Tekst André Twigt
Foto Paul Tolenaar
Tijdens de Koude Oorlog werd op de Klimopschool in het Duitse Bramsche degelijk lager onderwijs gegeven aan kinderen van Nederlandse luchtmachtmilitairen, werkzaam bij de toenmalige Groep Geleide Wapens (GGW). 34 jaar nadat zij als klas 6 afzwaaiden, was er voor de leerlingen van schooljaar ‘83 en ‘84 onlangs een gezellige reünie in het Brabantse Asten.
De vroege jaren 80 waren de tijden van onder anderen Bruce Springsteen met zijn hits ‘Born in the USA’ en ‘Dancing in the dark’. Van het eerste kabinet Lubbers, maar ook van de eerste draagbare Sony Discman. En natuurlijk van het IJzeren Gordijn en het Warchaupact. Die 2 begrippen zijn sowieso onlosmakelijk verbonden met de tijd waarin de jongens en meiden van klas 6 leefden.
Toch raakte de gespannen verhouding tussen Oost en West hen wonderwel nauwelijks. “Je wist dat er iets speelde, maar onze wereld was ronduit klein”, herinnert Bob Bosch, zoon van hoofd Inlichtingen en Veiligheid eerste luitenant Bosch zich. “Je was vooral bezig met school, sport en spel. Daarbij hield het voor ons op bij de Siedlung; de wijk waarin we samen met vele andere Nederlandse gezinnen woonden. Hier voelde je je fijn en veilig. Het was een ideale plek om kinderen op te voeden.”
‘Klein Holland’
Ongeveer 20 kilometer ten noorden van Osnabrück lag kazerne Hesepe. Vanaf 1963 het administratieve en logistieke centrum van de 1e Groep Geleide Wapens (van de 5 die er waren). De hier werkzame militairen woonden met hun gezin in het vlakbij gelegen Bramsche. Hier stond aan de rand een Nederlandse wijk, compleet met Nederlandse straatnamen en barbecues in de tuin. De kinderen gingen er naar de Klimopschool. Alleen de Duitse naam van de wijk ‘Gartenstadt’ herinnerde eraan dat ‘Klein Holland’ in Duitsland lag.
‘Ik had niets met Nederland. Ik vond de sfeer kil en de mensen hard’
Pesten
“Ik had er de mooiste tijd van mijn leven”, klinkt ook Karin Biegel positief. “Je was er zo vrij en iedereen kende elkaar. Zonder gevaar kon je er op straat spelen.” Collet d’Hous (dochter van administrateur sergeant d’Hous) gaat verder: “Wat ik me nog herinner, was dat kneuterige en de saamhorigheid. Op school kwam pesten wel voor, maar niet vaak. Ruzie maken, gebeurde bijna nooit. Onze vaders waren allen collega’s van elkaar. Maakte je het te gek, dan hoorde je er thuis wel van en dat wilde je natuurlijk niet.”
Kei
Centraal bij klas 6 stond leraar Kees Nobels, voormalig directeur van de Klimopschool en één van de drijvende krachten achter de reünie. Meester Kees bleek een kei in lesgeven en wordt nog immer op handen gedragen. “Was je 'stout', dan kreeg je geen straf, maar moest je bijvoorbeeld een broodje voor hem halen”, vertelt Sandra Koet, inmiddels zelf lerares. Ze verhaalt dat het Kees was die de Klimopschool in 1988 sloot. Dat gebeurde toen de Groep Geleide Wapens verder inkromp.
Hele overgang
“Voor die tijd waren bezuinigingen ook al aan de orde”, herinnert Bob Bosch zich. Door de samenvoeging van GGW 1 en 2 begon de uittocht van personeel naar Nederland al in 1984. Zo ook adjudant-instructeur Biegel, die op vliegbasis Volkel terechtkwam. “Dat was voor mij een hele overgang”, weet dochter Karin. “Ik had niets met Nederland. Ik vond de sfeer kil en de mensen hard.” De inmiddels onderzoeksverpleegkundige en moeder van 2 kinderen ging in Arnhem naar de mavo. Ze moest erg wennen. “We kwamen uit een heel beschermd milieu. Dat werkte sterk door.”
Wapenen
Dat sommige leerlingen bij terugkeer een cultuurshock kregen, was bij Nobels bekend. Volgens de leraar probeerde het kader zijn pupillen hiertegen te wapenen door te streven naar verdere schoolvorderingen die gemiddeld hoger lagen dan in Nederland. “Als het op prestaties aankwam, zouden onze kinderen daarop niet aangekeken worden, luidde onze filosofie.”
Deuren dicht
Kees Nobels zette zijn werk na de sluiting van de Klimopschool in 1988 als directeur/leraar op vijf andere defensiescholen voort. Tot hij in 2015 de Hugo de Grootschool in Münster sloot (de allerlaatste lagere school van Defensie, red.) en met pensioen ging. “Daarmee kwam een einde aan het lager en voortgezet scholensysteem. Ik heb het altijd heel erg naar mijn zin gehad en het waren leuke tijden. Ik zou het zo weer overdoen.”