Tekst KAP Saminna van den Bulk
Foto SGT Cristian Schrik
Geen bekroning van Joint Arctic Training
Trainen onder erbarmelijke omstandigheden. Daar had de Joint Arctic Training (JAT) van het Korps Mariniers in het Noorse Skjold begin dit jaar over moeten gaan. Maar zoals bij alle militaire oefeningen op het moment, bleek ook bij de JAT het coronavirus een extra geduchte tegenstander. Luitenant-kolonel der mariniers Patrick van Rooij, commandant van de 1 Marine Combat Group (1MCG): “We hebben onze doelstellingen moeten bijstellen”.
“Het is een oefening met de nodige uitdagingen”, vertelt Van Rooij. De JAT is een jaarlijks terugkerende oefening, met groot belang voor de gereedstelling van marinierseenheden, zoals dit jaar voor 1MCG. In een tweejaarlijkse trainingscyclus werken de MCG’s zich op van niveau 2 (sectie of groep) naar niveau 5+ (een MCG aangestuurd door een regiment of brigade): “Als je als individu en eenheid in staat bent om te opereren in dit terrein en klimaat, dan kun je het overal ter wereld. Daarom is deze training voor ons zo belangrijk.”
Het al dan niet doorgaan van de JAT was in december nog punt van discussie. Kan dat wel in tijden van een pandemie? Gastland Noorwegen gaf de doorslag. Van Rooij: “We zijn hier op nadrukkelijk verzoek van de Noorse regering. Om een signaal af te geven richting de bevolking, hen gerust te stellen, en om potentiële tegenstanders te laten zien: wij zijn er klaar voor, samen met Amerikaanse en Engelse mariniers zijn we gecommitteerd en dit is wat we kunnen. Dat maakte dat we besloten door te zetten.”
Testen, testen, testen
Een besluit dat in coronatijd vraagt om de nodige voorbereidingen. Alle ruim 600 deelnemers aan de JAT gingen in thuisquarantaine, binnen 72 uur voor vertrek volgde een PCR-test. De militairen zouden vertrekken in 3 groepen, waarvan 1 nog in februari. Uiteindelijk mag die niet meer invliegen. Van Rooij vertelt hoe de aankomst van de eerste 2 groepen militairen verliep: “Bij de eerste test in Nederland kwamen er 3 ‘positieven’ uit. Deze mensen hebben we in Nederland moeten achterlaten. Bij aankomst in Noorwegen werd er wederom een PCR-test uitgevoerd, deze keer door het Noorse ministerie van Defensie.”
Alle maatregelen ten spijt: 3 mensen werden inconclusive getest, zegt de overste. “Onduidelijk is dan of ze het virus wel of niet hebben. Deze mensen gingen uit voorzorg direct in isolatie; we startten ook meteen een bron- en contactonderzoek op, volgens de Nederlandse richtlijnen.”
Kleurcodes voor het closet
Maar daarmee waren de militairen er nog niet. Naast de Nederlandse maatregelen zijn er de regels van het gastland. Noorwegen houdt er een strikt beleid op na. In geval van besmetting schrijven de Noren voor dat ook de mensen die hetzelfde sanitair hebben gebruikt in de risicocategorie vallen.
“Dat betekent nogal wat,” stelt Van Rooij, “want niet iedereen heeft zijn eigen wastafel of toilet. Met kleurcodes is hierin onderscheid aangebracht, zodat je niet een hele barak met 200 mensen in quarantaine moet plaatsen, omdat ze in dezelfde wasgelegenheid zijn geweest. Een hele puzzel. We lieten nog meer toiletwagens en douchegelegenheden aanrukken om de groepen te scheiden.”
'Veiligheid van ons personeel gaat boven alles'
Keuze was er niet, legt Van Rooij uit: als 1 persoon positief getest wordt, moeten er zo 30 mensen in quarantaine. “Ook als het om een belangrijke beroepsgroep gaat, zoals bijvoorbeeld personeel van de ziekenboeg, of de munitie-expert. Zijn zij in quarantaine, dan loop je tegen logistieke en medische beperkingen bij trainingen aan. Veiligheid van ons personeel gaat echter boven alles.”
Op nul
Na 7 dagen in Noorwegen werd de grootste groep voor een derde keer getest. De eerlijkheid gebiedt Van Rooij te zeggen: “Ik hield mijn hart vast. Als daar wederom een ‘positieve’ tussen zat, dan zou dat betekenen dat corona nog steeds in ons midden was. Maar gelukkig was iedereen negatief. Op dit moment kampen we met nul besmettingen en is er dus sprake van een effectieve ‘corona-bubbel’.”
Overleven, leven, vechten
De JAT wordt gekenmerkt door een 3-fasenstructuur, beginnend met de Arctic Movement and Survival Training (AMST). Overleven en verplaatsen is in deze fase het motto. Leren omgaan met de barre omstandigheden, voor jezelf zorgen en je de skills & drills eigen maken. Daarna volgt de Arctic Warfare Training, inclusief een live fire-gedeelte. Hierin wordt de oefening complexer, met het vechten op section-, troop- en raiding squadron-niveau. Afsluitend staat de Final Training Exercise gepland, waar ook een amfibische component in zit, met de landingsvaartuigen van de Surface Assault Training Group, die op een kleine basis in een nabijgelegen fjord liggen.
De kers op de taart had de joint & combined-oefening ‘Joint Viking’ moeten worden, waar 1MCG samen met het amfibische transportschip Zr.Ms. Rotterdam plus Engelse en Amerikaanse mariniers tegen een Noorse eenheid zou worden ingezet. “Iets waar iedereen naar uitkeek; dan komt alles samen.” Maar door de huidige ontwikkelingen zal deze ontknoping niet plaatsvinden. Waar Noorwegen in eerste instantie de oefening aanmoedigde, worden de buitenlandse eenheden nu verzocht om medio maart het land te verlaten.
Vooropgesteld: “Contact met de lokale bevolking en andere ‘externen’ is uit den boze. We hanteren de meest strikte maatregelen om besmetting te voorkomen en zelf zo ‘schoon’ mogelijk binnen te komen. Na een uitbraak van de Britse variant in Oslo is het sentiment echter omgeslagen. Daar heb ik begrip voor”, zegt Van Rooij.
Eerder inpakken
De beslissing heeft de nodige gevolgen. Het initiële plan was om de grootste groep deelnemers van de JAT op 20 maart uit te vliegen. Het vervroegde vertrek staat inmiddels gepland voor 8 maart, waarna de redeployment party nog volgt, zegt Van Rooij. “Dat betekent dat we onze doelstellingen hebben moeten bijstellen. In plaats van een certificering op niveau 5, doen we dat nu op niveau 3. De nadruk ligt nu op de AMST: we willen de novices voldoende bagage meegeven, zodat die kunnen overleven en verplaatsen in het poolgebied. Ondanks alle beperkingen en wijzigingen is er nog voldoende tijd om ook de eenheden te leren vechten onder deze omstandigheden.”
De gevolgen voor de individuele marinier zijn dus niet groot: die gaat ongeveer 2 weken eerder naar huis. Maar, schetst Van Rooij: “We missen wel een belangrijk stuk van de training: het optreden in groter verband, joint & combined, inclusief het geplande amfibische optreden met Zr.Ms. Rotterdam. Ook ‘Cold Response’, de arctische oefening in 2020, werd al voor een deel geannuleerd door COVID. We missen daardoor een stuk belangrijke trainingswaarde op een hoger niveau, vooral bedoeld voor de coördinatie en synchronisatie.” Bijkomend nadeel: “Dit soort oefeningen zijn schaars, kosten veel voorbereidingstijd en zijn dus lastig op dergelijke schaal in te halen.”
'We zien dat we een stuk belangrijke trainingswaarde op een hoger niveau missen'
Hannessen met haringen
COVID, strikte maatregelen, gewijzigd programma, besmettingen… De militairen in Noorwegen hebben aardig wat hordes moeten nemen. Toch zijn er ook positieve punten te noemen. Van Rooij: “Er ligt bijzonder weinig sneeuw. Een sneeuwonderkomen bouwen zit er voorlopig niet in, maar het is wel steenkoud met -26 graden Celsius. Dat brengt nieuwe uitdagingen op het gebied van arctisch optreden met zich mee.” Lachend: “Zie nog maar eens een tentharing in de bevroren grond te krijgen.”
(Voor) thuis
Van Rooij is, buiten alle wijzigingen en uitdagingen, vooral trots. “Maanden voor de oefening maakten we allerlei plannen die we door omstandigheden meerdere keren volledig moesten bijstellen. Daar zijn we enorm goed in geslaagd. Ook vind ik het mooi te zien hoe snel we het aantal COVID-besmettingen hebben teruggebracht naar 0. Dat zegt iets over de zelfdiscipline en individuele bereidheid je te houden aan de maatregelen.”
De situatie in Nederland was een bemoeilijkende factor, geeft de commandant aan. “Veel mensen hebben een thuisfront. Een man, een vrouw, kinderen. Zij staan er met de lockdown vaak alleen voor. Daarnaast braken er op enig moment rellen uit in Nederlandse steden: sommigen wisten dat dit om de hoek van hun ‘thuis’ gebeurde. Dat doet iets met mensen, juist in tijden van grote onzekerheid. Maar ondanks alles bleef eenieder energie in deze oefening stoppen. We weten allemaal waarvoor we het doen: gereedstellen, niet voor onszelf, maar voor ons land. Om er te staan als dat van ons gevraagd wordt en om te beschermen wat ons dierbaar is.”