Tekst LTZ 2OC Joost Margés
‘Hier wonen en werken groot avontuur’
Vooral vanwege oefeningen en capaciteitsopbouw in Afrika werken er Nederlandse militairen op de ambassade in Dakar. Adjudant LDV Gilbert Koster (53) is hier de assistent-defensieattaché. Hij greep de kans met beide handen aan om, met zijn echtgenote, 4 jaar naar de Senegalese hoofdstad te gaan. Het werk noemt hij ‘veelzijdig, maar met uitdagingen’. En dat nog los van de impact van corona op het leven en werken in het arme Afrikaanse land.
Koster vervulde tot nu toe veel verschillende functies binnen zijn dienstvak Logistieke Dienst Verzorging. “Van tokobeheerder op de Operationele School, tot chef-kok op Marinekazerne Suffisant op Curaçao, en van liaison van een observatieteam in Mrkjonic Grad (Bosnië) tot cateringmanager in Gao (Mali). Natuurlijk ook veel gevaren, als chef-hofmeester en chef-kok. Wat mij het meeste aanspreekt bij de KM is toch wel teambuilding. Soms lukt het je heel makkelijk om een team om je heen te bouwen, soms helaas niet. Komt misschien ook wel omdat de ene functie je beter ligt dan de andere.”
‘Wat mij het meeste aanspreekt bij de KM is toch wel teambuilding’
Liever buitenland
Op zijn huidige functie kwam Koster ‘door toeval’ terecht. “Op mijn vorige functie was ik junior-intendant op het ministerie van Algemene Zaken, in Den Haag. Daar zorgden mijn collega’s en ik ervoor dat alles tijdens vergaderingen en de Ministerraad in orde was. Dat alle stukken gereed lagen en er tijdens de lunch een koud of warm buffet gereed stond. Dit werk beviel niet heel goed; ik wilde liever naar het buitenland. P&O vroeg toen of ik naar Dakar wilde, de hoofdstad van Senegal in West-Afrika.” Een kans die de adjudant dankbaar wilde pakken, maar uiteraard overlegde hij eerst met zijn echtgenote. “Hoewel zij haar baan bij het Defensie Ondersteuningscommando niet kon behouden, kozen we er toch voor om samen te gaan. Onze kinderen bleven hier, want zij studeren in Nederland.”
Gestrande Nederlanders
“Nu zitten we sinds november 2019 voor 4 jaar in Dakar. Ik doe hier op de ambassade de administratie en ben tevens de facteur. Het werk is veelzijdig, maar met uitdagingen. Zoals de Franse taal. Na cursussen in Nederland, volg ik nu een cursus bij het Institute Française. Veel gaat hier trouwens nog ouderwets met een hard-copy, Note Verbale, met stempels en zo. Niet even per mail, met eventueel een ontvangst- en leesbevestiging.”
Incidenteel doet de adjudant ook ander werk, als dat nodig is. “Voordat corona een pandemie werd, bijvoorbeeld, werd mij gevraagd om te helpen met het registreren van gestrande Nederlandse reizigers in Senegal, Gabon, Gambia, Kaapverdië en Mauritanië. Ook ving ik landgenoten op de luchthaven van Dakar op die met een repatriëringsvlucht naar België meegingen. Veel mensen natuurlijk in de stress en dan ben je zo goed en zo kwaad als dat gaat de vraagbaak, hoewel ook jij niet alle antwoorden hebt.”
‘Veel mensen in de stress en dan ben je zo goed en zo kwaad als dat gaat de vraagbaak’
Veel armoede
“Wat het ten slotte uniek maakt om hier te mogen werken, is dat je met verschillende nationaliteiten samenwerkt. Zoals met mensen uit Senegal, Burkina-Faso, België en Nederland. Daarbij hebben ze ook verschillende geloofsovertuigingen: Jehova, Christen, Moslim en niet-gelovig. De Senegalezen zijn een sportief en trots volk. De meeste mensen zijn dagloners; een dag niet werken is een dag niet eten. Leven met 20 personen in een kamer van 20 m2 in geen uitzondering. Net als met zijn allen eten uit 1 schaal, met een lepel of met de hand. Je hebt hier bijvoorbeeld ook een wijk waar 24 uur per dag geleefd wordt. Als de ene helft slaapt, is de andere helft aan het werk of op school of doet wat-dan-ook. Er is veel armoede; wij helpen waar we kunnen. Al met al is hier wonen en werken een groot avontuur.”
Waarom Senegal?
Wat hebben Nederlandse militairen eigenlijk te zoeken op de ambassade in Dakar? Koster heeft zijn huiswerk gedaan: “Onze aanwezigheid heeft alles te maken met onze deelname aan oefeningen in Afrika, met name ook Senegal. Hier leren ze bijvoorbeeld omgaan met andere klimatologische omstandigheden dan we in Europa gewend zijn. Tegelijk draagt Nederland hier graag bij aan de verbetering van de capaciteiten van Afrikaanse eenheden, zodat deze op den duur in staat zijn zelfstandig zorg te dragen voor veiligheid in de regio. Door deze opstelling wil Nederland zich binnen de internationale gemeenschap, dus ook in Afrika, profileren als betrouwbare bondgenoot.”