simpel apparaatje meet het PRC nu wat de freesmachine van het visor af moet halen voor een perfecte match.

‘Het eerste PRC buiten de Verenigde Staten’

Aeolus

Volgens Meeuwsen is human factor-kennis wereldwijd aan het opdrogen. “We denken dat we alles weten, maar dat is helemaal niet zo.” Juist daarom is de luchtmacht in de vorm van Aeolus een samenwerking op human factor-gebied aangegaan met TNO; een zogenoemd ecosysteem op het gebied van de mens in extreme omstandigheden in de militaire lucht -en ruimtevaart. TNO en CML zijn buren van elkaar in Soesterberg op de Human Tech Campus, waar ook startups zitten. Van de kennis van die jonge mensen maakt Aeolus ook gebruik en ook het PRC heeft een Aeolus-haakje.

“Met dit eerste PRC buiten de Verenigde Staten zetten we de luchtmacht als kennispartner écht op de kaart”, geeft Meeuwsen aan. “En het mes snijdt natuurlijk aan twee kanten, want ook Collins spint er garen bij. Zij kunnen hier die human factor kennis opdoen die ze nu nog niet in Amerika hebben. Collins heeft hier vrij toegang tot onze vliegers en vliegeruitrusting-technici waarmee ze samenwerken en van leren. In Amerika is die toegang niet zo vanzelfsprekend.”

De F-35 Helmet Mounted Display (HMD) tester in het CML. Is de helm perfect op maat gemaakt, dan test een vlieger hier meteen of het zicht op zijn HMD is zoals bedoeld. Daarna volgt de dynamische test in onze mensencentrifuge.

‘We zijn een stelletje slimme kaaskopppen’

Blauwdruk

Dit PRC is een prototype, maar Meeuwsen is ervan overtuigd dat dit over een jaar of wat ook in de Verenigde Staten en Australië staat. “Dat garandeer ik je. Wij hebben nu een werkplaats aangeschaft met steun van het JPO. Daarmee hebben we in Nederland een blauwdruk gemaakt waarmee straks de hele F-35 gemeenschap kan gaan werken.

Van instituten als het CML zijn er in de westerse wereld misschien twee of drie. We zijn dus superuniek. We zijn een stelletje slimme kaaskopppen die wat bedenken en het vervolgens ook maken. Niet voor onszelf, maar voor de eindgebruiker. Je wilt dat een vlieger op de beste manier veilig in de wedstrijd staat en dus de beste middelen heeft, ook op de man. En komt zo’n innovatie niet top down, dan verzinnen wij ’m bottom up.”

Hoofd Operationele Training en Toepassing luitenant-kolonel Ted Meeuwsen ontvangt uit handen van de C-LSK het Ereteken voor Verdienste in goud. Foto’s: Jarno Kraayvanger

Ereteken voor Verdienste in goud

Meeuwsen ontving op 13 oktober het Ereteken voor Verdienste in goud uit handen van Commandant Luchtstrijdkrachten luitenant-generaal Dennis Luyt. Hij kreeg de onderscheiding ‘voor zijn streven naar innovatieve oplossingen op het gebied van Human Factors in relatie tot militaire vliegoperaties.’ “In zijn rol als Hoofd Operationele Training en Toepassing heeft Meeuwsen het CML internationaal aanzien gegeven als hét kennis- en expertisecentrum. Dat is zijn verdienste”, zo verwoordde de C-LSK zijn prestaties.

Meeuwsens onderzoek naar en innovatie op het gebied van luchtvaartfysiologie maken hem een autoriteit. Zijn expertise op dat gebied zijn uniek. De realisatie van een F-35 PRC is daarvan een voorbeeld. Ook houdt zijn afdeling zich bezig met geluid, nek- en rugbelasting, bewegingsziekte en zuurstoftekort. Een zuurstofsysteem voor helikopteroperaties en een koelvest voor helikopterbemanningsleden zijn voorbeelden van productontwikkeling. Dat geldt ook voor een sensorsysteem in vliegeronderkleding voor het monitoren van fysiologische waarden. Stuk voor stuk voorbeelden waaraan Meeuwsen een essentiële bijdrage leverde bij het ontwerp.