07

Dit artikel hoort bij: Landmacht 07

Vuist in de lucht

Tekst KAP Saminna van den Bulk
Foto Phil Nijhuis

Patrioteenheid verdedigt NAVO-grondgebied

Geladen en gereed. Sinds april van dit jaar staan de Patriots in Slowakije om het NAVO-grondgebied te beschermen tegen vijandige vliegers of afzwaaiende raketten van Russische komaf. Een missie die het bestaansrecht van het wapensysteem bewijst.

Zo staand op de airbase in Sliač zijn het twee weinig opvallende groene wagens, gekanteld naar de hemel. Ondertussen is de Patriot het grootste luchtverdedingssysteem dat de krijgsmacht kent. De vuist tegen iedere luchtaanval die het grondgebied van onze bondgenoten kan bedreigen.

De Patriots, te allen tijde gereed voor inzet.

Begin dit jaar viel Rusland Oekraïne binnen en de strijd duurt nog altijd voort. Het geweld reikt van de grond tot in het luchtdomein. Inwoners van landen als Slowakije leven aan de rand van het conflict. Met continue angst: wat als de agressor het NAVO-grondgebied binnenvalt?

‘Als wij in het gebied zijn, is de situatie goed fout’

Dat is waarom adjudant Erik de commandopost van het lanceercentrum bewaakt. Direct buiten zijn ‘blik’ heeft hij zicht op de Patriots, het wapensysteem waar hij al jaren mee werkt. Momenteel staat de eenheid gereed om elke aanval af te slaan. Maar de militairen zijn alles behalve triggerhappy. “Wij komen in actie als de situatie escaleert. Dit is een show of flag-missie. Onze aanwezigheid moet genoeg zijn om de Russische president van wilde gedachten af te houden.”

Adjudant Erik in zijn ‘blik’, de commandopost van het lanceercentrum.

Bekogeld

Turend naar de schermen, waar af en toe een indringende ‘pling’ klinkt, vertelt hij hoe hij opkwam bij de Groep Geleide Wapens in 1985. Hij stond in 1991 ‘op afroep’ voor de Eerste Golfoorlog, in 2003 werd hij in dat kader uitgezonden. In 2012 draaide hij vier maanden in Afghanistan. Operatie ‘Active Fence’ in Turkije volgde in 2012, een luchtverdedigingsmissie tegen raketten uit Syrië, waar op dat moment een burgeroorlog woedde. 

“Dat was een heel andere missie. In Turkije was niet iedereen gediend van onze aanwezigheid. We moesten onder politie-escorte door de stad van de ene naar de andere base. Onze voertuigen werden met stenen bekogeld. Ook lag het dreigingsgebied veel dichterbij. We stonden de hele dag in readiness state. Hier hebben we twee launchers, daar hadden we er twaalf.”

Trainende gevechtsvliegers boven de vliegbasis in Slowakije.

De Patriot is een beetje ‘een vreemde eend in de bijt’, zegt Erik. Het zijn luchtmachters die het landmachtmaterieel bedienen. Daarbij zijn er niet veel landen die over de Patriot beschikken. Voor de Nederlandse krijgsmacht lag de nadruk de laatste jaren op vredesmissies. Hierdoor is de Patriot de afgelopen zeven jaar niet ingezet voor support. Tot deze missie in Slowakije. Met stoom en kokend water is de Multinational Air and Missile Defence Task Force uit de grond gestampt. Tussen politieke besluitvorming, opwerken en deployment zat weinig tijd.

Waarmaken

Het Defensie Grondgebonden Luchtverdedigingscommando (DGLC) zet tijdens deze missie een fire unit in, bestaande uit twee lanceerstations, een vuurleidingscentrale, een radarset en een command and control-element. Zij worden bijgestaan door logistiek personeel en communicatie informatie-specialisten. De Nederlanders zijn ondergebracht bij de Duitse vuureenheid, waarmee de luchtverdedigers al jaren samenwerken. Deze tweede rotatie bestaat de Nederlandse Task Force uit zeker honderd mannen en vrouwen. Detachementscommandant luitenant-kolonel Roland Roos is tevreden: “Cliché misschien: ik ben vooral trots. Mensen zijn hier heel professioneel met hun werk bezig, daarbij is de sfeer ontzettend goed. We maken de missie waar.”

Mottenballen

Toch stond vrijwel iedereen binnen de eenheid te springen naar Slowakije te gaan, hoe gespannen de situatie aan de oostflank van het NAVO-gebied ook is. Erik weet waarom. “Deze missie is ontzettend belangrijk voor onze eenheid. We bewijzen ons bestaansrecht. We maken de wereld duidelijk dat ons systeem niet in de mottenballen hangt. We doen ertoe. Dit biedt onze jonge mensen weer de kans ervaring op te doen. We kunnen laten zien waar we altijd voor trainen. Ons zet je namelijk alleen in als de situatie echt mis is.”

“We maken de wereld duidelijk dat ons systeem niet in de mottenballen hangt.”

Dat de situatie ernst is, blijkt wel in de commando-centrale. Zwarte schermen met daarop gekleurde icoontjes verbeelden alles wat vliegt. Dit kan burgerluchtvaart zijn, of – in geval van escalatie – een raket. Het is informatie die de radars ter plekke verzamelen. De recognized air picture wordt compleet gemaakt met informatie van sensoren van andere NAVO- lidstaten. De schermen worden 24/7 bewaakt en bestudeerd. Wordt het grondgebied vanuit de lucht bedreigd? Dan is het zaak om binnen een mum van tijd een beslissing te maken.

Mindfuck

Dat verdedigen is een mogelijkheid. Vooralsnog is afschrikken de missie. Wat dat betreft zijn de Patriots een statisch systeem. “Als ze eenmaal staan, is het wachten op wat er wellicht komen gaat”, zegt Erik. “We trainen vaak op scenario’s waar het volle bak verdedigen is en de calamiteiten elkaar opvolgen. Hier zitten we op missie, toch is de dreiging laag. Dat kan een mindfuck zijn.”

“Hier zitten we op missie, toch is de dreiging laag. Dat kan een mindfuck zijn.”

De club is gemixt. Naast mensen met bakken aan ervaring, lopen er collega’s die net bij de eenheid binnen zijn. “Opeens slapen, eten en werken we met elkaar. Buiten de wapenbediening ook continu op elkaars lip zitten…. Ik weet hoe het is.” De sfeer binnen de groep is goed, vertelt hij. “Ik heb alle rangen als onderofficier doorlopen. Ik zie het nu wel als mijn taak de jongelieden te helpen. Natuurlijk, de Patriot is een prachtig systeem, maar ik zet nu vaak een stapje terug. Mensen helpen, dat is waar ik mijn plezier uit haal.”

Halverwege!

Missie gaat door, in andere vorm

Eind oktober verandert de samenstelling van de eenheid. Het Nederlandse materieel verdwijnt uit het gebied. Noodzakelijk, want er is momenteel qua personeel slechts één command and control- en één logistiek element voorhanden. Daarbij zit de Patriot middenin een moderniseringsslag. De tijd dringt. In 2024 en 2025 staat de eenheid alweer gereed voor de Very High Readiness Joint Task Force van de NAVO.

Voor Erik is dit misschien wel de laatste missie met de Patriot. Hij ontving tijdens een speciale ceremonie voor het door hem zo geliefde wapensysteem de gouden medaille voor 36 jaar trouwe dienst. “Het is fantastisch dat ik daarmee mogelijk mijn laatste missie kan besluiten. Het doet me meer dan ik had gedacht.”

Adequate luchtverdediging is alleen mogelijk met ondersteuning op de grond. Hieronder een aantal landmachters in actie.

Korporaal-1 Jessie, 133 Herstelcompagnie

Vanuit de F-16 tent klinkt een gezellige mix van Hollandse hits en ratelend zwaar materieel. Het is de werkplaats van 133 Herstelcompagnie. Deze landmachters draaien de volledige zes maanden in het gebied. “Werkorders zat! We zijn het meest bezig met het repareren van voertuigen en het onderhoud van aggregaten en we helpen graag mee bij alles wat te herstellen valt. Denk aan stellingen bouwen, hier en daar wat lassen. Met ons team blijven we aardig bezig.”

Sergeant Mireille, 230 Bevoorradingscompagnie

“Thuis ben ik groepscommandant van een klasse 1-groep. Hier voer ik alle hand- en spandiensten uit voor de lijndienst, die elke week eenmaal binnenkomt. Ik laad alle goederen uit en laad ze in. Ik breng daarom aardig wat tijd op de heftruck door. Daarbij bestel ik digitaal goederen als dat nodig is. Het is mijn eerste missie en ik heb het ontzettend naar mijn zin hier. Wat de kleur van je baret ook is: verschillen vallen hier weg. Iedereen zet zich in voor het gemeenschappelijke doel.”

Sergeant-1 Michel, 400 Geneeskundig Bataljon

“Geen dag is hier hetzelfde. Primair houden we ons hier op de Role 1 bezig met patiëntenzorg. Voor alle klachten kunnen mensen bij mij en de doc terecht. Er komt van alles voorbij: van iemand die een nieuwe kies nodig heeft tot sportblessures. We werken tijdens deze missie nauw samen met de Duitse collega’s. In geval van een MASCAL (mass casualty, red.) lopen we de calamiteit samen aan. We trainen regelmatig gezamenlijk, maar delen ook materieel. Dat gaat heel goed.”