Dit artikel hoort bij: Materieelgezien 03
Dagelijks bestrijden F-16’s van de Air Task Force-Middle East (ATF-ME) met diverse soorten bommen – de opmars van – ISIS. Het Defensie Munitiebedrijf, een onderdeel van DMO, vormt daarbij een onmisbare schakel. De explosieve voorraad ligt in een veilig afgesloten bunkergebied.
Niet alleen bommen trouwens, maar bijvoorbeeld Patriot-raketten en patronen voor het Apache-boordkanon. Ook kleiner materiaal ligt hier veilig opgeslagen: chaff en flares voor diverse vliegtuigtypes en veiligheidsartikelen als explosieven voor canopies en schietstoelen. En fuzes (ontstekers) voor Mk.84-bommen waarmee deze logistiek medewerker bezig is. Foto: sergeant Sjoerd Hilckmann
F-16’s vertrekken met een ‘full load’ aan bommen. Op die manier is in het Midden-Oosten direct de benodigde lading voor de eerste missies aanwezig. Maar die moet meteen worden aangevuld. In een 3-ploegendienst die dag en nacht doorwerkt, lukt het het munitiebedrijf om aan de vraag van de ATF-ME te voldoen. Foto: sergeant Sjoerd Hilckmann
Een bom is niet zomaar een bom. Daarvoor moet je orders picken – uitzoeken van bomlichamen, neuzen, ontstekingen, staarten. Foto: sergeant Sjoerd Hilckmann
In de donkere uren verleent de bedrijfsbrandweer bijstand met extra verlichting om zo de leveringen mede te garanderen. “Na een paar zendingen heeft iedereen het werk zodanig in de vingers dat de diensten naar een 2-ploegensysteem kunnen”, zegt Hoofd Distributiecentrum eerste luitenant Rick (DMO/DMunB). “Nu zitten we rond batch 20 en hebben 3 ladingen klaar liggen. Komt de bestelling, dan kan het zo de deur uit.” Foto: sergeant Sjoerd Hilckmann
In het begin wilde de ATF-ME verschillende soorten bommen. Na een tijd bleek dat ze eigenlijk behoefte hebben aan steeds dezelfde types, geeft de lutienant aan. “Daarmee wordt ons werk makkelijker en komen ook niet-gebruikte projectielen retour.” Foto: sergeant-majoor Maartje Roos
De ene bom is de andere niet, maar dat geldt ook voor bijvoorbeeld een kist met 9mm-patronen. Ook daarin kan veel verschil zitten. Luitenant Rick: “Het is dus niet zo, plak deze sticker er maar op, dan is het wel goed. Vrijwel alles verschilt per levering.” Foto: sergeant Sjoerd Hilckmann
“Gevaarlijk werk hier, of eng?”, stelt DMO'er luitenant Rick hardop de vraag. “Nee hoor. Ik heb meer schrik van een brand van buitenaf.” Specialist munitietechniek sergeant 1 Wil vat het kort samen: “Superleuk om hier te werken. Mijn hart ligt meer bij munitie dan bij wapens. De verscheidenheid is zoveel groter en voor mij dus veel leuker.” Foto: sergeant-majoor Maartje Roos
Blik op de bunkers – ook wel huizen en of shelters genoemd – aan 1 van de straten (of banen). Er werken 14 man op het munitiepark – burgerambtenaren al heel lang: de jongste is 55, de oudste 60. Rick: “Normaal is het hier vrij rustig. De laatste maanden van 2014 was het een gekkenhuis.” Foto: sergeant-majoor Maartje Roos
Vervoer van projectielen is aan veel regels gebonden, rekening houdend met de explosieve kracht. Daardoor mogen soms maar 2 bommen per transport mee.
In maart kwamen de Patriot-raketten van de uitzending in Turkije terug. Wederom volop werk voor het munitiecomplex.
De nieuwe GBU-39/B Small Diameter Bomb. Voorman Willem is eindverantwoordelijk en stuurt logistiekelingen aan, in dit geval bediener intern transport Antoon.
