Tekst Arno Marchand
Foto uit collectie Wim Sneek | Foto boven: uit collectie Dick Bor

Leeuwarden was 42 jaar lang thuisbasis

Scroll naar beneden voor de video
x
Leestijd: 7 minuten

Na een introductierondje boven de Friese elf steden komt de formatie van twee Starfighters, een duo NF-5’en en de eerste Nederlandse F-16, op 7 juni 1979 boven vliegbasis Leeuwarden aan. Bij de tweede passage breekt de Fighting Falcon uit de formatie en klimt bijna verticaal de wolken in. Vlieger Wim Sneek laat daarna meteen zien waartoe de F-16 in staat is. “Het toestel kan ongelofelijk krap draaien.”

Links: Sneek – nog met zijn helm van het 315 Squadron op – voor zijn eerste vlucht in een F-16. Rechts: De enige student met negen instructeurs.

“Mam, nu is papa weg”, zegt jongste zoon Niels die op de vliegbasis de voorstelling aanschouwt. “Maak je geen zorgen”, reageert Starfighter-vlieger Thijs Otten die naast hem staat. “Ik stap zo in een vliegtuig en ga je vader zoeken.” Dat hoeft uiteraard niet, want even later landt Sneek de F-16 en parkeert hem daarna voor het vijfduizendkoppige publiek op Leeuwarden. Crew chiefs sergeanten 1 Dick Bor en Jos Schuitman zorgen ervoor dat de kist goed wordt opgevangen. Het nieuwe tijdperk voor de Koninklijke Luchtmacht is aangebroken.

Beeld uit de Vliegende Hollander uit mei 1979. Op Hill krijgt Sneek zijn opleiding bij het 16th Tactical Fighter Training Squadron. Dit toestel is de eerste F-16 die op 9 augustus 1979 neerstort. De Belgische vlieger gebruikt daarbij net op tijd zijn schietstoel.

Eerste en tweede vlieger

Inmiddels is dat ruim 42 jaar geleden. Sneek (inmiddels 79) is al een aantal jaar daarvoor bezig met de ‘aanschaf van de eeuw’, zoals de F-16 dan ook in het nieuws is. Hij wordt in 1976 op de Staf van de Koninklijke Luchtmacht in Den Haag geplaatst. Vanaf dan vliegt hij al geregeld naar de Verenigde Staten voor het F-16 project, meestal naar de fabriek van de – oorspronkelijke – fabrikant General Dynamics in Fort Worth, Texas. Sneeks opdracht is onder meer het opzetten van de Transitie en Conversie-afdeling All Weather (TCA) op Leeuwarden, waar de Nederlandse Starfighter-vliegers omgeschoold worden op het nieuwe type. Voor zijn eigen opleiding gaat hij in december 1978 naar Hill Air Force Base (AFB) in Utah, samen met zijn vrouw en twee zonen. Sneek is overigens niet de eerste Nederlandse F-16 vlieger. Dat is majoor Steve Heijboer die operationele testen uitvoert bij de F-16 Joint Test Force, eerst op Edwards AFB en later ook op Hill.

De eerste Nederlandse F-16, de J-259, is als enige grotendeels bij General Dynamics gebouwd. Op Schiphol maakt Fokker het werk af. Fokker bouwt alle 212 andere Nederlandse F-16’s en die van Noorwegen.

‘Wij wilden alles weten, waarvoor een piffie en een paffie was’

Crew chiefs

Gelijktijdig met Sneek krijgen ook de twee eerste crew chiefs hun opleiding op Hill. “Dat was in de strenge winter van 1978 op 1979”, herinnert Schuitman zich. “Op Hill Air Force Base kwamen we terecht in houten barakken. Het was er zo koud dat we dekens voor de ramen hingen om maar iets aan kou buiten te houden.” Bor en Schuitman gaan met nog drie man: een specialist motoren, avionica en iemand voor de F-16 conversie-afdeling op Leeuwarden. “Ik vond het wel leuk; je gaat wat nieuws doen. Het foreign office begeleidde ons volledig, net als de Belgen en Denen die gelijktijdig aankwamen. Maar eenmaal op Hill, waren er nog maar één of twee Amerikaanse kisten beschikbaar. We kregen les van een soort super crew chiefs. Wij wilden alles weten, waarvoor een piffie en een paffie was.” “Een sergeant-majoor legde ons dan uit hoe alles werkte”, vult Bor aan. “Ik gaf geregeld aan dat ‘iets’ niet kon. Dan kregen we weer een break, belde die man met de fabriek en kwam dan terug met het antwoord: ‘je hebt gelijk’.”

Kijk op onderstaande video mee naar de aankomst van de eerste Nederlandse F-16 op 7 juni 1979 op de Vliegbasis Leeuwarden.

Video: Gerrit Boxem en uit archief Nederlands Instituut voor Militaire Historie
Montage: Jord Verheij

‘Een simulator was er simpelweg nog niet’

Sturen

Bor en Schuitman krijgen per dag zo’n zes uur theorie. “We begonnen altijd heel vroeg, om zes uur, zodat wij de koffie konden ‘bedonderen’ en we niet van dat Amerikaanse slootwater kregen”, zegt Bor lachend. “Daarna eerst de kisten naar buiten slepen”, vult Schuitman aan. “Banden op halve druk zodat ze beter grip hadden op de winterse omstandigheden.”

Want op Hill is alles bedekt met sneeuw en ijs, behalve de taxibanen en startbanen. Maar het platform dus wel. “Ga maar voorzichtig rijden”, geeft de instructeur aan bij de eerste vlucht van Sneek. “Blijf sturen tot je stilstaat en niet te hard remmen.”

Sneek begint met vliegen op de F-16 zonder dat hij in een simulator heeft gezeten. “Die was er simpelweg nog niet. Er was alleen een houten cockpit lay-out waarop alle instrumenten stonden. Daarbij moest je veel lezen. Maar daar werd ik niet veel wijzer van, vond ik. Dus vroeg ik: ‘mag ik niet een half uurtje in de cockpit zitten? Dan heb ik alles zo door.’ En dat mocht.”

De formatie tijdens de Elfstedentocht, op weg naar Leeuwarden.

A lot

Sneek is de eerste student van de International Pilot Training School op Hill. “En ik was de enige. Pas later kwam er een Noor bij. Ik had alle negen instructeurs tot mijn beschikking.” Maar als hij aankomt, is er nog helemaal geen F-16. De eerste wordt officieel op 6 januari 1979 overgedragen aan de lokale 388th Tactical Fighter Wing. Vijf dagen later maakt Sneek daarin zijn eerste vlucht. Sneek vliegt een aantal keer in een dual met achterin een Amerikaanse instructeur, eigenlijk een testvlieger. “What did you fly”, vraagt er een aan Sneek, die met ruim 3.500 uur in zijn logboek gevat antwoordt met: “A lot.” Na vijf vluchten mag hij op 15 januari solo, waarbij er een zogenoemd chase plane (ook een F-16) meevliegt.

Terug in Nederland rondt Sneek de syllabus voor de Starfighter-vliegers af en bereidt hij de overdracht van de eerste F-16’s door Fokker voor. Er is dan echter nog geen F-16 beschikbaar waarop Sneek zijn currency-status kan bijhouden. Daarom gaat hij een paar keer naar vliegbasis Beauvechain in België waar dan al wel de eerste F-16 is afgeleverd.

De crew chiefs Bor en Schuitman zijn beide ervaren op de Starfighter, “maar van 104 naar F-16 was een vreselijk grote stap, zowel voor vliegers en technici”, zegt Bor. Foto’s: uit collectie Traditiekamer Vliegbasis Leeuwarden

‘Voorlichting had bedacht dat we met oranje overalls moesten vliegen’

Eerste demonstratie

En dan is het 7 juni 1979. Sneek vliegt die ochtend met een Alouette III van de SAR van Leeuwarden naar Schiphol waar Fokker al vanaf 1977 aan de F-16 bouwt. Sneek: “De afdeling voorlichting had bedacht dat we met oranje overalls moesten vliegen. Die vallen lekker op als we uitstappen. Maar, die had de luchtmacht helemaal niet! De marine wel, dus die moesten we daar lenen. Voor mij hoefde het allemaal niet zo heel opvallend.”

Eenmaal opgestegen leidt zijn vlucht via Den Oever aan de westkant van de Afsluitdijk naar de Waddenzee waar een fotosessie vanuit een F-104 plaatsvindt. Daar voegen zich nog twee Starfighters en een duo NF-5’en zich bij de F-16. Eenmaal aangekomen boven de vliegbasis voert Sneek de eerste demonstratie van een Nederlandse F-16 uit. “Een kwestie van gewoon dóen.” 

Generaal-majoor Johan Elkerbout spreekt het publiek toe. Voor Sneek wacht na deze ‘gewone opdracht’, de volgende: het oprichten van de TCA.

‘Je moet goed opletten, want elke kist heeft zo z’n bijzonderheden’

Gewoon een opdracht

Ondertussen maken de beide crew chiefs zich klaar op de vliegbasis voor de ontvangst van de F-16. Bor: “In maart gingen wij al terug naar Nederland en tot aan 7 juni hadden we er niet meer aan gesleuteld.” “Je moet goed opletten”, vult Schuitman aan, “want elke kist heeft zo z’n bijzonderheden. Als TD’er heb je bijvoorbeeld de neiging om onder de neus van een vliegtuig door te lopen. Dat moet je bij de F-16 met die grote luchtinlaat niet doen. Bij andere landen is er wel eens personeel ingezogen.” 

Dat gebeurt uiteraard niet en de J-259 komt veilig aan op Leeuwarden. Dan zit de ‘First Aircraft Arrival’ van de F-16 erop. “Voor mij is het gewoon een vliegtuig”, zegt Bor, “maar van begin af aan vind ik het hele toestel echt een mooie vorm hebben. Tot op de dag van vandaag.” “Ik vond het wél speciaal, maar ik was heel erg taakgericht”, besluit Sneek. “Voor mij was het gewoon een opdracht.”

Uitfasering F16

De laatste F-16’s verlaten de Vliegbasis Leeuwarden op 1 juli. De toestellen gaan over naar het 312 Squadron op Volkel dat dan nog als enige met de F-16 vliegt. Het 313 Squadron richt zich nu op de invoering van de F-35. Naar verwachting verlaat de laatste F-16 de Koninklijke Luchtmacht in 2024.

Op 30 mei 1979 is de eerste vlucht van een Nederlandse F-16, de J-259. Op 30 mei volgt de eerste door Fokker gebouwde F-16, de J-212. Op 6 juni is de acceptatievlucht van beide en worden ze overgedragen aan de luchtmacht.