Hoe handel je als marechaussee in het heetst van de strijd? In deze rubriek vertellen collega’s over een bijzonder moment tijdens de dienst. Een moment waarbij het er echt op aankomt.
Grote operaties met hoge risico’s, vaak in het publieke domein. Mannen en vrouwen met bivakmutsen en lange wapens. Het werk bij de afdeling Interventie van de Dienst Speciale Interventies is vakmanschap. Eerste luitenant Nicky van de Brigade Speciale Beveiligingsopdrachten, momenteel teamleider Aanhoudings- en Ondersteuningsteam, vertelt over zijn tijd bij de Dienst Speciale Interventies en over 2 inzetten die hem zijn bijgebleven.
Werken bij Dienst Speciale Interventies, het is in nevelen gehuld. Kun je een tipje van de sluier oplichten?
"Binnen de afdeling Interventie komen mensen van verschillende culturen samen. Naast de Nationale Politie werk je samen met NLMARSOF, commando’s en andere BSB’ers. Bij de Dienst Speciale Interventies word je ingezet voor bijzondere operaties. Grof en zwaar geweld, maar ook terreur. Waar je bij het Aanhoudings- en Ondersteuningsteam bijvoorbeeld vuurwapengevaarlijke verdachten aanhoudt of overmeestert, kan het bij de afdeling Interventie sneller gaan om het doen stoppen, aanhouden of uitschakelen van een verdachte. Het hogere geweldsspectrum wordt sneller bereikt. En dat alles gebeurt vaak in het publieke domein.”
Welke inzetten blijven je bij?
“De eerste inzet die mij bijblijft is van maart 2019. Toen pleegde Gökmen T. een aanslag in een tram in Utrecht. Er vielen 4 doden en 7 gewonden. T. sloeg na zijn daad op de vlucht. Ik zat in de Basis Interventie Opleiding. Tijdens een oefening werden we gebeld. Meteen was duidelijk dat dit voor ‘het echie’ was. De opleiding werd stilgelegd en we gingen naar een verzamelplaats in het midden van het land.
'Meteen was duidelijk dat dit voor ‘het echie’ was'
Verlof, middenin een oefening, net na het werk: iedereen liet alles uit zijn handen vallen om daar te zijn. Na het vormen van verschillende ploegen reden we naar Utrecht naar de plaats waar het gebeurd was. Daar hebben we onze ‘opdracht vervuld’. Op dat moment was er een klopjacht bezig. In het begin was het chaos, maar met sturing vanuit de meldkamer, werd de verdachte door verschillende teams in de stad steeds meer ingesloten. Zo kwamen we uiteindelijk bij hem terecht.”
Wat was er voor jou bijzonder aan deze zaak?
“Ik had al verschillende inzetten gedaan, maar nooit zo groot, met zoveel emoties van omstanders, in hartje Utrecht. Dat, en de samenwerking met de andere teams met wie we de zaak draaiden, maakte de operatie redelijk uniek. Iedereen deed wat die moest doen, er werd ontzettend goed samengewerkt. Uiteindelijk is de dader aangehouden.”
Wat is de andere inzet, die je is bijgebleven?
“De vondst van martelcontainers in Wouwse Plantage in het voorjaar van 2020. Snoeischaren, scalpels, tangen, zagen, plus een tandartsstoel om mensen in vast te binden. Wat me het meest is bijgebleven is dat zoiets gewoon in Nederland gebeurt, dat mensen worden vastgehouden en gemarteld in speciaal ingerichte containers. Over de tap kwam informatie binnen over wat de daders met de slachtoffers wilden doen. Het was een groot onderzoek met een lange aanloop. Als teamleider ben je bij voorbesprekingen aanwezig en naarmate het onderzoek vorderde hadden we 24 uur per dag, 7 dagen in de week piket. Bij zo’n interventie wordt alles uit de kast getrokken.”
Waarom ben je bij de Dienst Speciale Interventies gegaan?
“Ik begon ooit op Schiphol, waarna ik naar de BSB ging. Na werkzaamheden te hebben verricht bij de afdeling Beveiliging, maakte ik de overstap naar het Aanhoudings- en Ondersteuningsteam van de BSB. Ik was toe aan een nieuwe uitdaging. Vanuit hier heb ik een functie bij de afdeling Interventie gedraaid. In vergelijking met het werk bij het Aanhoudings- en Ondersteuningsteam is werken bij de afdeling Interventie complexer: de operaties zijn groot, vaak werk je met verschillende teams tegelijk. Allemaal hebben ze hun eigen vorm van communiceren en optreden: daar moet je wel mee overweg kunnen.
De inzetten zijn ook divers. Van school shooting tot gijzeling, of een terroristische aanslag: als het gebeurt, moet je er klaar voor zijn. Dat is wat anders dan iemand oppakken die een overval heeft gepleegd en bij de woninginstap ’s ochtends ligt te slapen.
Daarbij heb je een enorm netwerk en werk je met veel verschillende middelen. Tijdens een interventie wordt er veelal gebruik gemaakt van technische hulpmiddelen zoals robots of drones. Daarnaast heb je beschikking over verschillende specialisten zoals precisieschutters die je kunnen bijstaan tijdens de operatie.”
Klinkt als een droombaan
“Als je ’s avonds met elkaar door een stad rijdt, bivakmuts op, op weg naar een inzet…. Dat geeft een bijzonder gevoel en het geeft een hoop voldoening als je dan diegene aanhoudt die je zoekt of als je met elkaar bereikt wat er van je wordt gevraagd. Hierbij gaat kameraadschap boven alles. Iedereen gaat volledig voor de opdracht; voor elkaar ga je door het vuur.
‘Iedereen gaat volledig voor de opdracht; voor elkaar ga je door het vuur’
Maar de acties, het trainen, de middelen: het wordt ‘gewoon’. Het is ook hard werken en bereikbaar zijn voor het geval dát. Bij de afdeling Interventie werk je met 3-weeksroosters. De eerste staat in het teken van training. Tijdens de tweede week heb je piket en ben je 24 uur per dag oproepbaar: één belletje en je komt gelijk in actie, ook als je er net een werkdag op hebt zitten of thuis aan tafel zit met je gezin. In de derde week gaat het om aanwezigheidsdiensten. Met grof geweld en terreur hebben we niet elke dag te maken. Om de getraindheid hoog te houden voert de afdeling Interventie ook taken uit in het domein van de arrestatieteams. Doorlopend moet je er rekening mee houden dat er bij een grootschalig incident altijd een beroep op je wordt gedaan.”
Werken bij de Dienst Speciale Interventies?
Op dit moment staat onze organisatie voor een uitdaging: het lukt onvoldoende alle marechausseeplekken te vullen binnen de Dienst Speciale Interventies. De poule van BSB’ers is klein en het is al moeilijk genoeg capaciteit voor het Aanhoudings- en Ondersteuningsteam te vinden. Daar komt bij dat de toelatingseisen streng zijn. “Niet iedereen komt door de ‘in test’: de opbrengst is te weinig om alle plekken te vullen. Daarom kijken we nu ook of we deze plekken kunnen vullen met eigen collega’s zonder BSB-achtergrond”, vertelt Nicky. “We zijn op zoek naar wachtmeesters met maturiteit: het is een pre om 25 jaar of ouder te zijn.” Om in deze wereld te kunnen optreden moet je daadkrachtig zijn, initiatief en vindingrijkheid tonen, communicatief vaardig zijn en goed kunnen samenwerken. Uiteraard is ook stressbestendigheid een vereiste. “Zowel mannen als vrouwen zijn welkom, maar er wordt geen uitzondering in de (fysieke) eisen gemaakt: iedereen moet namelijk dezelfde belasting aankunnen.”
Binnenkort startten de voorlichtingen voor alle wachtmeesters(-1) die graag aan de slag willen bij de afdeling Interventie van de DSI. Vervolgens zijn er verschillende korte en langere testmomenten om zowel mentale als fysieke componenten te testen. “De kweekvijver die overblijft wordt in een aantal weken voorbereid op de ‘in test’, die tweemaal in het jaar wordt gehouden bij de politie.” Nicky besluit: “Dit is een unieke kans om bij de Dienst Speciale Interventies aan de slag te gaan.”
Voldoe jij aan de eisen en ben jij enthousiast? Ontvang dan meer informatie door een e-mail te sturen naar infoDSI.BSB@mindef.nl