Tekst Andre Twigt
Foto Sergeant Hille Hillinga
Werken bij ‘105’
Zodra hij het heeft over ‘dat HUMINT het verschil kan maken tussen leven en dood’, trekt sergeant-majoor Guus een strak gezicht. De goedlachse operateur wordt op slag serieus wanneer hij de link legt tussen HUMINT en de vele mensenlevens die door de inzet ervan in Uruzgan zijn gespaard. “Afvangen van IED’s gebeurde niet alleen met drones en goede search-procedures kan ik je vertellen.”
HUMINT, oftewel HUMan INTelligence, is het verzamelen van unieke informatie door middel van interactie met een speciaal geselecteerd persoon. Source handling maakt deel uit van HUMINT. Het is een methode om hoogwaardige informatie te onttrekken aan een bron, voortgekomen uit zorgvuldig onderzoek. Binnen de landmacht is 105 Field HUMINT Eskadron uit ’t Harde gespecialiseerd in source handling, debriefen en ondervragen. Voor laatstgenoemde tak van sport is ‘105’ als enige binnen de krijgsmacht gemachtigd.
Heimelijkheid
Commandant majoor Bas vindt dat het woord ‘uniek’ hoort bij source handling. De informatie die een persoon prijsgeeft, moet uniek zijn, want de inzet van 1van de 5 schaarse operationele teams is arbeidsintensief én duur. In het uitzendgebied een persoon motiveren en beïnvloeden om informatie prijs te geven, neemt vele maanden, soms jaren in beslag. “Maar de werkwijze is beproefd”, garandeert Bas. Wil een operationeel commandant een inventarisatie van de risico’s in zijn gebied, wil hij weten wie precies zijn tegenstanders zijn, welke wapens ze bezitten en waar en wanneer ze eventueel worden ingezet? Dan moet je diep gaan. “Indien nodig ga je creatief om met je ware rol. Dit doe je vooral ter bescherming van jezelf en natuurlijk van de bron. Wordt bekend dat hij informatie lekt, dan maakt dat hem zeer kwetsbaar.”
Aanslagen
Hoe diep je soms moet gaan om de identiteit van een bron te beschermen, weet Guus als geen ander. Na in Uruzgan langdurig een lid van de Taliban gesproken te hebben, kon hij hem na verloop van tijd motiveren antwoord te geven op de vraag waar aanslagen met IED’s zouden plaatsvinden. “Die kerel was onder dwang door de Taliban ingelijfd. Daarbij bedreigden ze zijn familie. Logisch dat hij onder geen beding met ons mocht worden gezien.” Om hem toch te kunnen ontmoeten, zette Guus en zijn team een uitgebreid alibi op poten. Daarin zou hij naar Pakistan gaan om medicijnen voor zijn zieke vader te kopen. “In de week dat hij onderweg zou zijn, hadden wij tijd hem te spreken. Zo kwamen we precies te weten waar aanslagen plaats zouden gaan vinden, wapens waren verstopt, Taliban zich schuil hield en wie hun leiders waren.” Deze samenwerking heeft veel burgers en militairen het leven gered. “Hier wordt een operateur nooit voor bedankt. Dat kan ook niet, want het heimelijke karakter van dit werk dwingt je afbreukrisico’s tot een minimum te beperken. Alles moet achter gesloten deuren blijven. Discretie met hoofdletters.”
Druk
Afghanistan was slechts 1 van de operatiegebieden waarin ‘105’ actief was. De eenheid heeft de afgelopen 2 decennia aan vrijwel iedere grote missie deelgenomen. Ook in het voormalig Joegoslavië waren de operateurs langdurig kind aan huis. De focus op de Balkan lag op het in kaart brengen van geldstromen en corruptie. In Afghanistan daarentegen op het beschermen van eigen troepen. “Zo slaagde ik er bijvoorbeeld in een grote hoeveelheid antipersoneelsmijnen los te peuteren”, vertelt Guus. Ook vandaag de dag neemt ‘105’ deel aan diverse missies, waaronder de antipiraterijmissie ATALANTA, voor de kust van Somalië, en de missie MINUSMA in Mali. “Bij gelegenheid leveren we ook ondersteuning aan de MIVD." "De vraag is groter dan het aanbod”, doelt Bas op de capaciteit van ‘105’. “Interessant aan onze expertise is dat wij natuurlijk ook nationaal ingezet kunnen worden bij het verlenen van bijstand. Een mooi voorbeeld is een ondersteuning aan de Immigratie en Naturalisatie Dienst (IND) op gebied van migrantenstromen. Een nationale inzet moet natuurlijk wel getoetst worden aan een juridisch kader.”
Streetwise
Mede vanwege het grote afbreukrisico, voor zowel Defensie als Nederland, stellen ze bij ‘105’ hoge eisen aan het personeel. “Potentiële nieuwkomers moeten geen ethische problemen hebben met het langdurig vrijelijk met de werkelijkheid omgaan”, vertelt Bas. “Daarbij vraagt het werk veel van mijn personeel, ook geestelijk; het is niet iedereen gegeven om daar goed tegen te kunnen”, weet hij. Om potentiële nieuwelingen te informeren over wat het werk precies inhoudt, wordt op thuisbasis ’t Harde regelmatig een voorlichtingsbijeenkomst gehouden. “Voor de teams zijn we vooral op zoek naar een zo groot mogelijke verscheidenheid aan personen”, vervolgt Guus. “Door verschillen in karakters en persoonlijkheid past de één beter bij een persoon waarop de focus ligt, dan de ander; warlord, gewone man, burgemeester.” “Een belangrijke eigenschap kan zijn, dat iemand streetwise is”, voegt Bas toe. “Maar ben je ook mensgericht, analytisch onderlegd en in staat om anderen te beïnvloeden, dan zou je bij ons een kansje kunnen wagen.”
Strenge selectie
Wie na de voorlichtingsbijeenkomst in ’t Harde nog steeds is geïnteresseerd in een functie, moet zich voorbereiden op een strenge, zware selectieronde bij het Dienstencentrum Werving en Selectie in Amsterdam. 80 procent van de kandidaten valt hier af. Ronde nummer 2 is intern. In ‘t Harde wordt tijdens een 2-daagse praktijktest dieper ingegaan op de 12 competenties waarover personeel moet beschikken, zoals creativiteit, durf en resultaatgerichtheid. Daarnaast is kennis van de Engelse taal vereist. Tijdens deze beproeving valt 20 tot 40 procent af. Wie de test overleeft, gaat door naar de 10 weken-durende source handling-opleiding en wordt na slagen geplaatst binnen 1van de 5 teams van ‘105’. Daarna volgt de 5 weken-durende ondervraagcursus. Na een intern opwerktraject volgt operationele inzet.