Tekst ritmeester Henny de Boer
Foto sergeant Hille Hillinga en video adjudant Richard Frigge
‘Onvriendelijke’ dieren liggen op de loer
Nederlandse militairen sluipen dichterbij de rivieroever in de jungle van Belize voor een rivieroversteek in ‘vijandig’ gebied. Zodra de voorste mannen hun posities hebben ingenomen aan het water, binden anderen hun rugtassen samen tot één groot drijfpakket. De voorste man steekt zijn duim op: de kust is veilig. Zo stil mogelijk trekken zijn collega's het pakket het water in, leggen hun wapens erop en zwemmen zo stil mogelijk naar de overkant.
De mariniers en landmachtmilitairen van de Luchtmobiele Brigade leren tactisch een rivier oversteken in 'vijandig' gebied. Ze volgen de Jungle Warfare Course of de Jungle Warfare Instructors Course van halverwege april tot eind mei in het Centraal-Amerikaanse land. Dat zijn opleidingen van circa 1,5 maand waarin ze militair leren optreden in het oerwoud. Binnen Defensie valt de jungle onder de noemer ‘extreme omstandigheden’ waarvoor apart wordt getraind, net als voor de bergen en het poolgebied. Hoewel Nederland op dit moment geen missie draait in het oerwoud, kan dat voor de toekomst niet worden uitgesloten.
De cursisten beginnen met een survivalmodule. Ze leren leven en overleven met de planten en dieren die het gebied te bieden heeft, zoals mieren, everzwijnen en larven. Ook bekwamen ze zich in het maken van onderkomens en het winnen van water. Om zich zo goed mogelijk te weren tegen het ongedierte dragen ze een geïmpregneerde junglebroek en stoppen ze hun broek in hun sokken. ’s Nachts hangen ze hun schoenen aan de waslijn of leggen die in hun hangmat; alles om te voorkomen dat er spinnen, mieren of schorpioenen in kruipen.
Vanwege de dichte begroeiing is vechten in de jungle een vak apart. Met slechts een paar meter zicht verplaatsen ze zich, vallen ze een vijandig oefendorp binnen en leggen ze een fatale hinderlaag voor de naderende vijand. Ook trainen ze gevechten voeren op en rond de rivier. Omdat het terrein zo onbegaanbaar is, vormen de rivieren de snelwegen van de jungle. De militairen oefenen er patrouilleren en hinderlagen bestrijden.
Ontberingen zijn er volop in deze extreme omstandigheden. Het is ruim 35 graden, vochtig en ‘onvriendelijke’ dieren liggen op de loer. Een van de cursisten is gebeten door een giftige jumping viper-slang. Een ander is veelvuldig gestoken door killer bees en op de vlucht met zijn knie in een stekelige boom beland. Toch is de jungle neutraal, zeggen de instructeurs met een knipoog, al voelt het voor de cursisten in het begin als een gevecht op zich. Maar wie deze strijd tegen de elementen eenmaal onder de knie heeft, is overal ter wereld inzetbaar.