Tekst Ingmar Kooman
Foto sergeant Eva Klijn, sergeant-majoor Peter van Bastelaar

De opmars van onbemande vliegtuigen

De een heeft de spanwijdte van een condor, een ander is juist zo klein dat ‘ie in je handpalm past. Ze zoemen, snorren en ronken. Militairen, maar ook boeren, wildopzichters of zelfs je neefje van 9 besturen onbemande vliegtuigjes. En dan praat je allang niet meer alleen over het maken van een fotootje of een filmpje. De 3 dagen durende TUSExpo in Den Haag gaf vorige week een inkijkje in de toekomst van de onbemande wereld.

De vliegende verrekijker en de onbemande bommengooier hebben de laatste jaren heel wat civiele broertjes en zusjes gekregen. Van militair naar markt: de ontwikkeling is niet te stuiten. De gadget freaks ontpoppen zich tot slimme zakenlieden die brood zien in onbemande vliegtuigjes. “Het begint serieus te worden”, vertelt Rob van Nieuwland, de voorzitter van DARPAS, de branchevereniging van onbemande systemen. “We zijn het stadium van bommen gooien en gluren bij de buren echt ontstegen. Nu kijken we naar andere toepassingen.”

x
x
Rob van Nieuwland, voorzitter DARPAS: ‘Onbemande systemen zijn nuttig en nodig’

Schoorstenen en stroperij

“Zo worden onbemande systemen tegenwoordig ook ingezet voor inspecties aan bijvoorbeeld bruggen, dijken en fabrieksschoorstenen”, legt Van Nieuwland uit. “Even een apparaat omhoog, kijken, klaar. Het is gewoon sneller en het is goedkoper. Een boer ziet zo welk deel van zijn akker hij nog beter kan bemesten. Wildbeheerders gebruiken ze in Afrikaanse reservaten om stroperij tegen te gaan. En straks krijg je een pakketje misschien wel onbemand aan huis bezorgd."

x

"Ook worden vliegtuigjes steeds meer ingezet als vliegende sensoren”, zegt Van Nieuwland. “Wegenbouwers en landschapsarchitecten gebruiken ze om landschappen in kaart te brengen en om luchtmetingen te verrichten, zoals na de kernramp bij Fukushima.” De kansen liggen dus op allerlei vlakken, meent de DARPAS-voorzitter. “Met een zwerm vliegtuigjes met warmtebeeldcamera’s zou de kustwacht kunnen zoeken naar drenkelingen, zoals recent bij de schipbreuk met de Urker kotter.”

x
Defensie werkt al jaren met onbemande vliegtuigen. Zoals de Raven mini-UAV, een met de hand te lanceren vliegtuigje dat tot op een afstand van 10 kilometer kan waarnemen. Wordt ingezet voor nationale taken en in missiegebieden. De X-200 ScanEagle kan tot 17 uur waarnemen van grote hoogte en is inzetbaar vanaf land en vanaf zee. Opereert alleen in missiegebieden. De MQ-9 Reaper (foto) is mogelijk Nederlands toekomstige onbemande verkennings- en observatietoestel.

‘Je wilt de informatie die ze vergaren. En die wil je nu’

Afhankelijk

Defensie is nu de enige overheidsinstantie die dergelijke slimme apparaten inzet. Ze worden al veelvuldig ingezet in missiegebieden als Mali. Maar ook in Nederland, op aanvraag van civiele autoriteiten. Politie, ambulance, brandweer, die wachten allemaal op nieuwe wet- en regelgeving en zijn voor snelle ‘ogen in de lucht’ afhankelijk van de militairen. Zo ondersteunt de krijgsmacht observatieteams van de politie, helpt ze de brandweer brandhaarden lokaliseren of inspecteert ze dijken bij hoog water.

x
(foto links) Sergeant-majoor Harm: “De UAV heeft soms een negatieve bijklank, maar het is de veiligheid die we waarborgen.” ‘Zijn’ ScanEagle doet bijna onafgebroken dienst, ondermeer in Mali. (foto rechts) Ook de Reaper is in miniatuurversie present.

“Defensie heeft duidelijk omschreven regels”, vertelt Van Nieuwland. “Waar en wanneer mag je vliegen, luchtwaardigheidseisen, operators zijn goed  opgeleid. Daarin loopt de krijgsmacht echt voorop. Commerciële bedrijven, kennisinstituten, hulpdiensten, ze stuiten nu allemaal op dezelfde wettelijke beperkingen. Dat schaadt de ontwikkeling van deze innovatieve industrie.”

Handen ineen slaan

"Nieuw beleid moet de vliegende nieuwkomers veilig integreren in het Nederlandse luchtruim", adviseert kolonel buiten dienst Peter Wijninga. Voor de denktank The Hague Security Delta deden hij en zijn collega’s onderzoek naar onbemande systemen. Om daarnaast een overvol luchtruim te voorkomen, is overheidsbrede samenwerking noodzakelijk, betoogt de oud-luchtmachter. “Het maakt niet uit of je de systemen van de politie of Defensie gebruikt. Je wilt de informatie die ze vergaren. En die wil je nú.”

x
Met 4, 6 of 8 rotorbladen, TUSExpo toont een grote variatie aan multicopters.

Ook kunnen kennisinstituten, industrie en overheid de handen ineenslaan voor nog op te zetten testzones. Oude vliegbases als bijvoorbeeld Twenthe of Valkenburg kunnen dienen als aanjager van een jonge, innovatieve industrie. “De amateurs tonen aan wat potentieel kan”, zegt Van Nieuwland. “Met zo’n test- en oefenlocatie kun je ervoor zorgen dat de systemen die vliegen dat ook veilig doen.”

What's in a name?

Je kiest niet je eigen callsign. De wereld van het onbemande vliegen, varen en rijden is er eentje van verschillende termen en afkortingen. En met veel discussie over wat de juiste is.

  • Drone: Een tot vliegend doelwit omgebouwd (jacht)vliegtuig.
  • UAV: Unmanned Aerial Vehicle. Algemene term voor een onbemand luchtvaarttuig.
  • UAS: Unmanned Aerial System. Omvat behalve een luchtvaartuig ook andere elementen zoals als een grondstation, een speciale datalink voor de verbindingen en een lanceerinrichting.
  • RPAS: Remotely Piloted Aircraft System. De term die de Internationale Burgerluchtvaartorganisatie (ICAO) hanteert.