Tekst kapitein Charlotte Snel
Foto sergeant-majoor Gerben van Es, Hull Vane BV
“We kunnen het niet meer alleen”, is een veelgehoorde kreet binnen de Defensie Materieel Organisatie. Met de term Gouden Driehoek geeft Defensie de samenwerking aan met kennisinstituten en industrie om het beste, meest innovatieve materieel te verwerven. Voor de rubriek In Bedrijf bezoekt Materieelgezien een zakenpartner van DMO. Piet van Oossanen ontwikkelde een vleugel die ervoor zorgt dat een schip stabieler en efficiënter vaart. Zr.Ms. Groningen zal naar verwachting begin 2023 als eerste marineschip ter wereld worden uitgerust met ‘zijn’ Hull Vane. “Het is gewoon vernuftigheid.”
Hij voelt zich goed, geniet van zijn pensioen en heeft nog ongelofelijk veel zin in het leven. Vooral de wetenschap dat zijn ‘kindje’ Hull Vane BV bij zoon Perry en compagnon Niels Moerke in goede handen is, geeft de 79-jarige Piet van Oossanen veel rust. Zij hebben het bedrijf volgens hem groot gemaakt. Een mooi compliment dat door Moerke aan de koffietafel in Wageningen snel bescheiden wordt genuanceerd. “Maar het blijft jóuw idee, Piet.”
Vleugeltjes
Het is eind jaren ‘70 wanneer Van Oossanen als hydrodynamicus bij zijn werkgever MARIN een enorme opdracht binnensleept. Een welgestelde Australische zeiler is op zoek naar een supersnel jacht waarmee hij zijn kansen op de America’s Cup (de F-1 voor zeilers, red.) kan vergroten. Van Oossanen, zelf destijds ook fervent zeiler, buigt zich over het ontwerp. Hij ontwikkelt een kiel met ‘vleugeltjes’ die de prestaties van het jacht drastisch doet verbeteren. Het wordt de eerste America’s Cup die het thuisland sinds 1852 verliest.
Van Oossanen: “Dat Australië won heeft wel voor wat ophef gezorgd, ja. De Amerikanen konden het niet verkroppen. Maar ja, het is gewoon vernuftigheid. Dan hadden ze het zelf maar moeten bedenken, toch?”
Hype
Die zeilwedstrijd blijkt het startschot voor een heuse hype. Vanuit de hele wereld melden geïnteresseerde zeilers en scheepsbouwers zich bij MARIN voor een paar ‘vleugeltjes van Piet’. Miljoenen harkt de knappe kop voor het maritieme kennisinstituut binnen, tot het kwartje valt. Hij pakt zijn ontwerpen in en begint in 1989 een eigen bedrijf: Van Oossanen & Associates BV.
Het is zeiljachtbouwer Contest uit Medemblik die een aantal jaar later onbedoeld de voorzet geeft voor de huidige Hull Vane, aldus Van Oossanen. “We ontwierpen al kielen met vleugels voor hen, maar ze waren op zoek naar iets nieuws. Iets wat marketingtechnisch interessant zou kunnen zijn. Ik dacht oké, als die vleugels op de kiel werken, waarom dan niet op het roer? Daar zijn we mee gaan testen en de resultaten waren, wanneer de vleugels hoog op het roer werden geplaatst, verbluffend. Niet alleen kon een jacht met hetzelfde vermogen een hogere topsnelheid behalen, het leverde tevens minstens tien procent brandstofbesparing op én de modificatie zorgde voor minder golven.”
Patent
Door drukte komt het nieuwe project een poosje stil te liggen tot Van Oossanen in 2001 door de Fransen wordt gevraagd om deel uit te maken van hun America’s Cup-project. Een uitgelezen kans om de schetsen van de roervleugels uit de mottenballen te halen.
“Lang verhaal kort. De Fransen zijn die vleugel gaan bouwen, maar hij bleek te fragiel. Vlak voor de eerste wedstrijd brak hij af”, vertelt Van Oossanen. “Maar het zaadje was gepland. Sterker nog, de Fransen wilden er met het idee vandoor gaan. Mooi niet dus. Samen met het Nederlandse octrooibureau heb ik in een week tijd een patent uit de grond gestampt. De Hull Vane was van mij. Vanaf dat moment zijn we er ook serieus mee bezig geweest.”
‘In een week tijd stampten we een patent uit de grond’
Plug & Play
Eind 2012 nemen zoon Perry en compagnon Niels Moerke het bedrijf over en dopen het niet veel later om tot Hull Vane BV, onderdeel van Van Oossanen Navel Architects. De vleugeltjes van Piet zijn gebleven, maar de werkwijze is iets aangepast, vertelt Moerke.
“We ontwerpen voor ieder schip een unieke Hull Vane. Eerder probeerden we dat ontwerp te verkopen zodat een scheepswerf hem zelf kon bouwen. Dat bleek toch lastig. Daarom hebben we gezegd: we draaien het om. We nemen de hele opdracht aan, van begin tot eind. Dan ontzorg je scheepsbouwers én kom je makkelijker in de markt terecht.”
Schot in de roos
Dat deze werkwijze een schot in de roos is, blijkt. Aan de muur op het kantoor in Wageningen hangt een indrukwekkend overzicht van alle jachten en schepen die door het bedrijf zijn ontworpen, waarvan een groot aantal rondvaart met een Hull Vane. Binnenkort wordt er een unieke klant aan toegevoegd: de Koninklijke Marine.
Volgend jaar zal het patrouilleschip Zr. Ms. Groningen als eerste marineschip ter wereld worden uitgerust met een Hull Vane. Een ontzettend mooie kans, beaamt Van Oossanen. “Natuurlijk ben ik daar supertrots op.”
Vanaf de zijlijn volgt de pensionado de koers die ‘zijn’ bedrijf vaart, maar missen doet hij het niet. “Ik vind het heerlijk om af en toe even binnen te lopen voor een kopje koffie, maar verder is het helemaal goed zo.”
‘Het was een kwestie van een lange adem’
Hull Vane
De Hull Vane is een draagvleugel die achter een schip of (deels) onder de romp ervan wordt bevestigd. Het grootste voordeel is de brandstofbesparing die het oplevert; minstens tien, oplopend tot zelfs twintig procent. Met een verlaagde weerstand kan het schip bovendien een hogere topsnelheid met hetzelfde motorvermogen behalen. Daarnaast zorgt de modificatie voor verminderde kielzog en dus minder golven. Dat is tactisch belangrijk, omdat het schip zo vanuit de lucht minder snel is te zien.
Behalve de tactische en besparende voordelen is er ook operationele winst: door de Hull Vane beweegt het achterdek minder en blijft (in het geval van een marineschip) het helikopterdek stabieler. Daardoor kan de helikopter gemakkelijker landen. Ook het FRISC-vaartuig kan eenvoudiger de slipway de- en embarkeren. Tot slot vermindert de modificatie slamming, waarbij de boeg op het water slaat. Het vergroot dus het comfort voor opvarenden.
‘Hollands glorie in optima forma’
Kapitein-luitenant-ter-zee Marin van Herk
DMO
“We zijn in totaal zeven jaar met deze ontwikkeling bezig geweest; van de tekentafel tot het punt waar we nu staan.
In mijn vorige functie als innovatiemanager bij MIND, het innovatiecentrum van DMO, was ik vooral de laatste jaren nauw betrokken bij dit traject. Dat de modificatie nu zijn eindfase nadert vind ik eerlijk gezegd best spannend. De spoiler moet zich in de praktijk gaan bewijzen, maar daar heb ik alle vertrouwen in.
Het mooie van de Hull Vane vind ik dat het, behalve een prachtige idee, ook Hollands glorie in optima forma is. Hull Vane BV heeft de spoiler voor ons ontworpen, bij het kennisinstituut MARIN zijn allerlei modeltesten gedaan, de firma Buijs bouwde ‘m, de T-stukken werden gegoten bij Gieterij Van Voorden en uiteraard is DMO namens Defensie als afnemer nauw betrokken. Een mooi voorbeeld van een puur Hollands gouden ecosysteem.
Het was een kwestie van een lange adem, maar de operationele winst die de Hull Vane oplevert zal het absoluut waard zijn.”