08

Dit artikel hoort bij: de Vliegende Hollander 06 | 2018

Caribbean Sword

Object Grondverdediging oefent op Curaçao

In de briefingruimte van het Marine Hoofdkwartier op Marinebasis Parera zit een gemêleerd gezelschap. Vertegenwoordigers van de Koninklijke Landmacht en Marine, Kustwacht, Curaçaose Militie, US Navy en Coast Guard en vandaag ook de Koninklijke Luchtmacht. Onder de naam ‘Caribbean Sword’ zijn 2 OGRV-vluchten met personeel van zowel vliegbasis Leeuwarden als Gilze-Rijen op Curaçao neergestreken.

De verschillende defensieonderdelen op Curaçao en de kustwacht brengen elkaar wekelijks tijdens de ‘grote briefing’ op de hoogte van de laatste ontwikkelingen. Detachementscommandant kapitein Roy van de OGRV presenteert er zijn programma voor de komende 2 weken. “We zitten in een periode tussen uitzendingen, dus het is mooi dat we onze mensen hier een interessant en uitdagend oefenprogramma kunnen bieden.”

Hij ziet de waarde van oefenen onder Caribische weersomstandigheden en op het droge terrein met zijn specifieke flora en fauna. “Daarnaast biedt de oefening gelegenheid te werken aan leiderschap en teambuilding. En we oefenen een verplaatsing naar een uitzendgebied en alle logistiek die daarbij komt kijken. Ik heb nu ook een aantal jonge net ingestroomde OGRV’ers in mijn detachement. Voor hen is het goed op deze manier kennis en ervaring op te doen met ons expeditionair optreden.” Voor pelotonscommandant tweede luitenant Nick is het daadwerkelijk een eerste kennismaking met zijn team. “Dit is mijn eerste plaatsing als officier. Ik heb bewust voor dit vak gekozen, ik hou van de verandering en door veel op pad te zijn met kleine teams leer je elkaar goed kennen.”

Scenario

Als je zo’n 6 kilometer over een stoffige weg rijdt, met aan de rechterkant zicht op de Curaçaose equivalent van de ‘Tafelberg’, verwacht je aan het einde niet een Nederlandse luchtmachteenheid aan te treffen. Zeker niet als je onderweg enorme kiepwagens passeert, die grote brokken kalkzandsteen vervoeren. Toch is het terrein van de Mijnmaatschappij Curaçao een perfecte locatie voor de OGRV’ers. “We hebben hier bijvoorbeeld een vlak open terrein zo groot als een voetbalveld dat als landingsplaats voor helikopters fungeert”, zegt Roy. “Verder staan daar boven nog 2 silo’s, in onze scenario’s een opslag voor vliegtuigbrandstof.”
Sta je daar eenmaal, dan heb je een prachtig uitzicht over de mijn en de Fuikbaai aan de zuidoostelijke kant van Curaçao. In de verte Willemstad met de schoorstenen van de ‘Isla’ olieraffinaderij, maar ook het idyllische Spaanse Water en de resorts van Jan Thiel Beach.

Moeilijk doen

Daar hebben de OGRV-ers nu even geen oog voor. Zij bemannen een MAG-post en turen vanaf daar het oefengebied in. Tijdens deze eindoefening wordt de dreiging van de oefenvijand steeds nadrukkelijker. De eerste vuurcontacten zijn al hoorbaar geweest.
De OGRV’ers kwamen niet alleen naar Curaçao. 5 hondengeleiders en hun hond maakten dezelfde reis. Korporaal Sander met zijn Mechelse herder Rik verschijnt bij het ‘Entry Control Point’ van het gebied nadat hij is opgeroepen door een collega. 2 personen van de ‘oefenweerstand’ staan met een auto bij de ingang van de compound en doen moeilijk. Ondanks herhaalde verzoeken weg te rijden, besluit de chauffeur de auto te laten staan en zelf weg te gaan. De bijrijder blijft in de auto zitten en komt er niet uit. Sander hoeft maar een kort commando te geven en Rik zorgt ervoor dat de passagier snel naast de auto op de grond ligt. 2 van Sander’s collega’s houden de man aan en fouilleren. Nadat de verdachte is afgevoerd, wordt het voertuig minutieus doorzocht.

Zachtjes praten

De oostelijke passaatwind blaast heerlijk door de opgeklapte tent, waar naast de stretchers ook de benches staan. Volgens Sander is de oefening zeer goed voor de band tussen de geleider en zijn hond. “Zij hebben ons hier nu echt nodig, vooral als het gaat om hun eerste levensbehoefte. Rik heeft meer last van de warmte dan ik, maar hij weet van geen opgeven dus ik deel voortdurend mijn water met hem en dat voelt hij.” Sander giet wat water uit zijn eigen fles in een metalen bak en Rik duikt er bovenop. Hond en geleider zijn 24/7 bij elkaar. “Het is vergelijkbaar met onze missie in Jordanië, alleen is daar minder tijd om de honden even te laten ontspannen. Ze staan nu eenmaal voortdurend op scherp en hier kun je ze er wat vaker uithalen door even met een balletje te spelen. Of in het bijzijn van de hond zachtjes met elkaar te praten. Daar wordt Rik ook rustig van.” En dat blijkt. Doordat er een collega in de tent slaapt, wordt er wat zachter gesproken en blijft Rik inderdaad rustig liggen. Totdat Sander het speelballetje tevoorschijn haalt; dan is Rik weer snel actief, maar relaxed.

Acclimatiseren

Voorafgaand aan de eindoefening hebben de ruim 30 meegereisde expeditionaire beveiligers van de luchtmacht een week lang kunnen acclimatiseren op Curaçao. Niet door met zijn allen aan het strand te gaan liggen, maar met een uitdagend programma op diverse plekken op het eiland in de Caribische Zee. “Het was een mooie eerste week waarin we veel hebben gelopen”, zegt sergeant Kevin die samen met korporaal Rebaz wachtpost 1 bezet. “We hebben de “Drie Gebroeders” en de “Christoffelberg” beklommen en kregen les in de lokale flora en fauna door leden van de Curaçaose Militie.”  Maar er was ook tijd voor een beetje ontspanning, geeft Rebaz aan. “Zaterdag hadden we een standdown dagje. Je kon gaan duiken of een rondgang door Willemstad maken. We eindigden uiteindelijk op een strand.”

Rebaz vindt de oefening eigenlijk te kort om écht te kunnen acclimatiseren. Hij weet wat het is na meerdere missies in Afghanistan, Jordanië en Mali. “Tijdens mijn eerste uitzending naar Kandahar kwamen we aan en was het er nog koel. Langzaam maar zeker liepen de temperaturen op tot boven de veertig graden, maar dat went. Het is beter dan wanneer je vanuit een koud Nederland opeens in de Jordaanse hitte terecht komt.” Volgens sergeant Kevin is het weer op Curaçao vergelijkbaar met Mali en Jordanië. Je hebt hier alleen voortdurend die verkoelende wind. Voor de nieuwe jongens heeft het veel oefenwaarde. Zij weten nu iets beter wat het is en hoe het lichaam op warm en droog weer reageert.”

Biefstuk

In de commandopost van de oefening liggen kaarten en verbindingsmiddelen, allemaal bedekt met een laagje lichtbruin stof. Windvlagen in en om de tent zorgen voor verkoeling en een klapperend tentdoek op het aluminium buizenframe. “Het lijkt een rommeltje maar we hebben het hier onder controle hoor”, zegt opvolgend vluchtcommandant Leo van OGRV-Zuid. Hij zit nu een half jaar bij de eenheid met thuisbasis Gilze-Rijen. Ook voor hem is de oefening een goede kennismaking met zijn mensen. “Mijn mannen zijn inmiddels wel een beetje moe. Niet zo raar na meer dan 60 uur onafgebroken opereren en zeer weinig rust. Maar ze blijven gemotiveerd. We hebben al veel gedaan, zoals vorige week een contact drill op oefenterrein Wacawa. Daar konden we met scherp schieten op statische elementen en dat onder deze klimatologische omstandigheden; gewoon uniek. We worden ook prima ondersteund door de marine. Alleen al het eten op marinekazerne Suffisant is geweldig. Ik heb nog nooit zo’n goede biefstuk gegeten als daar. Ik zie wel mogelijkheden voor meer eenheden om hier te oefenen.”

Gewoon leuk

“We zien meer van de wereld dan de gemiddelde militair”, zegt korporaal Rebaz nog altijd op zijn hoede bij wachtpost 1. “In 2010 moest ik opeens naar IJsland voor het bewaken van een F-16 die technische problemen had gekregen onderweg vanuit de VS. Of neem de koudweertraining in Zweden, 100 kilometer van de poolcirkel met 30 graden onder nul in een slaapzak. Het is voor ons gewoon leuk om overal en nergens met onze vliegtuigen naar toe te gaan”.

Tekst & Foto's: luitenant ter zee 2OC(SD) André Eilander