Iedereen heeft zijn eigen uitrusting. Enig idee wat collega’s met zich meezeulen? Welke ‘gereedschappen’ voor hen onmisbaar zijn? Maandelijks vertelt een landmachter over de essentiële benodigdheden waarmee hij zijn opdrachten uitvoert. Ditmaal sergeant-majoor Hans, forensic operator bij de jongste inlichtingeneenheid van het JISTARC: 108 Technical Exploitation Intelligence Compagnie.
De voornaamste middelen waarmee de forensic operator strijdt, kennen de meeste collega’s waarschijnlijk vooral van series als Crime Scene Investigation. Ook al draagt hij een Glock en een Colt C8, zijn hoofdwapensysteem is een… fototoestel. En al bestaat zijn combat service support onder meer uit poeder en papier, de operationeel commandant haalt een belangrijk deel van z’n situational understanding uit de intell van 108 TEXINT-cie.
Sergeant-majoor Hans
Forensic operator/tactical questioner
108 TEXINT-cie
“Forensische sporen veiligstellen onder totaal uiteenlopende omstandigheden, dát maakt mijn werk zo interessant. Als team moet je perfect op elkaar zijn ingespeeld. Mijn eenheid is ontstaan uit het WIT (Weapons Intelligence Team, red), dat forensische sporen en sporendragers veiligstelt na bijvoorbeeld de vondst van een IED. Het onderkennen van zowel de daders als een (terroristisch) netwerk is effectiever om IED’s tegen te gaan, vandaar 108.
Er bleef dus een inlichtingenbehoefte om dieper in een vijandelijk netwerk te kunnen doordringen, dit bloot te leggen en individuen te identificeren. En dat is dus precies wat wij doen, samen met andere eenheden van het JISTARC. Het Field Exploitation Team (FET) waar ik deel van uitmaak stelt forensische sporen en sporendragers veilig, uiteraard pas nadat de locatie eerst is veiliggesteld. Alle sporen(dragers) worden op de eerste plaats gefotografeerd. Het is een breed spectrum van biometrie (vingerafdrukken, DNA, irisscan), telefoons, computers, GPS-systemen, paspoorten, documenten, wapens, IED-componenten, samples van explosieven, drugs etc. Daarnaast kan het tactisch ondervragen van detainees ook door het FET gebeuren, al is dat eigenlijk vooral een taak voor de collega’s van 105 Field HUMINT-cie.
Indien nodig zijn we in staat extracties van smartphones en laptops op locatie uit te voeren. Als het FET z’n werk gedaan heeft, ligt er nog een schone taak voor zowel het laboratorium als de analyse-cel. Pas daar wordt alle informatie geanalyseerd, in context geplaatst en worden onderlinge verbanden inzichtelijk gemaakt. Als het zover is, ben ik allang weer bezig met een volgende operatie.”