Tekst KAP Arthur van Beveren
Foto SM Aaron Zwaal
Persoonsbeveiliging nieuwe ervaring voor Rode Baretten
Ze zijn gewend om agressief voorwaarts te gaan en het gevecht op te zoeken. Deze opdracht vraagt juist om de-escalatie. Voor de Rode Baretten van de Charlie-compagnie van 13 Infanteriebataljon is de persoonlijke beveiliging van militaire en civiele adviseurs van de NATO Mission Iraq een ervaring apart. De ‘Stoters’ krijgen een lesje in wereldculturen, zowel binnen de NAVO-missie als in de miljoenenstad Bagdad. Stap in de gepantserde Land Cruiser, gordel om en kijk uit voor invoegend verkeer.
De zon komt langzaam op boven UNION III – sinds begin januari de thuisbasis van de luchtmobielers uit Assen – terwijl soldaat-1 Sheldon met de rest van zijn team de rit voor de dag doorneemt en de Land Cruiser klaarmaakt voor vertrek. Vandaag begeleidt zijn groep een Duitse overste naar zijn afspraak bij de Iraakse artillerieschool. Morgen kan het een sergeant-1 zijn, of een ambassadeur. Sheldon heeft ze als bodyguard allemaal langs zien komen. “Ook al zijn ze al tien keer mee geweest, iedere keer krijgen ze opnieuw de pax-briefing. Want stel dat er iets gebeurt, is het goed dat we er met de adviseur scherp op zijn geweest, zodat die precies weet hoe hij moet handelen en wat wij doen bij een dreiging.”
NATO Mission Iraq
NATO Mission Iraq (NMI) is bedoeld om de veiligheid en stabiliteit in Irak te versterken en terroristische dreiging te verminderen. Dat gebeurt door het trainen, adviseren en assisteren van de Irakese defensie- en veiligheidssector. In de staf van NMI werken vijf Nederlandse militairen en vijf medewerkers van Buitenlandse Zaken als adviseur. De Charlie-compagnie verzorgt 4,5 maand de Force Protection voor deze missie. Daarna neemt een andere luchtmobiele compagnie het van hen over.
Het werk is niet onbekend voor de krijgsmacht maar niet eerder was Bagdad plaats van handelen. Acht jaar lang deden Nederlandse militairen mee aan de Capacity Building Mission Iraq in Iraaks-Koerdistan. In mei van vorig jaar kwam daar een einde aan.
Relatief veilig
Het beeld van Bagdad als levensgevaarlijke stad met dagelijkse aanslagen is achterhaald. Maar de spanningen liepen eind vorig jaar wel op na de aanval van Hamas op Israël en de daaropvolgende oorlog in Gaza. Door Iran gesteunde milities in Irak voerden raket- en drone-aanvallen uit op Amerikaanse militairen. En toen in Zweden korans waren verbrand, bestormde een meute de ambassade van dat land in Irak.
Het waren die worst case scenario’s waar de Charlie-compagnie zich op had voorbereid, vertelt compagniescommandant majoor Ewout. “Maar we zien dat de incidenten zich vooral buiten de stad afspelen, in het noorden en westen van het land langs de grens met Syrië. We hebben weleens een protest met een paar duizend man meegemaakt, maar in een miljoenenstad is ook dat verwaarloosbaar. Vanuit Nederland voelt het denk ik spannender dan wanneer je hier daadwerkelijk rondrijdt.”
De Force Protection is een multinationale eenheid
Op zichzelf aangewezen
Toch was de gedegen voorbereiding zeker geen overbodige luxe omdat de Nederlanders – en een peloton Polen; de Force Protection is een multinationale eenheid – in kleine groepen op pad gaan. “In de stad zijn ze helemaal op zichzelf aangewezen”, vervolgt de CC. “Ze doen zelf de voorbereiding en planning van de opdracht en koppelen dat terug naar hun pelotonscommandant. Maar als het nodig is, moeten ze zich onderweg staande kunnen houden tot er versterking komt. Voor manschappen in de groepen is het een hele goede missie om zich te ontwikkelen als militair en ook als mens. Er wordt een hoge mate van zelfstandigheid van hun verwacht.”
De majoor doelt op de vele culturen waarmee zijn militairen te maken krijgen. Van Irakese veiligheidstroepen die de wagens staande houden tot NAVO-partners waarbij met hiërarchie heel anders wordt omgegaan dan de Nederlandse militair gewend is.
Gekker dan gek
Inmiddels is de groep van bodyguard Sheldon vertrokken. Meteen is iedereen gefocust, want in de verplaatsing schuilt het grootste gevaar. “Het is chaos”, vertelt Sheldon. “Auto’s die van de meest linkerbaan opeens naar rechts afslaan en je vol afsnijden, auto’s die je heel snel inhalen, vreemde bewegingen maken. Op al die gedragingen let ik, zonder al te spichtig te zijn. Want vergeleken met Nederland is al het gedrag hier afwijkend. Je moet eerst je hele norm bijstellen en dan opnieuw kijken en bedenken wat nog gekker is dan gek. Dat is Bagdad”, grapt hij.
Scherp blijven
Waar het voor Sheldon als bodyguard opletten is, geldt dat al helemaal voor de chauffeurs die zich door deze mierenhoop moeten manoeuvreren. Toch gaan zelfs de ritten door Bagdad – die variëren van een paar minuten tot 1,5 uur – en het wachten op locaties soms vervelen. Daarom worden de mannen continu scherp gehouden. “Bij het takenpakket hoort bijvoorbeeld ook inlichtingen vergaren”, vertelt eerste luitenant Willard, een van de pelotonscommandanten. “Op soldaatniveau wordt best veel van ze gevraagd. Niet alleen in het waarnemen, maar ook in verslaglegging. Ze maken hele rapporten met foto’s, collages en plattegronden. Dat maakt iedereen in het team belangrijk en draagt denk ik ook bij aan de focus, want het product daarvan gaat wel degelijk hier de lijn in en als de kwaliteit terugloopt, krijgen wij dat te horen.”
Afwisseling creëren
Ook op het kamp UNION III liggen genoeg taken op de luchtmobielers te wachten. Als Force Protection zijn zij medeverantwoordelijk voor de verdediging van de basis. Daarop wordt regelmatig geoefend, net als wekelijkse schiettrainingen en medische scenario’s. “Op het kamp staat het voormalige partijkantoor van de Baath-partij van Saddam Hoessein, een enorm betonnen paleis. Het is een perfecte omgeving om optreden in verstedelijkt gebied te oefenen”, aldus majoor Ewout. “Zo probeer ik met mijn staf zoveel mogelijk afwisseling in taken en locaties te creëren. Ondertussen beginnen we hier al aan het opwerken richting een grote air assault-oefening in de Verenigde Staten.”
Neus in de boter
Zoals elke missie is dit er een met voors en tegens. Sheldon denkt dat de nieuwe militairen, waarmee deze compagnie voor de helft is gevuld, met hun neus in de boter zijn gevallen. “Je bent klaar met je opleiding en na drie maanden zit je in Irak! Het luchtmobiele optreden wat ze in de opleiding hebben geleerd, komt hier misschien minder terug. In het opwerktraject hebben ze een hele andere manier van werken aangeleerd en dat hebben ze goed opgepakt. Voor mij was het ook nieuw, maar ik denk dat we tevreden kunnen zijn met hoe we hier onze taak uitvoeren.”