Tekst ritmeester Djenna Perreijn
Foto sergeant Aaron Zwaal
Samenwerking Defensie en KPN
Het is het belangrijkste wapensysteem van Defensie: IT. En daarom wordt het 25-jarig bestaan van het Netherlands Armed Forces Integrated Network (NAFIN) groots gevierd. Samen met KPN, de juridisch eigenaar van het netwerk. Het jubileum van een kwart eeuw is de kroon op de samenwerking tussen het telecombedrijf en de krijgsmacht.
Op 250 plekken in het land komt het NAFIN-netwerk bovengronds om 180 defensielocaties met elkaar te verbinden. De overige plaatsen worden gebruikt door ketenpartners politie, NAVO in België en Duitsland en Haagse ministeries. Dat zij ook op NAFIN zijn aangesloten, is volgens accountmanager KPN Ger Vrolijk en productverantwoordelijke van de DMO Frank Lokhorst logisch te verklaren. Vrolijk: “Het is een robuust systeem: alles is dubbel uitgevoerd. Ontstaat er een storing, dan ligt er nog altijd een back-upkabel. Daar willen we niet afhankelijk van zijn, dus wordt er 24 uur per dag gewerkt om defecten zo snel mogelijk verhelpen. Ook bij stroomstoringen of andere ongeregeldheden moeten Defensie, brandweer, ambulance en politie altijd hun werk kunnen doen.”
25 jaar geleden legde het staatsbedrijf PTT de eerste NAFIN-verbindingen aan tussen vliegbases van de luchtmacht. Vandaag de dag is KPN nog altijd juridisch eigenaar. Vrolijk: “Steeds meer systemen van de krijgsmacht krijgen een IT-component. Het NAFIN-netwerk zit tussen al die systemen in en is inmiddels uitgegroeid tot de ruggengraat van de Rijksoverheid.”
Sleutelen
Als Mulan ’s ochtends geen verbinding maakt, is het geen goede ochtend. Verbinding met het netwerk is net zo vanzelfsprekend als gas water en licht, aldus Lokhorst. “Mensen staan er niet altijd bij stil, maar achter NAFIN gaat een hele wereld schuil.” In zo’n 2.500 technische ruimtes worden meer dan 7.000 switches bedient. (Switches verbinden die gele kabels in de muur op kantoor of legeringskamer met het netwerk, red.) Technici gaan dagelijks het land in om aan deze switches te sleutelen.
‘Een goed netwerk is net zo vanzelfsprekend als gas, water en licht’
Achter de schermen werken defensiemedewerkers op de NAFIN-afdeling er dus 24/7 aan. “En niet van achter onze bureaus. Zo’n 3 keer per week gaat de buitendienst erop uit om storingen als kabelbreuken aan de glasvezel te verhelpen, buizen te verplaatsen, omdat er bijvoorbeeld wordt gebouwd, en netwerken op nieuwe locaties aan te leggen.”
Van 10 naar 100
Niemand zal verrast zijn dat er de afgelopen 25 jaar het nodige is veranderd. Het aantal glasvezels is sterk vergroot. Niet om radiosignalen te verwerken, maar om iedereen van netwerk te voorzien. Die capaciteit is gegroeid van 10 gigabyte naar 60. Over 2 jaar is 100 gigabyte de standaard. Lokhorst: “We moeten steeds opschalen om alle datastromen ongestoord te transporteren. Live-netwerk met hoge kwaliteit wordt steeds belangrijker, voor bijvoorbeeld videotransport. Daarnaast vraagt het toenemende gebruik van het internet binnen Defensie steeds grotere bandbreedtes.”
Afstoten
Om zo ‘mee te ademen’ met Defensie is een teamprestatie, benadrukken de heren, die inmiddels 6 jaar samenwerken. Het netwerk voor Defensie is volgens Vrolijk bijzonder. “In Europa zeker en misschien wel in de wereld. Een landelijk dekkend netwerk is efficiënter, veiliger en betrouwbaarder dan losse contracten op verschillende plaatsen; verschillende netwerken die je met elkaar moet verbinden.”
Lokhorst: “Vooral in de politiek vraagt men zich weleens af of samenwerken met een commerciële partij wel zo veilig is. En het kan waarschijnlijk goedkoper bij een andere ‘glasvezelboer’. Maar dan vertrouwen we niet meer op een hoog kwalitatief netwerk, een afdeling die MIVD-gescreend is en die dag en nacht voor ons klaarstaat. Anderzijds wordt ook weleens gesteld dat we het helemaal moeten afstoten en juist alles aan KPN over laten. Zodat de krijgsmacht zich kan focussen op de operationele taak. Die discussie zet zich de komende jaren vast en zeker voort.”
Legering
Zonder een goed netwerk is Defensie hulpeloos. Lokhorst: “Niet voor niets wordt het ons eerste wapensysteem genoemd. Van de satelliet in missiegebied, de marechausseecollega die de grenzen bewaakt of de luchtverkeersleider die radarverkeer bekijkt. Ze zijn allemaal afhankelijk van NAFIN. Het vervoert veel hoog gerubriceerde en vitale informatie.”
Maar ook die Netflix-kijkende boordplaatser en binnenslaper moet worden bediend. De internetverbinding op legeringslocaties is een terugkerend thema. Lokhorst: “Daar gaat steeds meer tijd en energie naartoe, maar het moet met hetzelfde budget en aantal mensen. Toch mag dit nooit ten koste van de operationele taak gaan. Die is en blijft ‘t belangrijkste.”