Tekst Jopke Rozenberg-van Lisdonk
Foto John van Helvert
‘Of ik claustrofobisch was’
“Hoeveel mensen op de wereld kunnen zeggen dat ze op een onderzeeboot werken?”, glundert de 27-jarige Yves Schagen. De installatietechnicus onderzeedienst werd 6 jaar geleden door Defensie gevraagd te solliciteren. De aanleiding was een succesvolle stage bij de bovenwatervloot. “Alle systemen moeten waterdicht zijn. Als er onder water iets mis gaat, kunnen de 62 bemanningsleden echt in de problemen komen.”
“Een onderzeeboot is technisch gezien een echte uitdaging. Veel van de systemen die ik onderhoud, hebben een verbinding van binnen naar buiten. De schroefas van het voortstuwingsmechanisme steekt bijvoorbeeld door de scheepshuid naar buiten.
De constructie moet dus waterdicht zijn, ook op grote diepte. Je moet heel secuur werken. Twee millimeter ernaast zitten, is al teveel. Door een kleine kier kunnen in luttele seconden tonnen water binnenkomen. Wat dat betreft hebben we als werktuigbouwkundigen een grote verantwoordelijkheid. Maar uiteraard testen we alles uitvoerig voordat de bemanning de boot weer in gebruik neemt.
Voordat ik begon bij de onderzeedienst vroegen ze of ik claustrofobisch was. Je werkt hier namelijk in kleine ruimtes. Soms is het echt kruip-door-sluip-door. Daar moet je tegen kunnen. Je werkt vaak letterlijk nauw met elkaar samen. Dan ontstaan er weleens irritaties. Maar met een biertje na werktijd is het snel weer goed. Volgens mij gaat dat elders niet anders trouwens. Met 18 werktuigbouwkundigen doen we het onderhoud en de reparaties aan de 4 onderzeeboten van de marine. Het is een kleine relatief jonge club mensen waarmee ik goed kan opschieten.
Behalve het reguliere onderhoud, doen we ook spoedopdrachten. Dan worden we bijvoorbeeld ingevlogen naar een missie- of oefengebied aan de andere kant van de wereld. Zo vloog ik een paar jaar geleden vlak voor kerst met 2 collega’s naar Malta om daar een storing te verhelpen. Zo’n klus betekent altijd improviseren. Ik heb dan wel mijn eigen gereedschapskist bij me, maar als er bijvoorbeeld een hijskraan aan te pas moet komen, dan moet je die lokaal regelen. Vaak zijn de middelen elders niet zo goed als we thuis gewend zijn, dus moeten we onze werkwijze aanpassen.
Complexe opdrachten geven me een adrenalinekick. Gaan we het redden binnen de gegeven tijd? De Zeeleeuw (1 van de 4 onderzeeboten, red.) is zo’n klus. Die hebben we gisteren te water gelaten na ruim 3 jaar groot onderhoud. Tijdens het traject liepen we nogal wat vertraging op door diverse tegenslagen die buiten onze macht lagen. Enorm balen, maar ik ben erg blij dat we de nieuwe deadline wel gehaald hebben. Daarvoor hebben we vooral de laatste weken alles op alles moeten zetten. En met succes. Er moet nog veel werk verzet worden voordat de boot weer operationeel is, maar deze belangrijke mijlpaal is mooi bereikt. Dat geeft een heerlijk gevoel.”