Tekst Jack Oosthoek
Foto Bas Kijzers
Werkgever die arbeidsparticipanten kansen biedt
De poort van Defensie staat volop open voor arbeidsparticipanten. Mensen uit deze categorie lopen door een fysieke of mentale beperking in het achterste gelid en komen doorgaans moeilijk aan de slag. Bij Defensie ligt de weg naar de toekomst voor ze open.
Volgens de jongste cijfers kampt een op de tien arbeidsparticipanten met fysieke beperkingen, de rest met psychische problemen. Denk aan autisme, depressieve gevoelens, een burn out, blindheid of hersenletsel door een ongeluk. “Ze hebben in het algemeen extra hulp nodig om aan de slag te komen”, vertellen Amber Voorburg, adviseur van de Defensie Materieel Organisatie.
Bij Defensie werken 252 arbeidsparticipanten in vaste dienst en 184 op detacheringsbasis via uitzendbureaus. Veel van hen zien deze werkgever wel zitten, weet projectleider voor alle defensieonderdelen Ellen Dieperink. “Participanten vinden Defensie vaak stoer en willen erbij horen. Iemand zei eens: ‘al moet ik schoenen poetsen, ik wil per se dáár werken’.”
‘Participanten vinden Defensie vaak stoer’
Ruggensteun
De arbeidsparticipanten komen binnen via de Wet Banenafspraak die kort gezegd bepaalt dat overheid en bedrijfsleven een bepaald percentage van hun banen beschikbaar moeten stellen voor mensen met een ziekte of handicap. Langs die weg kunnen ze aan een job komen, door hun achtergrond vaak een lastige opgave. De ruggensteun wordt gegeven door gemeenten en uitkeringsinstantie UWV. Die hanteert een doelgroep-register met daarin de namen van alle participanten. Beide instanties attenderen bedrijven op een mogelijk geschikte kandidaat; andersom kloppen organisaties bij hen aan voor personeel. “Door arbeidsparticipanten aandacht te geven groeit hun zelfvertrouwen, ontdekken ze nieuwe mogelijkheden en komt er weer structuur in hun leven”, legt Ellen uit.
‘Door arbeidsparticipanten aandacht te geven groeit hun zelfvertrouwen’
Maatwerk toepassen
Defensie biedt ze een al bestaande functie aan of er wordt zo nodig één gecreëerd. Het gaat om administratief of facilitair medewerker, loopbaanbegeleider, financieel adviseur of ICT-beheerder. Allemaal burgerjobs, want een militaire positie is vanwege uitzendingen niet mogelijk. In alle gevallen gaat Defensie na in hoeverre de arbeidsparticipant en baan matchen. “We willen maatwerk toepassen”, benadrukt Amber.
Vooral in de beginfase kan het tijd kosten om iemand adequaat te begeleiden. Zeker als die persoon al wat langer uit het arbeidsproces is. “Het is een intensieve doelgroep, maar wel gemotiveerd. Ook arbeidsparticipanten kunnen een waardevolle bijdrage leveren aan een bedrijf. Ach, met een reguliere medewerker is er soms ook wat. Het beleid valt of staat met goed leiderschap.”
‘Het is een intensieve doelgroep, maar wel gemotiveerd’
Als collega beschouwd
Volgens Ellen is werken voor een arbeidsparticipant nog veel meer dan voor een reguliere werknemer van vitaal, om niet te zeggen levensbelang. “Veel arbeidsparticipanten bloeien helemaal op. Als je geen participant bent, besef je nauwelijks hoe belangrijk een baan is. Ook merken we dat ze niet als zodanig gezien willen worden. Arbeidsparticipanten vinden zichzelf allesbehalve zielig en willen als collega worden beschouwd die bijdraagt aan het werk dat moet worden gedaan. Wijzen we weleens iemand af? Ja. Bijvoorbeeld wanneer de werkomgeving minder goed bij de persoon past. De bedoeling is om het een succes te laten worden, maar je moet iemand niet plaatsen om het plaatsen.”
‘Arbeidsparticipanten vinden zichzelf allesbehalve zielig’
Volop inzetten
Wat Amber en Ellen betreft schakelt Defensie in de komende jaren met de arbeidsparticipanten een tandje hoger. Per 1 januari gaat de projectstatus eraf en wordt de Wet Banenafspraak een vast bureau. “We zetten volop in op arbeidsparticipanten", besluit Ellen.
Naam: Melita Frankovic
Functie: communicatiemedewerker bij DMO/JIVC
“Zou een wereld willen die alleen kijkt naar wat je kunt”
“Ik was op zoek naar vaste baan, maar dat wilde niet lukken. In sollicitatiegesprekken werd het ‘m telkens niet. Toen ben ik voor hulp naar het UWV gegaan dat met een vacature bij Defensie kwam. In april 2020, in coronatijd, begon ik. Eerst als administratief-communicatiemedewerker bij het DOSCO totdat er in december 2020 geen plaats meer voor me was. Ik kreeg een nieuwe, mooie kans als communicatiemedewerker bij DMO/JIVC. Ik voel me welkom bij Defensie. Dat is een werkgever die kansen biedt, open staat voor persoonlijke ontwikkeling en mogelijkheden biedt in plaats van beperkingen. Ik vind het jammer dat de term participant gebruikt wordt voor mensen met een beperking. We zijn allemaal onderdeel van één samenleving waarin elk huisje zijn kruisje heeft. Ik zou een wereld willen die alleen kijkt naar wat je kunt en wilt. Dat zou de arbeidsmarkt kunnen helpen. Veel mensen met een beperking zitten thuis, terwijl er zoveel mogelijkheden zijn om beide werelden samen te brengen.”
Wie: Wout Werner
Functie: Financieel adviseur JIVC Finance & Control
“Ik kom tot mijn recht”
“Vanaf mijn geboorte ben ik ernstig slechthorend, ofwel vrijwel doof. De grootste hinder ondervind ik bij groepsgesprekken wanneer iedereen door elkaar praat. Dan kan ik het niet volgen. Na een school voor slechthorenden en een reguliere school te hebben doorlopen, zocht ik werk. Per maand schreef ik circa dertig sollicitatiebrieven maar ik werd zonder reden afgewezen. Niet leuk. Uiteindelijk kostte het anderhalf jaar om een baan te krijgen. Ik werd administratief medewerker bij Nationale Nederlanden in Den Haag; ging studeren (SPD 1 en 2), maar kon niet doorgroeien. Overleg bijvoorbeeld is voor mij als ernstig slechthorende moeilijk. In 2002 werd ik Actuariële Rekenaar om vervolgens in 2020 overtollig te raken bij een reorganisatie. Op advies van een uitzendbureau schreef ik me in voor het project Banenafspraak van het UWV dat me hielp een baan te vinden. Het werd Defensie dat me aannam als financieel adviseur bij JIVC Finance & Control. Aangezien ik handig ben met computers, ondersteun ik ‘breed’. Werken bij Defensie bevalt prima. Ik heb niet al te veel stress en prettige collega’s die rekening met me houden. Ook beschik ik over speciale apparatuur om te communiceren. Ik kom tot mijn recht en hoop tot in de lengte van jaren bij Defensie te werken.”