Tekst Jopke Rozenberg-van Lisdonk
Foto John van Helvert
“Als ik het niet vertrouw, stap ik erop af”
“Wij zijn de maatregel die Nederland heeft genomen in een poging de veiligheid te verhogen,” zegt de 22-jarige marechaussee-1 Kristel. De hoog risico beveiliger is zich bewust van de verantwoordelijkheid die op haar rust. “We beschermen risicogevoelige objecten zoals overheidsgebouwen en Joodse instellingen tegen terroristische aanslagen.” Met haar werk bij de Koninklijke Marechaussee treedt ze in de voetsporen van haar vader, die er ooit ook zijn carrière begon.
“Als hoog risico beveiliger ben je de eerste die iets zou moeten waarnemen voordat er daadwerkelijk iets gebeurt. Continu verken je de omgeving op afwijkingen: gedragen mensen zich anders dan normaal, rijdt er regelmatig een bepaalde auto langs, ligt er ergens een onbeheerde tas of pakketje? Als ik het niet vertrouw, stap ik erop af. ‘Wat bent u hier aan het doen meneer? Mag ik uw ID-bewijs even zien?’ Ik begin een vraaggesprekje en probeer te achterhalen of men de waarheid spreekt. De meeste mensen werken zonder problemen mee. Via de meldkamer laat ik de persoon natrekken en zelf maak ik een mutatie in het systeem.”
Mogelijke aanslagpleger
“Elke dag sta ik ergens anders en werk ik met een ander team. Dat houdt je scherp. De meeste locaties bevinden zich in de Randstad zoals de Tweede Kamer, ministeries, maar ook diverse Joodse objecten. Die laatsten bevinden zich vaak middenin woonwijken. De bewoners vormen een paar extra ogen en oren voor ons. Ook hen valt afwijkend gedrag op of bezoekjes van ‘vreemden’ aan de wijk. Goed contact met wijkbewoners is daarom erg belangrijk. Ze bedanken ons voor onze aanwezigheid met het geven van een handje of brengen ons koffie met iets lekkers. Bij synagogen is dat overigens meer regel dan uitzondering. Die waardering is leuk, we staan er tenslotte voor hún veiligheid.
Angst voel ik nooit. Als ik op iemand afstap, doe ik dat altijd met een collega. Mocht een gesprek uit de hand lopen, dan kunnen we de geleerde aanhoudingstechnieken gebruiken en eventueel een wapenstok, pepperspray of vuurwapen inzetten. Over de portofoon kunnen we altijd versterking oproepen. Maar zover is het bij mij nooit gekomen. Ook heb ik nooit hoeven optreden tegen een mogelijke aanslagpleger. Wat dat betreft is het een kwestie van op blijven letten en anticiperen op afwijkingen. Zo lang er niets gebeurt, doe je je werk goed zeggen ze.”