08

Dit artikel hoort bij: de Vliegende Hollander 04 | 2021

C-130 detachement in opwerking

Tekst Vanessa Strijbosch
Foto sergeant Cinthia Nijssen

Bureau Oefen- en Inzet Voorbereiding spin in het web

x
Leestijd: 5 minuten

De opwerking van het C-130 detachement dat in november voor de VN-missie Minusma naar Mali gaat, is in volle gang. De oefening Orange Bull in april is daar een belangrijk onderdeel van. Maar om alle randvoorwaarden voor zo’n oefening te regelen, is heel wat organisatietalent nodig. De drie medewerkers van Bureau Oefen- en Inzet Voorbereiding (BOIV) fixen het.

De ‘can do’-mentaliteit overheerst

‘Nee, lukt niet’, is een vrij zeldzaam antwoord bij BOIV. Bij het bureau, dat betrokken is bij alle oefeningen van het Air Mobility Command (AMC) in binnen- en buitenland, heerst de bekende ‘can do’-mentaliteit. Voor één oefening tikken de drie regelneven gerust 1.400 mails weg. De vier planborden staan het hele jaar door vol actiepunten. Alle randvoorwaarden voor een oefening, van legering tot wapenopslagplaatsen en plaszuilen, moeten in orde zijn.

‘Wij beheren de oefenkalender’

Majoor René de Bruijn, hoofd Sectie Plannen

(rechts op de foto)

“Het 336 Squadron heeft de opdracht om een bepaalde gereedheid te bereiken. Dat is conform de Algemene Gereedstelling Defensie. De trainingen die daaruit voortkomen, worden in overleg in het ‘Specifiek Jaarplan’ gezet. Daarna kijk ik intern met het AMC wat haalbaar en uitvoerbaar is. Hierbij is de integraliteit bewaken belangrijk. Vervolgens zet ik de behoeftes uit en draag met de staf AMC zorg voor de kaders en randvoorwaarden. Dan komt BOIV in actie. Het gaat om ongeveer vijf oefeningen per jaar. Wij beheren de oefenkalender en zorgen dat het planningsproces gestroomlijnd plaatsvindt. Daarbij plannen we ver vooruit. Ik ben nu al bezig met 2022 en 2023. Het is heel leuk werk, maar ook heel druk. Je moet overal wel een beetje kennis van hebben.”

‘Een kwestie van geduld en doorzetten’

Sergeant-majoor Tamara Boeije-Timmermans, medewerker BOIV

“Er zit zoveel coördinatie achter het regelen van oefeningen. Mensen hebben denk ik geen idee hoeveel werk we hier verzetten. Per onderwerp gaan er zo twintig mailtjes heen en weer. We streven ernaar om binnen vijftien minuten te reageren, maar krijgen helaas niet altijd net zo snel een antwoord terug. Dat is weleens frustrerend. We hebben juist informatie nodig om door te kunnen gaan. Het is soms echt een kwestie van geduld en doorzetten.”

‘Alles in COVID-stijl’

Kapitein Franck de Groot, hoofd BOIV

(vervangt kapitein Christianne Bosch)

“Je moet wel van ritselen en regelen houden. En… niet zomaar opgeven. Elke oefening is anders. Orange Bull is wel een speciale. De exercise director wilde dit keer een ‘out of area’ nabootsen, zodat de eenheden al konden wennen aan de inzet in Mali. Er moest een groot containerpark komen, inclusief een tent voor eten en recreëren. Dan komt er dus ook een heel het Paresto-verhaal bij; en dat alles in COVID-stijl. Het was wel even aanpoten. Ach, dat maakt het ook weer dynamisch.”

‘Bijdrage leveren aan slagen operationele inzet’

Eerste luitenant Jantine Verkaik, medewerker BOIV

“Ik ben de enige ‘echte logistiekeling’ hier. Er is in het verleden gebleken dat het noodzakelijk is om iemand erbij te hebben met een logistieke achtergrond. Sinds drie weken draai ik mee bij BOIV, dus ik ben me nog aan het inwerken. Het is mooi om te zien hoe snel ze hier zaken voor elkaar kunnen krijgen. Als ik straks een bijdrage kan leveren aan het slagen van een oefening of operationele inzet, geeft me dat wel een kick.”

Tijdens de oefening vallen twee van de drie kisten uit, maar door het omgooien van de plannen kan de crew gelukkig gewoon dooroefenen.

‘Het scenario projecteren op de situatie in Mali’

‘Mooie kans om ons gereed te stellen’

‘Joint plannen en uitvoeren van airborne missies’; zo verwoordt luitenant-kolonel Remco Baerveldt het doel van Orange Bull. De chef staf van het Air Mobility Command duikt voor deze oefening even in de rol van exercise director. Niet zonder reden, want de overste zal begin volgend jaar samen met het C-130 detachement ingezet worden in Mali.  

“Deze oefening is een mooie kans om ons gereed te stellen”, verklaart Baerveldt de ‘commanders intent’. Samen met grondeenheden plannen en missies uitvoeren waarbij vooral het avond- en nachtvliegen met night vision goggles wordt beoefend. “We kunnen mooi het scenario voor de airgroup projecteren op de situatie in Mali.” Vanwege technische problemen vallen tijdens de oefening twee C-130’s uit. Het heeft gelukkig geen grote gevolgen voor de training, volgens Baerveldt. “Door snel schakelen hebben we het plan omgegooid zodat de mission planning volledig door kon gaan.”

Dat Orange Bull niet alleen een luchtmachtfeestje is, blijkt uit de deelnemerslijst. Naast de squadrons van het AMC namen ook de para’s, pathfinders en de bevoorradingsgroep van 11 Luchtmobiele Brigade, de Defensie Paraschool, het Korps Mariniers, de Object Grondverdediging en de Operationele Gezondheidszorg deel. Baerveldt: “De taakstelling van de C-130 in Mali is minder complex dan we nu hebben beoefend. Elke groep die mogelijk ingezet gaat worden in Mali, doet tijdens Orange Bull mee.”

Benieuwd hoe de oefening verliep? Check de foto’s hieronder.

In de hangaar op Vliegbasis Eindhoven bereiden de para’s zich voor.

De landingzone en dropzone operaties konden, ondanks de uitval van twee kisten, gelukkig nog doorgaan.

BOIV had nog een flinke kluif aan het regelen van de containers, maar het lukte en zo kon er een ‘out of area’ situatie gecreëerd worden.

Zoveel mogelijk de situatie nabootsen zoals straks in Mali. Dat betekent werken vanuit containers.

Onmisbare krachten, er valt altijd wel wat te sleutelen.

Een van de oefendoelen: beladen van het transportvliegtuig.

Tijdens de missie in Mali wordt er veel gewerkt met night vision goggles. De oefening biedt een mooie kans om er nog eens goed mee te trainen.