Tekst ritmeester Jessica Bode
Foto Phil Nijhuis

Van militair naar herder; hét medicijn tegen PTSS

'Je kunt er niet tegenop maaien'

Oud-militair Andries Kaptijn (45) kwam het huis niet meer uit. Vriendjes van z’n kinderen konden niet blijven spelen en hij kreeg al paniekaanvallen bij de gedachte aan mensen om zich heen. Door PTSS kon de voormalig landmachter eigenlijk nergens meer van genieten. “Nooit gedacht dat een leven als herder me weer zoveel plezier zou geven.”

6 bijzondere Belgische Herdwick schapen, z’n bordercollies Buck, Lucy, Diesel en Katja én een stuk natuur op het oefenterrein van de Generaal-majoor de Ruyter van Steveninckkazerne in Oirschot. Meer heeft Andries Kaptijn niet nodig. “Sinds een paar maanden drijf ik hier schapen. Zij begrazen en onderhouden dagelijks een deel van het defensieterrein. Het zorgt voor ritme en houvast én het is goed voor de natuur. Je kunt er niet tegenop maaien.”

Bekend terrein

Na meerdere uitzendingen naar Bosnië en Afghanistan raakte de voormalig sergeant-majoor opleidingen zwaar getraumatiseerd en werd volledig afgekeurd. Sindsdien geven alleen wandelingen in de natuur hem rust. “Daar waar ik vroeger als militair oefeningen draaide, hoed ik nu schapen. Het is bekend terrein en voelt veilig. Alsof daar een last van mijn schouders valt”, reageert hij.

'Vroeger draaide ik militaire oefeningen, nu hoed ik schapen'

PTSS

Andries Kaptijn werkt 27 jaar bij Defensie als hij in 2013 wordt opgenomen bij een crisisopvang vanwege PTSS. Zijn vrouw Nancy vertelt over deze periode: “Achteraf gezien heeft hij het stresssyndroom al sinds zijn eerste uitzending naar Afghanistan, maar we hebben de situatie toen niet onderkend. De volgende 2 uitzendingen hebben het complexer gemaakt.

Tijdens een hardloopevenement zakte Andries in elkaar. We konden er niet omheen dat hij hulp nodig had. Hij werd toen 9 maanden opgenomen, maar bij thuiskomst was het probleem niet over. Hij viel in een zwart gat, kwam het huis niet meer uit en had nauwelijks nog sociale contacten. 

Medicijnen maken hem nu rustiger, maar soms is hij nog steeds erg opstandig en kampt met enorme stemmingswisselingen. Andries krijgt nu een flinke cocktail aan medicijnen en het hoeden van de schapen geeft hem ruimte, lucht en minder depressieve gevoelens. Voor hem werkt het.

Eerste compagnie

De wens om schaapsherder te worden kwam van Kaptijn zelf. Met hulp van zijn vrouw Nancy en goede vriend Tom werd de stichting ‘Eerste Compagnie van het Verloren Schaap’ opgericht. Grootste hobbel was om Defensie ervan te overtuigen dat hij als burger een stuk defensieterrein nodig had om de dieren te laten lopen.

Toestemming

Na 3 jaar lukte dat en gaf brigadegeneraal Gerard Koot zijn toestemming. “Kaptijn had een doordacht plan waarin hij beschreef hoe hij zijn leven weer betekenis kan geven, op een plek waar hij zich thuis voelt. Daar voel ik als commandant de morele plicht om hem te ondersteunen.”

De commandant van 13 Lichte Brigade benadrukt dat fysiek én geestelijk gewonde collega’s geholpen moeten worden. “Wij sturen mensen naar missies wereldwijd. We hebben in die missies collega’s verloren en soms keren collega’s gewond terug. Fysiek én geestelijk. Aandacht, erkenning en blijvende zorg is buitengewoon belangrijk.”

Aangeleerd

Inmiddels heeft Kaptijn zichzelf aangeleerd hoe hij zijn schapen moet hoeden en scheren en welke commando’s hij zijn honden moet leren.  Ook heeft hij eigenhandig wat bankjes getimmerd en binnenkort wordt er een stal geplaatst. “Ik had geen enkele ervaring als herder. Met hulp van filmpjes op internet en boeken vol informatie heb ik het mijzelf aangeleerd.”

Kaptijn heeft nu 6 schapen, maar kan niet wachten om uit te bereiden.” Hoeveel schapen het uiteindelijk moeten worden “Misschien wel 50”, lacht hij. “Nee, we willen gaan fokken en we zien wel wat voor ons werkbaar is.”