Tekst Ritmeester Bianca Brasser
Foto sergeant Jan Dijkstra
Burgerbaan
Ze sleutelen aan pantservoertuigen, zetten raketten in elkaar of assisteren de militaire tandarts. Wie denkt dat bij de krijgsmacht alleen militairen werken, heeft het mis. Defensie heeft zo’n 17.000 burgermedewerkers in dienst. In deze rubriek Burgerbaan vertellen zij over hun werk. Deze week: Hans van den Akker, conservator museum Bronbeek.
Wie: Hans van den Akker (50)
Functie: Conservator Museum Bronbeek
Salarisschaal: 10
Opleiding: Lerarenopleiding geschiedenis en aardrijkskunde plus master maatschappijgeschiedenis en koloniale geschiedenis.
Bij Defensie sinds: 2006
Hiervoor: Docent geschiedenis en reisleider Indonesië
In de keurig onderhouden tuin van landgoed Bronbeek prijken herdenkingsmonumenten en genieten veteranen van hun oude dag. Een smal pad leidt naar het tehuis voor oud-militairen. In dit gebouw bevindt zich ook Museum Bronbeek dat over een bijzonder verleden vertelt. Een verhaal over kolonisatie en het optreden van het Koninklijk Nederlands-Indisch Leger (KNIL).
Persoonlijke spullen
Aan museumconservator Van den Akker de taak om deze, al dan niet omstreden geschiedenis, te vertellen met hulp van exposities. Hij verzamelt hiervoor persoonlijke bezittingen, veelal van overleden KNIL-militairen, dienstplichtige Indië-militairen en oorlogsvrijwilligers.
‘Beste meneer Van den Akker, op de zolder van onze overleden opa vonden wij een doos met hierin een kris, fotoboek en een KNIL-medaille. Heeft het museum hier baat bij?’ Zo’n drie keer per week ontvangt Van den Akker een mail van deze strekking. “Vaak van nabestaanden die niets over de KNIL-tijd weten, want hier werd meestal niet over gesproken”, zegt Van den Akker.
Krissen, zwart-witfoto’s en houten souvenirs uit een koloniaal verleden liggen verspreid door zijn kantoor. Het is de ‘buit’ van deze week. Schenkingen die net zijn binnengekomen. “Ik neem bijna alles aan”, zegt Van den Akker. “Vervolgens ga ik uitzoeken wat het is en van wie het was.” Hij wijst op een van de krissen. “Vaak zijn het toeristendingen, gekocht door de militair op uitzending en meegenomen naar huis. Die zijn niet interessant. Maar wat als de kris is buitgemaakt van de tegenstander? Een hoge generaal? Dan wordt het leuk.”
Ondergrondse schatkamer
Alle spullen worden door Van den Akker uitgeplozen, geregistreerd en dan verdwijnen ze naar ‘de schatkamer’, verborgen onder landgoed Bronbeek. Voorzichtig opent hij de zware deur naar een van de drie ruimtes. Twaalf graden geeft de thermometer aan. Schappen vol vergeelde fotoboeken verschijnen. “Een foto blijft door ontwikkelen. Het is een kwestie van tijd voordat alles verdwijnt”, verklaart Van den Akker. De kou moet het ontwikkelproces vertragen.