Tekst Kirsten de Vries
Foto SM Aaron Zwaal
‘We moesten het hier laten werken’
Het hoge water gooide bijna roet in het eten. Maar de IJsseloversteek bij Olst-Welsum in het kader van Grand Quadriga, onderdeel van de grote NAVO-oefening Steadfast Defender, ging door. In een paar uur tijd wisten 101 Geniebataljon en 105 Brugcompagnie een brug over de rivier aan te leggen, waarna 500 manschappen en 85 voertuigen van 13 Lichte Brigade overstaken. Een uitvoering waardoor Poetin zich nog eens achter zijn oren zou moeten krabben, zo meent commandant 13 Lichte Brigade brigadegeneraal Gert-Jan Kooij.
Een oefening met een wateroversteek komt niet vaak voor. Kooij schat dat dit eens per 10 of 15 jaar het geval is. Belangrijk dus voor zijn brigade dat het onderdeel weer eens op het programma staat. “Ik denk dat van deze chauffeurs nog nooit iemand over zo’n brug is gereden. En dan moeten ze ook nog door de uiterwaarden door het water rijden, dus dat is al spannend genoeg.”
Hoog water
Het hoge water. Niet alleen is het meters verder het land in gelopen dan normaal, het is ook diep. Daar waar normaal geen water staat, word je nu tot aan je schouders nat, merken de brugbouwers. De waterstand bezorgt stafofficier luitenant Alex Timmers de dagen voorafgaand aan de oefening de nodige grijze haren. “Toen we 2 dagen eerder foto’s zagen van de waterstanden hier, zonk de moed ons in de schoenen. Alle scenario’s gingen door ons hoofd; zou de oefening wel door kunnen gaan?”
‘Stoppen was geen optie’
Het was aan Timmers en zijn collega’s om een juiste analyse van de situatie ter plaatse te maken. “Onze eigen duikers hebben een verkenning kunnen uitvoeren. De gegevens daarvan hebben we als staf opgepakt en geanalyseerd. In een normale situatie hadden we misschien een andere crossing site gepakt, maar die keuze hadden we nu niet. We moesten het hier laten werken, stoppen was geen optie.” In de namiddag op de dag voor de oefening wordt besloten om het tóch door te laten gaan. Timmers ziet de hoge waterstand achteraf gezien juist als iets positiefs. “Het belangrijkste is dat we er als compagnie naartoe werken dat we in alle omstandigheden ons werk kunnen doen. Het is goed dat dingen niet gaan zoals je verwacht. Daar waar eenheden naartoe moeten, kan het immers zomaar eens zijn dat een brug het niet doet of dat er één is uitgeklapt door hoog water.”
Veer
Een rivieroversteek als deze in Olst-Welsum is een moeilijke, gevaarlijke oefening. Er komt veel meer bij kijken dan alleen het aanleggen van een brug, zo legt luitenant-kolonel Harold Dubbelhuis, commandant 101 Geniebataljon, uit. Nadat duikers de situatie onder water verkend hebben, gaan bootjes met infanteristen naar de overkant. Een veer, een klein ponton, brengt vervolgens zoveel mogelijk voertuigen, met een maximum van 4 per keer, naar de overkant. “Dan is er vuurkracht aan die kant en kan dat uitgebouwd worden.”
Als al deze stappen zijn doorlopen begint de bouw van de brug. De genisten krijgen daarbij ondersteuning van luchtverdediging die in de buurt staat opgesteld. “Het principe van de brug is simpel”, aldus luitenant Timmers. “Het is een ponton dat drijft en die onderdelen koppel je net als Lego aan elkaar. Die kun je zo lang maken als je wil, mits je specialisten hebt.”
‘De onderdelen koppel je aan elkaar als Lego’
Een daarvan is soldaat-1 Giovanni. Hij is springer en moet de brugdelen in elkaar zetten. De losse delen worden steeds met een bootje naar de uiteindelijke brug gevaren en daar aan elkaar gemonteerd. “Het is aan ons om zo snel mogelijk een veilige brug neer te leggen. De oefening is pas gelukt als alles overgezet is en iedereen inzetbaar is. Er is altijd een risico dat mensen in het water belanden.” Giovanni is blij dat hij en zijn collega’s de rivieroversteek eens in de praktijk kunnen oefenen. “Zodat als er een inzet is, wij er klaar voor zijn.”
Samenwerking
Duikers, springers, analisten; alle eenheden samenbrengen tijdens Grand Quadriga is de grootste uitdaging, vindt luitenant-kolonel Dubbelhuis. “Je moet zorgen dat de eenheden elkaar begrijpen, dat je continu snapt wat de afspraken zijn en dan moet je die ook daadwerkelijk gaan uitvoeren.” Generaal Kooij beaamt dat. “Het is geslaagd als we allemaal aan de overkant zijn en die verplaatsing op een vloeiende manier is verlopen.”
Cruciaal
Commandant der Strijdkrachten generaal Onno Eichelsheim kwam zelf een kijkje nemen in Olst-Welsum om te kijken hoe de oversteek verliep: “Je kunt wel een brug bouwen, je kunt met je compagnie een gevecht beoefenen, maar nu moet je alles gezamenlijk doen en dat hebben we eigenlijk al heel lang niet meer gedaan. Voor de getraindheid is dit echt cruciaal.”