Tekst ritmeester Arthur van Beveren
Foto NIMH
Bernhardkazerne
Nederland telt 50 actieve kazernes. Vroeger waren dat er nog veel meer. Achter elke kazernenaam schuilt een verhaal. Van bijzondere architectuur, een historische gebeurtenis tot een heldhaftig militair. In de rubriek ‘Achter de Wacht’ gaat de Defensiekrant op zoek naar die verhalen. De Bernhardkazerne in Amersfoort is sinds 1939 een cavaleriebolwerk.
Amersfoort was door zijn centrale ligging sinds de helft van de 19e eeuw een grote garnizoensstad. In 1939 komt daar een bijzondere nieuwe kazerne bij die de stad de militair grootste van het land maakt. Eerstaanwezend ingenieur Stumphius, die begin jaren 50 ook verantwoordelijk is voor de bouw van een serie kazernes, draagt op 22 mei de Bernhardkazerne over aan generaal-majoor baron Van Voorst tot Voorst. De commandant van de Lichte Divisie en inspecteur van de wielrijders en cavalerie onthult een gedenksteen die nog steeds herinnert aan deze dag.
Pantserwagens
In de jaren 30 ziet de Nederlandse legerstaf in dat een grondige vernieuwingsslag nodig is om op het internationale strijdtoneel mee te komen. Tanks en pantserwagens zijn onderdeel van dat plan. De politiek komt echter pas laat met geld over de brug. In 1936 wordt het 1e Eskadron Pantserwagens opgericht dat in Vught op de Frederik Hendrikkazerne terecht komt. 2 jaar later volgt het 2e Eskadron met 12 pantserwagens M.38. Speciaal voor dit nieuwe cavalerieonderdeel verrijst bij het oefenterrein de Vlasakkers in Amersfoort een moderne kazerne bestaande uit een groot garagegebouw en gebouwen voor legering en wachtcommandant. Het complex wordt vernoemd naar prins Bernhard, zelf ritmeester en veel in Amersfoort te vinden.
Mei 1940
Vlak na de bouw wordt duidelijk dat er uitgebreid moet worden. De pantsermannen moeten hun legering delen met een eskadron huzaren motorrijder. In 1940 worden plannen gemaakt voor nieuwe gebouwen. Zover komt het door de oorlog niet. De redelijk moderne pantserwagens opereren gedurende de meidagen niet vanaf hun thuisbasis maar zijn verdeeld over Nederland. Ze weten zich zowel bij Apeldoorn, in de Grebbelinie als op het vliegveld Ypenburg bij Den Haag staande te houden. Na de capitulatie keren de wagens niet meer terug naar Amersfoort. Enkele worden onklaar gemaakt. Andere krijgen een tweede leven in Duitse dienst.
Tweede Wereldoorlog
Na de oorlogsdagen van mei 1940 krijgen de Duitsers overal in Nederland onbeschadigde splinternieuwe kazernes in bezit. Ook de Bernhardkazerne wordt ingelijfd en meteen hernoemd naar Waterlookazerne. De Luftwaffe, die op Soesterberg een grote vliegbasis heeft, neemt het complex in gebruik als vrachtwagenpark. In 1943 moeten Nederlandse oud-officieren zich er melden voor een nieuwe krijgsgevangenschap in Duitsland. Een jaar later worden de Britse parachutisten die tijdens de Slag om Arnhem gevangen zijn genomen, vastgezet in de Bernhardkazerne.
Cavalerieschool
In september 1947 beginnen de eerste militairen aan hun opleiding op de Sherman-tank aan de Cavalerieschool in Amersfoort. Shermans worden Centurions en verkenners krijgen les op de Franse AMX 13. Later nemen de Leopard 1 en 2 de taken over. De Bernhardkazerne breidt steeds verder uit en de oorspronkelijke gebouwen vormen nog maar een klein deel van het geheel. De Vlasakkers krijgt deels geasfalteerde paden om de overlast van stof voor de stad tegen te gaan. Simulatie gaat van een miniatuurschietbaan tot steeds modernere technieken in het Simulatiecentrum Landoptreden.
Tanks terug
Het geronk van tanks verstomt na het afstoten van de laatste Leopards in 2011. Dat doet pijn op de Bernhardkazerne. Alleen verkenners met hun Fenneks rijden er nog. Het treuren lijkt van korte duur. In mei 2019 rijden leerlingen weer in een Leopard 2A6 lesvoertuig op de Vlasakkers. Ze zullen uiteindelijk bij 43 Gemechaniseerde Brigade terecht komen in een samenwerkingsverband met de Duitsers. En niet alleen de tank is terug. Ook het voertuig waar het allemaal mee begon staat weer in zijn oude garage. Het Cavaleriemuseum heeft in het Landsverkgebouw een rijdend exemplaar staan van het voertuig waar de motorisering van het Nederlandse leger echt mee begon. Het is een Iers exemplaar, maar even indrukwekkend.