09

Dit artikel hoort bij: Defensiekrant 04

Het complexere tentopzetten

Tekst ritmeester Bianca Brasser
Foto sergeant Jan Dijkstra

Burgerbaan

Ze sleutelen aan pantservoertuigen, zetten raketten in elkaar of assisteren de militaire tandarts. Wie denkt dat bij de krijgsmacht alleen militairen werken, heeft het mis. Defensie heeft zo’n 17.000 burgermedewerkers in dienst. In de rubriek Burgerbaan vertellen zij over hun werk. Deze week: Albert Roos, tentenbouwer.​

Wie: Albert Roos (37)

Functie: eerste medewerker logistiek Defensie Uitleen Organisatie (DUO), onderdeel van Materieellogistiek Commando (MatlogCO). Neventaak: tentenbouwer.

Salarisschaal: 4

Opleiding: LTS (werktuigbouw) daarna verschillende technische opleidingen binnen en buiten Defensie

Bij Defensie sinds: 1999 (als burger sinds 2007)

Een tentje opzetten op de camping, daar draait hij zijn hand niet voor om. Albert Roos heeft voor hetere vuren gestaan: hij bouwt tenten voor Defensie. Geen ‘simpele’ boogtenten, maar flinke shelters die jaren blijven staan.

In uitzendgebieden is vaak weinig tot geen infrastructuur. F-16’s en helikopters staan hier in speciale tenten en worden zo beschermd tegen zand, stof en weersinvloeden. Foto’s: archief.

Hangaar

In Jordanië staan er F-16’s onder, in Mali helikopters en in Afghanistan doen ze dienst als eetzaal. En ook op Nederlandse bases staan tenten, gebouwd door de mannen van DUO. Bijvoorbeeld voor extra opslagcapaciteit.

“Je begint met niks, dat is zo mooi”, zegt Roos. “We hebben 2 containers volledig ingepakt met staal en zeil. Op een leeg veld stallen we alles uit. Een mooie chaos, overal ligt wat. Je ziet mensen op de basis kijken: ‘als dat maar goed gaat’. En dan, zo’n 1,5 week later, staat er opeens een hangaar. ‘Dat hebben we toch maar weer mooi gedaan’, denk ik dan.”

Op vliegbasis Leeuwarden bouwde Roos deze maand een tent voor extra opslag.

Militairen

Het tentenbouwteam bestaat voornamelijk uit luchtmachtmilitairen. Komen ze handjes tekort, dan wordt Roos als burger ‘aangeklikt’. Een neventaak naast zijn werk als logistiek medewerker bij de DUO. “Er zijn meestal 6 logistieke en 2 technische mannen nodig voor het bouwen van een tent. Zijn er 5 militairen beschikbaar? Dan komt de adjudant bij mij: ‘Ab, pak je tas maar in’.”

Het afgelopen jaar zette Roos 6 tenten op. “Ik ben een buitenmens. Een bouwer. Dus als ik mee word gevraagd denk ik meteen: ‘yes’. Even 2 weken er tussenuit.” Kou bij het bouwen deert hem niet. “Daar kun je je op kleden. Regen is vervelender. Even schuilen, zit er niet in. Die tent moet er staan, hè; we hebben een strak schema. Het trekken van de zeilen vind ik altijd het mooiste moment. Mocht het dan gaan regenen, kunnen we daaronder verder werken.” 

Zodra de 2 containers vol tentmaterialen leeg zijn, dient de een als kantine en de ander als werkplaats.

In een missiegebied is Roos nog niet geweest, maar hij ging wel 2 keer naar Curaçao. Onder meer om een shelter voor de Cougar-boordhelikopter op te zetten. “Warm hoor daar”, lacht Roos. “Bij 35 graden doe je het allemaal toch net wat rustiger aan. Over die tent deden we 3 weken.”

Wens

Bijna alle tentconstructies die de krijgsmacht rijk is, gingen door de handen van Roos. Behalve die voor de Chinook. “Die staat op mijn verlanglijstje”, zegt hij. “Dat is bijna een gebouw, zo groot. Uiteindelijk komt het allemaal op hetzelfde neer: in elkaar schuiven, vastzetten en zeilentrekken. Maar het lijkt me mooi om alles een keer gebouwd te hebben. Van klein tot groot.”

Trots op!

Op vliegbasis Leeuwarden staan nu 2 tenten vlak bij elkaar, ook gebouwd door Roos. De ene werd vorig jaar opgezet voor extra opslag, de tweede deze maand. “Dit is toch een mooi plaatje zo?”, zegt Roos. “F-16’s op de achtergrond, 2 grote tenten; als ik dit zo zie, ben ik daar wel trots op.”