Leeswijzer

Mitchell Masterpieces – An illustrated history of paint jobs on B-25’s in foreign military service

Na het prachtige eerste deel dat over de B-25 bij de Amerikaanse strijdkrachten handelt, is er nu deel 2. Zoals op de omslag is te zien, gaat het daarbij om Mitchells uit Canada, Groot-Brittannië, Nederland en de Republiek China (Taiwan). Maar dat niet alleen, want ook toestellen uit – houdt u vast – Australië, Biafra, Bolivia, Brazilië, Chili, China, Colombia, Cuba, Dominicaanse Republiek, Equador, Frankrijk, Haïti, Indonesië, Mexico, Peru, Sovjet Unie, Spanje, Uruguay en Venezuela komen voorbij.
Waren de Amerikanen echte kunstenaars in ‘nose art’, de hiervoor genoemde gebruikers beschilderden hun toestellen duidelijk minder scheutig. Nose art was er wel degelijk, ook op de Nederlandse, maar veel ingetogener. De betekenis erachter heeft auteur Wim Nijenhuis zoveel mogelijk uitgediept. Maar niet alleen de neusbeschilderingen komen aan de orde, ook de gebruikte camouflage (of juist niet) passeer de revue. Want vooral na de oorlog vliegen veel B-25’s in polished aluminium. Genoeg te zien en te lezen in een prachtig boek met vele honderden foto’s, maar waarvoor je wel de Engelse taal moet beheersen. En let op: Nijenhuis is na ‘B-25 Factory Times’ en Mitchell Masterpieces 1 en 2 nog niet klaar. Deel 3 moet volgend jaar nog uitkomen. (A.M.)

‘Dutch Profile: Fokker G.1 ‘Jachtkruiser – Luchtvaart Afdeling Royal Neth. Army AF’

Voor een Dutch Profile een tamelijk lijvige uitgave over een bijzonder vliegtuig: de Fokker G.1. Een nationaal product dat tot de verbeeld sprak en spreekt. In de afgelopen jaren zijn al 2 dikke boeken over de G.1 verschenen van de hand van de Stichting Fokker G.1 waaraan in dit boek wordt gerefereerd. Dutch Profile gooit het over een wat andere boeg. Opvallend genoeg begint het boek met de Duitse avonturen van buitgemaakte G.1’s. Pas daarna komen de meidagen van ’40 aan bod, de beschrijving van de varianten en buitenlandse belangstelling. Het verhaal eindigt met het verhaal dat na de oorlog de ‘362’ door Groot-Brittannië aan Fokker zou zijn aangeboden. Het mocht niet zo zijn. Er is er niet 1 meer over.
Uiteraard deed uitgever Luuk Boerman de vormgeving en maakte de gebruikelijke kleurenprofielen. Die zien er deze keer anders en aantrekkelijker uit, want tonen niet alleen de zij-, maar ook de onder en bovenkant van de toestellen. Halverwege schakelt het boek over van de Nederlandse taal in de Engelse en alle bijschriften zijn in beide talen uitgevoerd. Zoals gewoonlijk geen indeling in hoofdstukken, maar een tekst die slechts door tussenkoppen is onderbroken. Het eveneens gebruikelijke overzicht van alle registraties sluit dit interessante boek af. (A.M.)

Warplane Plus No. 01 – A-17, The complete history of the Northrop attack planes and its export derivatives

De Northrop A-17. Zal niet direct bij iedere (historische) luchtvaartliefhebber een bel doen rinkelen. Echter, het door overname van Northrop door Douglas en na doorontwikkeling krijgt het model de aanduiding DB-8A. En díe is wel bekend in Nederland, dat 18 DB-8A/3N’s in 1939 bestelde. Helaas was het enige buitenlandse en eerste geheel metalen toestel van de Militaire Luchtvaart geen groot succes. De eerste stort in maart 1940 al neer. Vanaf Ypenburg worden 12 van de lichte bommenwerpers op 10 mei als jager ingezet, waarvoor het compleet ongeschikt was. Op Ockenburg staan er ook nog 5 in reserve. Na de eerste oorlogsdag komt er niet 1 meer in actie.
Een niet direct een voor-de-hand-liggend type om een boek over te maken, maar wel een waarover de 2 Argentijnse en 2 Nederlandse auteurs genoeg weten te vertellen, zo blijkt. Een lijvig boekwerk waarin de ontwikkeling en geschiedenis van de Northrop aanvalsvliegtuigen staat beschreven. Over Nederland gaan ‘slechts’10 pagina’s, en de rest handelt over dienst in Argentinië, Canada, Groot-Brittannië, Irak, Noorwegen, Peru, Verenigde Staten, Zuid-Afrika en Zweden. Jammer is wel dat bij zo’n opsomming geen index en register zijn opgenomen. Dat had het interessante boek nog completer gemaakt. (A.M.)

Dutch Profile: Neptune P2V-5 – Marine Luchtvaart Dienst Royal Neth. Naval Air Service

Een wat dunnere Dutch Profile dan over de hiervoor genoemde G.1. Deze keer over een van de varianten van de Neptune, de PV2-5. Het ontwerp van dit maritieme patrouillevliegtuig start al in 1941 met een concrete opdracht in april 1944 voor 2 prototypes. 12 dagen na de bevrijding van Nederland maakt het type de eerste vlucht. Een jaar later maakt het 1^e productietoestel (P2V-1) een langeafstandsvlucht zonder tussenlanding van ruim 18 duizend kilometer in ruim 55 uur. De P2V-5 maakt de eerste vlucht in december 1950.
Dit boek belicht na de introductie van het vliegtuigtype, de geschiedenis bij de Marineluchtvaartdienst (MLD). Bij het Vliegtuigsquadron 320 komen vanaf 1953 12 stuks in dienst. Als patrouillevliegtuig voldeed het zeer goed, maar als onderzeebootbestrijder kwam het minder uit de verf. Ze werden in 1960 vervanger door de Hawker Sea Hawk straaljager.
Een leuk boekje over de wellicht minder bekende variant van de Neptune dan de P2V-7/SP-2H die van 1961 tot 1982 dienst deed bij de MLD. (A.M.)