Primeur op de Koninklijke Militaire Academie

Duitse cadetten kunnen nu ook in Nederland studeren

Sinds dit schooljaar kunnen Duitse cadetten een volwaardige officiersopleiding volgen aan de Koninklijke Militaire Academie in Breda. Pascal van der Linden (19) en Dennis Teilmanns (20) hebben de primeur en zijn volop bezig met de korte officiersopleiding.

“Het is een structurele uitwisseling, onderdeel van de nauwere samenwerking tussen de Duitse en Nederlandse landmacht”, verduidelijkt kapitein Ken van Meir van de Nederlandse Defensie Academie (NLDA). “In andere opleidingen, zoals de Hogere Defensievorming, zie je wel vaker buitenlandse militairen. Voor de initiële opleidingen (burgers die voor het eerst opkomen en een militaire opleiding gaan volgen, red.) is dit nieuw.”

Maar waarom zou je als buitenlandse militair in Nederland willen studeren? De Defensiekrant zocht de jongens op in Breda en vroeg het ze.

Dennis Teilmanns:

“Ik ben trots op wat we hier doen. We vertegenwoordigen hier Duitsland en schrijven toch een beetje geschiedenis, aangezien Pascal en ik de eerste buitenlandse cadetten op de KMA zijn. Altijd mooi voor op je cv.

We vallen wel op. Al is het maar door ons vlekkenpak en de Duitse vlag op onze mouw. Vooral in het begin moesten we telkens uitleggen wie we waren en wat we kwamen doen. Nu kijkt niemand meer op of om.

Ik was 14 jaar toen ik wist dat ik militair wilde worden. Er was een informatiedag op school en daar kwamen (onder)officieren over hun werk vertellen. Ze hebben me overtuigd en een goede indruk achtergelaten. De krijgsmacht is uniek. Een wereld op zich. Dat trekt me zo aan. Bovendien is het een mooi instituut om jezelf te ontwikkelen.
De nadruk van de opleiding op de KMA ligt op commandovoering, maar we krijgen ook vakken als militaire EHBO. Ook krijgen we dingen als mentale weerbaarheidstraining. Wat ik zo mooi vind, is dat er hier eerst gefocust wordt op theorie en een paar weken later wordt dat in de praktijk toegepast. Eerst leren we bijvoorbeeld uit boeken over het gebruik van een gasmasker en later tijdens een bivak gaan we het protocol uitvoeren.”

Druk is de studie wel. Elke dag zit vol. Is het niet met leren, dan is het wel met het voorbereiden van vakken. Maar mij hoor je niet klagen. Als ik straks klaar ben, ga ik net als Pascal terug naar Duitsland en dat begin ik met een studie pedagogiek. Ook aan de Bundeswehr Universität in Hamburg."

Pascal van der Linden:

“Deze studie is een unieke kans. Ik ben zo gelukkig dat ik hieraan mee mag doen. Ik kan me volop ontwikkelen en het is goed voor bijvoorbeeld connecties, je kennis en ervaring. Natuurlijk hoop ik straks een streepje voor te hebben wat betreft het Nederland-Duitse Legerkorps.”

Mijn vader ging als Nederlandse militair in Duitsland werken en ik studeer nu als Duitser in Nederland. Deze keuze is vrijwillig en komt bovenop de militaire opleiding die ik hierna nog in Duitsland moet volgen om officier te worden. Dat vind ik natuurlijk helemaal niet erg.

Lastig aan deze opleiding is dat ik de basis al heb gehad in Duitsland. Veel daarvan komt in deze opleiding weer terug, maar dan net anders. Je moet leren ‘omdenken’. Het is misschien makkelijker om van nul af aan te beginnen.

Zolang ik me kan herinneren, wil ik militair worden. Mijn vader is ook beroeps en toen ik klein was, werd hij op een kazerne in Seedorf geplaatst. We woonden vlakbij en ik ging vaak kijken. Als klein jongetje werd ik alsmaar enthousiaster. Mooi aan dit vak is dat je het verschil kunt maken. Ik had ook voor een kantoorbaan kunnen kiezen, maar ik wil graag iets doen voor een ander.

Als ik later dit jaar klaar ben op de KMA ga ik terug naar Duitsland. Dan begint mijn studie ‘politiek’, aan de Bundeswehr Universität in Hamburg. Dat is een bacheloropleiding zoals iedereen die kan volgen, maar wel op een militair instituut. Ondertussen word je ook bepaalde periodes bij eenheden geplaatst. Ik heb er zin in.”