Tekst ritmeester Arthur van Beveren
Foto René Verleg
Onafhankelijke toezichthouder voor Defensie
Op de dag dat de commissie Giebels naar buiten kwam met de kritische eindrapportage over sociale veiligheid binnen Defensie, kondigde de kersverse Inspectie Veiligheid Defensie (IVD) aan ook te starten met verschillende onderzoeken naar gevoelige onderwerpen binnen de krijgsmacht.
De recent opgerichte IVD kiest zijn eigen onderzoeksonderwerpen en staat los van de minister of Commandant der Strijdkrachten. Het team bestaat uit 25 personen. De helft komt van buitenaf en de andere helft wordt gevuld door defensiepersoneel. Inspecteur-generaal Wim Bargerbos is onafhankelijk toezichthouder. Het team vaart een eigen koers.
Rapporten verdwijnen niet in een diepe lade
Concrete adviezen
Speerpunt bij de onderzoeken van de waakhond is dat de adviezen uitvoerbaar zijn. “Ik kan wel zeggen dat een vliegtuig na een incident nooit meer mag vliegen, maar je wil juist een aanbeveling doen waar de organisatie mee aan de slag kan”, benadrukt hoofdinspecteur Voorvallen kolonel Koos de Rooij. “Richt je in een keten op de zwakke schakels en los die op.”
Daartoe moeten mensen zich veilig voelen om zaken te melden en eerlijk en open te zijn. “Anders ga je de boel nooit veranderen”, reageert De Rooij. “Die cultuuromslag is belangrijk. Ik denk dat we met deze inspectie een hele belangrijke bijdrage leveren aan die omslag en het verbeteren van de veiligheidscultuur van Defensie.”
Niet in een diepe lade
De rapporten verdwijnen bovendien niet in een diepe lade, maar komen op de website van de inspectie en via de minister vinden ze ongewijzigd hun weg naar de Tweede Kamer.
“De vrijblijvendheid moet er vanaf”, vindt Bargerbos. “Daar zullen collega’s in de organisatie aan moeten wennen. De bezweringsformule dat ‘de conclusies zullen worden omarmd’ is uitgewerkt. Het gaat erom wat je in werkelijkheid met de conclusies en aanbevelingen gaat doen. Dat is waar wij bovenop zullen zitten.”
Wat nu eerst?
Na klachten neemt de IVD allereerst de procedures op het civiele schietterrein Markiezaat in Ossendrecht onder de loep. Daarnaast kijken de inspecteurs naar het transport van gevaarlijke stoffen door de lucht en de afhandeling van klein incidenten. Defensiemedewerkers moeten erop kunnen vertrouwen dat er iets met hun melding wordt gedaan.
Positieve bevindingen benoemen
Bargerbos benadrukt dat de inspectie er niet alleen maar is om negatieve aspecten te benoemen. “Wij zijn er niet voor om boetes of straffen uit te delen. Wij zijn er om het lerend vermogen van de organisatie te versterken.” Volgens hem moeten mensen ook worden bevestigd als ze hun werk wel goed uitvoeren. “Er gaat niemand naar z’n werk met het voornemen om iemand anders in gevaar te brengen.”
Toegankelijke partner
Over een jaar hoopt de inspecteur-generaal dat ‘zijn’ organisatie bekend staat als betrouwbare en professionele partner. “En toegankelijk”, voegt De Rooij daaraan toe. “Ik ben kolonel, maar mensen die mij kennen weten dat iedereen mij kan aanspreken. Ik hoor vaak meer in een gesprek met de soldaat, korporaal of sergeant dan met de baas zelf.”