Tekst Kapitein Roel van de Wiel
Foto Sergeant-majoor Gerben van Es
‘Sneeuw’ in de woestijn
Het heeft gesneeuwd in Mali. Het was zeer lokaal. Op het centrale Treurenburgplein op Kamp Castor in Gao om precies te zijn. En het was te danken aan een immens schuimkanon op het podium van het grote Après-ski basefeest. Een zeer welkom cadeautje van het bureau Ontwikkeling & Ontspanning van de Koninklijke Landmacht. We zeggen niet voor niets bij Defensie: ‘Hard werken, hard ontspannen’.
Oké, het was nepsneeuw, maar dat mocht de pret niet drukken. Het alcoholvrije appelbiertje en het tijdslot van het feest, van half zeven tot half elf, evenmin. Met een beetje inlevingsvermogen waanden we ons even niet in de woestijn, maar in een stampvolle bar onderaan de piste van Gerlos of Mayrhofen. Gezellig, toch?
Roel van de Wiel
Kapitein Roel van de Wiel is als Public Affairs Officer uitgezonden naar Mali voor de VN-missie MINUSMA. Hij is bij de Nederlandse eenheden op Kamp Castor in Gao geplaatst. Tijdens zijn missie zal hij in iedere Defensiekrant over de militairen, hun werkzaamheden en dagelijks leven in het Afrikaanse land schrijven.
De winterdagen in Gao
We naderen ook wel de winterdagen. Op de kalender duidelijk zichtbaar, maar de atmosfeer blijft voor ons Nederlanders in Gao onveranderd ‘hoog-tot-onmenselijk’ zomers. Niet gek, we zitten hier midden in de Sahel, randje Sahara. Het wordt hier geen winter en het regenseizoen hebben we al gehad. Wat ons wacht is maandenlang (semi-)woestijnklimaat.
Dat klinkt saai en doet je vooral denken aan vergezichten van grijsbruin zand en stof. Mali is echter meer dan dat. Het zuiden is onmiskenbaar groener, maar ook hier in het noord(oost)en kijk je je ogen uit. De woestijn met zijn beperkte begroeiing is al een plaatje op zich. De Niger en de levendigheid op diens oevers: fascinerend.
En dan in de steden en dorpen: al die mensen. Arm, maar blij met weinig. Veelal onderontwikkeld, maar streetwise. Immens vrolijk en, de dames vooral, prachtig kleurrijk gekleed.
Chaotisch en gewoonweg gezellig
Samen geven ze een bijzonder gezicht van Mali prijs. Een heel mooi Mali. Een korte wandeling die we vorige week door het centrum van Gao maakten, voelde aan als een tripje door een schilderij van Jan Steen. Chaotisch, maar, ondanks ons volle militaire ornaat, gewoonweg gezellig.
‘Gezellig’, zo omschreef deze week een Nederlandse gast op Kamp Castor het West-Afrikaanse land ook. Een ervaren schrijver/journalist trekt momenteel door Mali, kent er al jaren zijn weg en heeft in Gao vrienden en kennissen. Hij kwam uit Timboektoe via hoofdstad Bamako naar Gao gevlogen, sprak hier met de commandant van onze langeafstand verkenningseenheid en had daarna afspraken in de stad.
Het mooie Mali tegemoet
Bij de zwaarbeveiligde poort van Castor creëerde hij nog even wat verwarring: “U wilt lopend naar buiten? Zonder scherfvest, helm of wapen? Dat moeten we even navragen.” Tweehonderd meter verderop stond een oude vriend met zijn brommer te wachten om hem een lift te geven naar het stadscentrum.
Het noorden van Mali is er de afgelopen jaren niet veiliger op geworden, anders zouden er ook geen Nederlandse militairen naartoe zijn gestuurd. Dat besefte onze gast overigens ook, hij hield het kort en is inmiddels alweer veilig terug in Bamako. Zijn wandeling richting de klaarstaande brommer was desondanks best even jaloersmakend. Zonnebril op, sjaal over het hoofd en de stad in. Het mooie Mali tegemoet.