Tekst Luitenant ter zee 2 OC (SD) Joost Margés
Foto Archief MCD

Verbetering basisgereedheid marine

Slimmer kosten delen draagt ook bij aan de oefengereedheid. Warnaar: “Wij ‘betalen’ de FOST-organisatie in natura. Onze onderzeeboten worden door FOST als sparringpartner ingezet. Ook leveren we personeel aan de FOST organisatie. Dat heeft een prijs, maar levert ook iets waardevols op.”

De tijden van het echte afknijpen zijn voorbij, maar een hosanna-stemming heerst er nog niet binnen de Koninklijke Marine. Veel moet nog gebeuren op het gebied van personeel, materieel en geoefendheid om in alle lagen van het geweldsspectrum slagvaardig te kunnen opereren. Dat weet ook kapitein ter zee Arjen Warnaar, commandant van Sea Training Command, de maritieme opwerk-organisatie. “Laten we ook zorgen dat de ‘garage’ over voldoende onderdelen en gekwalificeerd personeel beschikt.”

Op niveau

Maar er was meer: “We zijn veel bezig geweest met enkelvoudige missies, zoals de anti-piraterijoperatie bij Somalië. Natuurlijk belangrijk voor de BV Nederland, maar dat optreden droeg niet noodzakelijkerwijs bij aan de gereedheid voor onze primaire taak, in het hogere geweldsspectrum.”

Tijd voor maatregelen dus. Nu er extra geld beschikbaar is, moeten we dat volgens Warnaar uitgeven aan het op niveau krijgen van de eenheden. “Het standaard-opwerktraject gaat altijd door, maar we moeten aanvullende acties ondernemen. Dat zorgt voor meer vaardagen op zee en die kosten nu eenmaal geld.”

Puntjes op de i

Zo pleit hij voor meer deelname aan de continuation training (CT). “Die was een tijdje verdrongen door de pre-deployment training. Een belangrijk opwerktraject voor specifieke missies. De CT moeten we echter weer gaan uitvoeren, bovenop de andere trainingen. Daar zijn we in beperkte mate al mee begonnen. Zo zijn Zr. Ms. De Ruyter en Tromp na de grote NAVO-oefening Joint Warrior, vorige maand bij Schotland, nog een aantal dagen onder handen genomen door de Flag Officer Sea Training in Plymouth. Zeg maar voor de puntjes op de i. De skills & drills in het hoge deel van het geweldspectrum opfrissen.”

‘De skills & drills in het hoge deel van het geweldspectrum opfrissen’

Vruchten

Niet alleen het aanvullend oefenen werpt volgens Warnaar zijn vruchten af. “Ook daadwerkelijke deelname aan de standaard-vlootverbanden van de NAVO draagt bij aan de basisgereedheid. In de afgelopen jaren wezen we wel eenheden aan voor de Standard NATO Maritime Group 1 en 2, maar te vaak konden we die schepen niet sturen uit geld- of capaciteitsgebrek.”

Met de hernieuwde deelname kan de marine een belangrijke NAVO-taak vervullen én hebben bemanningen de kans om in grotere verbanden te oefenen binnen het hogere geweldsspectrum.

Het maritieme opwerktrajectKlik op deze tijdlijn door de 6 fasen van SARC

Duur 24 weken

Winning team

Maar het wensenlijstje van Warnaar is nog wel wat langer. Zoals specialistische trainingen, bijvoorbeeld bij de Multi Purpose-fregatten. Zolang hiervoor nog geen vervangers zijn, is het zaak er het beste uit te halen. De schepen zijn qua leeftijd niet meer piepjong en komen dus te kort om zich op alle gebieden nog met de besten te kunnen meten. Daarentegen zijn zij kortgeleden wel uitgerust met de Low Frequency Active Passive Sonar (LFAPS). “De schepen zijn in algemeen opzicht wat ouder, maar wel hypermodern voor inzet tegen onderzeeboten. LFAPS is serieus veel beter dan alles wat om ons heen vaart. Samen met de NH90-maritieme gevechtshelikopter heb je dan echt een winning team.”

Russen

Wat Warnaar betreft mag het bijkomende geld dus ook besteed worden aan het extra trainen van dit soort eenheden en capaciteiten. “Afgelopen jaren zijn we daar onvoldoende aan toe gekomen. En dan te bedenken dat de Russen veel én technologisch hoogwaardige boten aan het bouwen zijn. Ook wereldwijd is het aantallen onderzeeboten flink gegroeid. Denk daarbij ook aan landen als Egypte, Pakistan, China, Iran en laten we ook Noord-Korea niet vergeten.”

‘Je kunt de portemonnee wel vullen, maar als personeelsbestand en materieel niet op orde zijn, kun je niet naar zee’

Portemonnee

Het herstel van basisgereedheid hangt ook af van andere factoren, benadrukt Warnaar. “Je kunt de portemonnee wel vullen, maar als het personeelsbestand en het materieel niet op orde zijn, dan kun je niet naar zee. Als grootste uitdaging voor de komende jaren zie ik het vinden van voldoende en goed gekwalificeerd personeel en verbetering van het materieel. Er lopen in dat opzicht gelukkig meerdere vervangingsprogramma’s, voor de onderzeeboten, M-fregatten en mijnenjagers.”

Uitkomst

Zolang daarover nog geen besluiten genomen zijn, laat staan dat de bouw is voltooid, moeten extra training, onderhoud en reserve-onderdelen voor uitkomst zorgen. Of zoals Warnaar stelt: “Laten we zorgen dat de garage over voldoende onderdelen en gekwalificeerd personeel beschikt.”