Dit artikel hoort bij: de Vliegende Hollander 07-08 | 2017
5e generatie – wat houdt het in?
Verschillende transitieprojecten bouwen samen toekomstige luchtmacht
De termen komen al een tijd lang voorbij: 5e generatie luchtmacht en de transitie daar naartoe. Maar wat houden ze nu precies in. Natuurlijk, de term is afgeleid van de komst van de F-35, maar het geheel houdt zoveel meer in. Niet alleen de aanschaf van hardware, maar vooral ook andere manieren van werken én denken. Het Hoofd Transitie Projecten (HTP) kolonel Johan van Deventer geeft uitleg. “Ik ben dus niet de man van alleen maar de F-35.”
De 5e generatietrein rijdt inmiddels. Nog niet op volle snelheid, maar van stapvoets is nu zeker de tweede versnelling ingezet. Nog niet iedereen merkt het, maar dat gaat niet lang meer duren. Want de verschillende transitieprojecten die Van Deventer onder zijn hoede heeft, vindt je door de hele CLSK-organisatie heen. Samen bouwen die de 5e generatie. En aan lang niet alle wordt nu al tijd besteed, maar staan voor de toekomst op de rol. In overzicht:
Vervanging F-16 door F-35
Vervanging KDC-10 door A330 MRTT
Voorbereiding invoering MQ-9 Reaper
Oprichting Target Support Cell
Vernieuwing Chinook-vloot tot CH-47F MYII CAAS-standaard
Oprichten Air Command and Control-capaciteit
Oprichten Fighter Center of Excellence
Ombouwen Cougar-vloot voor Special Operations Forces
Ombouwen AH-64D tot AH-64E standaard
Oprichten National Air & Space Operations Centre (NASOC)
Kijk in deze video hoe de 5e generatie luchtmacht er uit komt te zien.
Capaciteit waar nodig
Van Deventer managet dit niet alleen, maar met HOT luitenant-kolonel Linda de Looper. “Vanuit andere afdelingen zijn nog 2 officieren (luitenant-kolonel Rien Keij vanuit P&O en majoor Anton Roording vanuit AFC) toegevoegd die 90 procent van hun tijd bij Transitieprojecten werken, maar administratief heb ik niet de zorgen over hen”, geeft hij aan. Kunnen 4 man dan al deze projecten aansturen? “Nee, en dat hoeft ook niet”, antwoord het HTP. “We doen de aansturing ook op een 5e generatiemanier. Separate teams leiden de afzonderlijke projecten. Daar zit dus de capaciteit. Wij werken direct en intensief met hen samen, zorgen voor de samenhang tussen alle delen, jagen aan daar waar nodig en koppelen terug aan de Lumara. Zo kan de C-LSK de beslissingen nemen die nodig zijn voor de toekomstige bedrijfsvoering en gas geven daar waar nodig.”
Personeel
Een voorbeeld daarvan is het Medium Altitude Long Endurance Unmanned Aerial Vehicle-project, kortweg MALE UAV. Dat op afstand bestuurde vliegtuig staat hoog op de verlanglijst van niet alleen de luchtmacht, maar ook de andere operationele commando’s. “Alles is afhankelijk van het nieuwe kabinet, maar hopelijk komt dit project naar voren, in plaats van dat we er pas in 2023 mee verder gaan. Als CLSK staan we in ieder geval goed voorgesorteerd.”
Maar zo’n project vraagt ook het nodige nieuwe personeel dat je niet 1-2-3 hebt. “Klopt”, geeft Van Deventer aan. “Bij de transitie van F-16 naar het huidige aantal F-35’s houden we wellicht wat personeel over. Dat kunnen we dan goed gebruiken bij de UAV. Daarom is de samenhang tussen alle transitieprojecten zo belangrijk, en dat doen we hier. In de aansturing van de projecten en het oplopen van bijvoorbeeld transitieplannen, bijvoorbeeld bij de invoering van de A330 MRTT, gebruiken we gelijksoortige systematieken. “Daardoor creëer je een standaard, eenheid en samenhang tussen de afzonderlijke projecten. En wij kunnen daarmee goede regie voeren voor de C-LSK.”
Proeftuin
Van Deventer is nu een half jaar bezig. Daarin merkt hij dat de transitie naar de F-35 er echt aan zit te komen. “In Amerika draait het, de Defensie Materieel Organisatie zorgt voor de vliegtuigen en het CLSK moet keuzes maken. Heel veel. Het is niet zo: F-16 uit en F-35 in. Dan krijg je een 4e generatie F-35. De hele organisatie moeten we aanpassen. Hoeveel mensen zijn er straks nodig, hoeveel gaan we vliegen, hoe gaan we werkdagen indelen, hoe breed of smal zetten we personeel in. Er is straks bijvoorbeeld geen verschil meer tussen gereedstelling en onderhoud. Op die manier werken ze nu al op Edwards Air Force Base. Dat is onze proeftuin voor de F-35. Je merkt daar dat je grondpersoneel meer verantwoordelijk en betrokken maakt voor de inzet van het toestel, het eindproduct. Precies wat we ook zien op uitzending, maar minder in Nederland.”
Missies ondersteunen
De C-LSK neemt uiteindelijk beslissingen over hoe de luchtmacht van de toekomst gaat werken. Volgens Van Deventer zit in die trein inmiddels goed tempo. “Het voorlopig reorganisatieplan voor Luke Air Force Base, de toekomstige opleidingslocatie voor Nederlandse F-35 vliegers is geschreven en met Leeuwarden zijn we nu bezig. Daarnaast is de Target Support Cell op Volkel al initial operational capable. Daar ondersteunen ze daadwerkelijk al coalitiemissies boven het Midden-Oosten.” Ook leveren Nederlandse beeldanalisten die straks voor de MALE UAV nodig zijn, nu al bijdragen vanaf Ramstein in Duitsland.
“Alle veranderingen wringen per definitie”, besluit Van Deventer, “maar we doen ons best het zo soepel mogelijk te laten verlopen. Juist door planwerk slim te doen, kunnen we bijvoorbeeld F-16 operaties gaande houden en de F-35 introduceren. Het is hartstikke uitdagend werk waarin je continu op zoek bent naar verbindingen. Je hebt hier echt een deel van de luchtmachttoekomst in handen.”
Tekst: Arno Marchand
Illustratie: X-Media
Video: Staf CLSK